Boaz: verschil tussen versies

660 bytes toegevoegd ,  6 maanden geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
 
(2 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 6:
 
Boaz was een zoon van Salmon uit de stam van Juda en de Kanaänitische ex-prostitué [[Rachab]], die door het volk van Israël was aangenomen omdat zij Israëlitische verspieders had beschermd. Boaz was een rijk man geworden en te Bethlehem woonachtig. Hij was uit het geslacht van [[Elimelech]], de man van [[Naomi]]. Hij was dus ook een bloedverwant van Elimelechs zoon [[Machlon]], die de eerste man van de Moabitische vrouw Ruth werd.<blockquote>''Ru 2:1 Nu had Naomi een bloedverwant van de kant van haar man, een zeer vermogend man, uit het geslacht van Elimelech, en zijn naam was Boaz. (HSV)''</blockquote>Hij werd de losser van [[Ruth (persoon)|Ruth]]. Zij was de weduwe van [[Machlon]] en de schoondochter van Naomi. Zij was met schoonmoeder meegegaan naar Bethlehem-Juda. Daar ontmoette zij Boaz, die haar tot vrouw nam.
[[Bestand:Boaz de losser - Jan van 't Hoff.jpg|geen|miniatuur|617x617px|Boaz de losser, zie Ruth 4:7-8. Schilderij door Jan van 't Hoff (GospelImages.nl)]]
 
Door zijn huwelijk met Ruth werd Boaz de overgrootvader van David. [[Obed]] immers, de zoon van Boaz en Ruth, was de vader van Isaï, en de grootvader dus van David.<br><br>
 
{{Stamboom Boaz}}
Regel 21:
'''Materiaal.''' De pilaren waren van koper/brons. Ze waren hol, hun wand was 4 vingers dik (Jer. 52:21).
 
'''Kapiteel.''' Op de pilaar zat een kapiteel van koper, ca. 2,5 meter hoog.<blockquote>''Jer 52:22  Daarop zat een kapiteel van koper. De hoogte van een kapiteel was vijf el. Het vlechtwerk en de granaatappels rondom op het kapiteel waren helemaal van koper. En de tweede pilaar had zoals deze [eerste], eveneens granaatappels. Jer 52:23  Er waren zesennegentig granaatappels [aangebracht in alle] windrichtingen. [Het totaal van] alle granaatappels was honderd, rondom op het vlechtwerk.'' (HSV)</blockquote>'''Einde.''' De pilaar werd door de Chaldeeën in stukken geslagen en het koper werd meegenomen naar Babel. De pilaren zijn niet meer gemaakt voor de [[tempel van Zerubbabel]].
== Bron ==
P.J. Gouda Quint, ''Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling.'' Haarlem: De erven F. Bohn, 1866.