Cerinthus (ca. 50 - 100 n.C.) was een vroege gnostische christen, die in de ogen van de vroege kerkleraars een ketter was.

Hij was een christen uit de Joden uit Alexandrië (Egypte). Hij gebruikte het apocriefe Evangelie van Cerinthus. Hij ontkende dat de fysische wereld door de Allerhoogste geschapen was, maar leerde dat de wereld geschapen was door een God, die verre afstond van het hoogste Wezen. Deze was de God der Joden en het hoofd der lagere engelen.

Jezus was volgens hem de biologische zoon van Jozef en Maria en niet geboren uit een maagd. Bij de doop verbond zich met deze Jezus de Aeoon Christus, de Logos (het Woord) waardoor Jezus wonderen kon doen. Maar bij het lijden is die goddelijke Aeoon weer van Jezus gescheiden, zodat de mens Jezus geleden heeft. De Logos is de Zoon van God; doch Hij is niet werkelijk mens geworden. Hij heeft slechts een voorbijgaande verbintenis gesloten met de mens Jezus van Nazareth, met wien de Logos zich verbond bij Christus' doop en van wien de Logos zich losmaakte vóór de dood van Jezus. Deze Logos heeft de mens Jezus in staat gesteld, de ongekende God te kennen en diens werken der Almacht te verrichten.

Het gereinigde Mozaïsme is volgens Cerinthus hetzelfde als het Christendom. Hij verwachtte, zoals bijna alle joden-christenen, het duizendjarig rijk.

Cerinthus en Johannes

Dat de apostel Johannes dezen man gekend en zelfs ontmoet heeft, zoals Polycarpus, een tijdgenoot van Johannes mededeelt, is niet zeker. Wel mag als zeker aangenomen worden, dat Johannes in zijn evangelie en in zijn brieven (voornamelijk de eerste brief) Cerinthus bestrijdt.

Johannes neemt in zijn evangelie de naam Logos over, om daarmee aan te duiden het eeuwig, ongeschapen Woord, dat bij de Vader was en God gelijk was.

Joh 1:1 In het begin was het Woord; en het Woord was bij God, en het Woord was God. Joh 1:2  Dit was in het begin bij God. Joh 1:3  Alle dingen zijn door Hem geworden, en zonder Hem is niet een ding geworden dat geworden is. (...) Joh 1:14  En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond (en wij hebben zijn heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als van een eniggeborene van een vader) vol van genade en waarheid. (Telos)

Meer informatie

Cerinthus, en.wikipedia.org.

Bronnen

F. W. Grosheide, J.H. Landwehr, C. Lindeboom, J.C. Rullmann, Christelijke Encyclopaedie voor het Nederlandsche volk. Kampen: J.H. Kok, 1925-1931. Zes delen. Tekst van het lemma 'Cerinthus' is onder wijziging verwerkt op 14 okt. 2019.

H.M.H. Bartels, Geschiedenis der Katholieke Kerk (Venloo: G. Mosmans senior, 1926) blz. 54-55. Enige tekst hiervan is onder wijziging verwerkt op 14 okt. 2018.