k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 26:
'''Groepen.''' De groep kwaadwillenden is een groep die de complotdenker al wantrouwde. Vaak zijn de verdachte groepen machtig, hebben ze grote (of vermeend grote) invloed in de samenleving, zoals politici, staatsambtenaren ('deep state'), bankiers, media, wetenschappers; of zijn ze geheimzinnig en hebben ze invloedrijke leden in de maatschappij, zoals de [[Vrijmetselarij|Vrijmetselaars]]; of behoren ze tot een etnische minderheid met invloedrijke leden in de maatschappij, zoals de [[Joden]]. Helaas zijn de Joden de groep die in de geschiedenis het meest geleden hebben onder de gevolgen van complotdenken.
'''Oorsprong.''' De algemene oorsprong van complottheorieën bestaat in tweeërlei neiging van ons mensen<ref name=":0" />:
# onze neiging om vreemden of groepen, die geheimen hebben, te wantrouwen. Bij complotdenken
# onze neiging om uit te gaan van het ergste als er gevaar is of als er een ramp gebeurd is.
Beide genoemde neigingen hebben de emotie van vrees gemeen. Complottheorieën zijn altijd te verwachten ''in bange tijden''.
'''Vatbaarheid.''' We zijn allemaal in meer of mindere mate gevoelig voor complotdenken<ref name=":0" />. Doch bepaalde particuliere eigenschappen vergroten de kans dat iemand in een complottheorie gelooft: goedgelovigheid, lager opgeleid-zijn. Links- en rechtsextremisten geloven eerder aan een complottheorie. Mensen die aan een complottheorie geloven, geloven ook vaker in paranormale verschijnselen. Mensen die goed zijn in analytisch denken zijn minder geneigd in een complottheorie te geloven.
'''Symptomen.''' Symptomen van complotdenken zijn:
'''Onbewezen.''' Meestal wordt de term 'complottheorie' in ongunstige zin gebruikt: op onvoldoende gronden een samenzwering onderstellen. Een kenmerk van een complottheorie is dat zij onbewezen is.
'''(On)waarheid.''' Een complottheorie kan wáár zijn, maar evengoed onwaar; in elk geval is zij onbewezen. Een kwaad vermoeden kan later waar of onwaar ''blijken'' te zijn. Een voorbeeld is het vermoeden dat de Amerikaanse president persoonlijk betrokken is geweest bij het afluisteren van de democraten (Watergateschandaal). Dat vermoeden zou in 1973 onbewezen zijn, maar in 1974 kwam het bewijs voor de waarheid ervan. Toen het bewijs geleverd was, was het vermoeden geen complottheorie meer, maar een feit, een bewezen geval van een complot.
De argumenten, de ''gegevens'' die aangevoerd worden ter onderbouwing van de
'''Begronding.''' Complottheorieën verschillen in hun begronding. Sommige zijn goed voorstelbaar, andere zijn zeer vergezocht of bizar. De vergezochte theorie van de platte aarde zegt dat de aarde niet rond, maar plat is, en dat de wetenschap de mensheid daarover al eeuwenlang voorliegt. Een aanhanger ervan kan beweren dat iedere foto van de (bolvormige) aarde, gemaakt door de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA, met een computerprogramma is gemanipuleerd. Sommige complottheorieën lijken goed doordacht; hun aanhangers beroepen zich vaak op een eigen onderzoek.
Regel 50:
* kwade vermoedens verwekken bij anderen
* lasteren
*tijd en energie verspillen in reactie op een fictief complot
'''Voorkomen en beoordelen.''' Geloof aan een complottheorie kan men voorkomen, althans de kans daarop verkleinen, door:
Regel 58 ⟶ 59:
Met de aldus verkregen kennis kan men de houdbaarheid van een complottheorie beoordelen of zelfs haar waarheid of onwaarheid vaststellen.
Is men gevoelig voor complotdenken, dan kan men beter zijn aandacht op andere zaken richten. <blockquote>''Flp 4:8 Overigens, broeders, al wat waar, al wat eerzaam, al wat rechtvaardig, al wat rein, al wat beminnelijk, al wat welluidend is, als er enige deugd en als er enige lof is, bedenkt dat.'' (Telos) </blockquote>
== Bron ==
|