Genesis/Hoofdstuk 15: verschil tussen versies

2.884 bytes toegevoegd ,  4 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
 
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1:
{{Commentaar hoofdstuk}}
 
== Samenvatting ==
God belooft Abram opnieuw een talrijk nageslacht en het bezit van het land (1-7), voorzegt dat Abrams nageslacht verdrukt zal worden en sluit een verbond met hem (8-21).
 
== Gen. 15:1 ==
Regel 162 ⟶ 165:
 
Abram wist wie Amorieten waren. Zijn bondgenoten [[Mamré]], [[Eskol]] en [[Aner]], waren Amorieten. De Amorieten zouden om hun ongerechtigheid worden verdelgd. God zal de intocht in Kanaän derhalve voor tweeërlei doel gebruiken: het vervullen van de belofte aan Abram en het verdelgen van de [[Amorieten]].
 
== Gen. 15:17 ==
Ge 15:17   En het geschiedde, dat de zon onderging en het duister werd, en ziet, daar was een rokende oven en vurige fakkel, die tussen die stukken doorging. (SV)
'''De zon onderging.''' Zie vers 12, "als de zon was aan het ondergaan".
 
'''Het duister werd.''' In vers 12 was een grote duisternis op Abram gevallen. Dat schijnt daar een andersoortige duisternis te zijn.
 
'''Een rokende oven.''' Misschien ook een teken van de hitte van verdrukking en het vuur van vernietiging (vers 13).
 
In de 20e werden vele Joden in Duitse concentratiekampen vergast, waarna hun lichamen werden verbrand.
 
In de toekomst zal een derde deel van het volk Israël in het vuur worden gebracht en gelouterd worden.
 
''Zac 13:9  En Ik zal dat derde deel in het vuur brengen, en Ik zal het louteren, gelijk men zilver loutert, en Ik zal het beproeven, gelijk men goud beproeft; het zal Mijn Naam aanroepen, en Ik zal het verhoren; Ik zal zeggen: Het is Mijn volk; en het zal zeggen: De HEERE is mijn God.'' (SV)
 
== Gen. 15:18 Verbond ==
Ge 15:18  Ten zelfden dage maakte de HEERE een verbond met Abram, zeggende: Aan uw zaad heb Ik dit land gegeven, van de rivier van Egypte af, tot aan die grote rivier, de rivier Frath: (SV)
'''Dit land.''' Een dergelijk omvangrijk gebied, 'Groot-Israël', heeft eens onder de heerschappij en invloedssfeer van de grote koning Salomo gestaan. Het zal zeker het gebied van de toekomstige koning van Israël, de Zoon van David, zijn.
 
'''De rivier van Egypte.''' De [[Nijl]] dan wel de Beek van Egypte.
 
== Gen. 15:19 ==
Ge 15:19 Den Keniet, en den Keniziet, en den Kadmoniet (SV)
'''Keniet.''' De Kenieten waren een stam waartoe Jethro, de schoonvader van Mozes, behoorde (Richt. 1:16). Zie [[Kenieten]].
 
'''Keniziet.''' De gelovige [[Kaleb]] was een zoon van de Keneziet [[Jefunne]] (Num. 32:12). Zie [[Kenezieten|Kenizieten]].
 
'''Kadmoniet.''' Zie [[Kadmonieten]].
 
== Gen. 19:20 ==
Ge 15:20 En den Hethiet, en den Fereziet, en de Refaieten, (SV)
'''Hethiet.''' De Hethieten waren afstammelingen van Kanaän. Over de Kanaänitische volksstam, zie [[Hethieten]].
 
'''Fereziet.''' Zie [[Perizzieten]].
 
'''Refaieten.''' Een geslacht van reuzen, misschien afstammelingen van Sem. Zie [[Refaïeten]].
 
== Gen. 19:21 ==
Ge 15:21  En den Amoriet, en den Kanaäniet, en den Girgaziet, en den Jebusiet. (SV)
'''Amoriet.''' De Amorieten waren afstammelingen van Kanaän. Zie [[Amorieten]].
 
'''Kanaäniet.''' Afstammelingen van Kanaän. Zie [[Kanaänieten]].
 
'''Girhaziet.''' Afstammelingen van Kanaän. Zie [[Girgasieten]].
 
'''Jebusiet.''' Afstammelingen van Kanaän. Van hen was de stad Jebus, het latere Jeruzalem. Zie [[Jebusieten]].
 
== Bron ==