Genesis/Hoofdstuk 1: verschil tussen versies

131 bytes verwijderd ,  1 maand geleden
k
Regel 41:
De aarde kon het leven niet voortbrengen. Alleen door de levende en levenwekkende Geest van onze God kon dit bewerkt worden. Dat geldt ook voor de ''nieuwe'' schepping van mensen, waarbij de Geest aan hart en geweten werkt. Water (= Gods Woord) en Geest (= De Heilige Geest) zijn de middelen waardoor God een nieuwe mens schept.
 
== Gen.Eerste 1:dag (3-5. Eerste dag.) ==
God schept het licht, waardeert het, maakt scheiding tussen licht en duisternis en benoemt ze.
 
=== Gen. 1:3 ===
[[Genesis/Hoofdstuk 1#2|2<sup>←</sup>]]<onlyinclude><section begin="3" /><sup>3</sup> En God zei: Er zij licht! en er was licht. <section end="3" /></onlyinclude>(CP<ref name=":0" />)
'''<nowiki/>'Er zij licht!'.''' Hebr. 'zij licht'. 'Er zij licht' geeft het Hebreeuws beter weer dan 'Er moet licht komen' (NBV2004)<ref>Vgl. de opmerking van de Hebraïcus Danny Ben-Gigi dat 'Let there by light' een gebrekkige vertaling is van het Hebreeuws, dat letterlijk zegt 'be light'. [https://www.youtube.com/watch?v=9KMsxV_eVTo&t=8m Danny Ben-Gigi: God's Secrets Only Hebrew Can Reveal]. Youtube.com: Prophecy Watchers, 27 nov. 2017. Vanaf 8 min. </ref>.
 
Regel 60:
Nadat Woord en Geest in het hart van een zondaar hebben gewerkt, komt het licht in zijn leven. De Heer Jezus Christus is het 'licht van de wereld'. De duisternis van deze wereld zal eens wijken voor Hem, die het licht is.
 
=== Gen. 1:4 ===
<onlyinclude><section begin="4"></section><sup>4</sup> En God zag het licht, dat het goed was; en God maakte scheiding tussen het licht en de duisternis. <section end="4"></section></onlyinclude>(CP<ref name=":0" />)
'''Scheiding tussen het licht en tussen de duisternis.''' Een toepassing op het leven van een gelovige: heiligmaking, zich afzonderen van het kwaad.
Regel 68:
Er is, zedelijk-geestelijk gezien, een eeuwige scheiding tussen het rijk van het licht, waar God is, en dat van de duisternis ([[hel]]).
 
=== Gen. 1:5 ===
<onlyinclude><section begin="5"></section><sup>5</sup> En God noemde het licht dag, en de duisternis noemde Hij nacht. Toen was het avond geweest, en het was morgen geweest, de eerste dag. <section end="5"></section></onlyinclude>(SV)
De dag is de toestand waarin het licht heerst, de nacht is de toestand waarin de duisternis heerst.
Regel 76:
'''De eerste dag'''. In het Hebreeuws 'yom echad' = 'dag één' of 'één dag'. Dus geen rangtelwoord ('eerste'), maar een hoofdtelwoord ('één'). De volgende scheppingsdagen worden met rangtelwoorden ('tweede', 'derde' enz.) aangeduid.
 
== Gen.Tweede 1:dag (6-8. Tweede dag) ==
 
== 6 ==
Ge 1:6   En God zeide: Daar zij een [[Gewelf|uitspansel]] in het midden der wateren; en dat make scheiding tussen wateren en wateren! Ge 1:7 En God maakte dat uitspansel, en maakte scheiding tussen de wateren, die onder het uitspansel zijn, en tussen de wateren, die boven het uitspansel zijn. En het was alzo. Ge 1:8 En God noemde het uitspansel hemel. Toen was het avond geweest, en het was morgen geweest, de tweede dag. (SV)
[[Bestand:Wijnen, Dominicus van - Allegory of the Creation of the Cosmos - 17th c.jpg|thumb|God bevestigt de hemellichamen aan het firmament. (Dominicus van Wijnen)]]
Regel 100 ⟶ 102:
'''Geestelijke toepassing.''' Er is een mensenmassa boven in de hemel en een op de aarde.
 
== Gen.Derde 1:dag (9-13. Derde dag) ==
Op deze dag verzamelt God de wateren ('zeeën'), brengt God het droge ('aarde') te voorschijn en doet hieruit planten en bomen opkomen.
 
=== Gen. 1:9 ===
Ge 1:9 En God zeide: Dat de wateren van onder den hemel in een plaats vergaderd worden, en dat het droge gezien worde! En het was alzo. (SV)
 
Regel 110 ⟶ 112:
'''De wateren van onder den hemel'''. Te onderscheiden van de wateren boven het uitspansel, 1:7.
 
=== Gen. 1:10 ===
Ge 1:10 En God noemde het droge aarde, en de vergadering der wateren noemde Hij zeeën; en God zag, dat het goed was. (SV)
 
Regel 117 ⟶ 119:
'''God zag dat het goed was.''' Ook in verzen 4, 8.
 
=== Gen. 1:11 ===
Ge 1:11 En God zeide: Dat de aarde uitschiete grasscheutjes, kruid zaadzaaiende, vruchtbaar geboomte, dragende vrucht naar zijn aard, welks zaad daarin zij op de aarde! En het was alzo. (SV)
 
Regel 130 ⟶ 132:
'''Naar zijn aard.''' Verschillende soorten bomen brachten verschillende soorten vruchten voort.
 
=== Gen. 1:12 ===
Ge 1:12 En de aarde bracht voort grasscheutjes, kruid zaadzaaiende naar zijn aard, en vruchtdragend geboomte, welks zaad daarin was, naar zijn aard. En God zag, dat het goed was. (SV)
 
Regel 143 ⟶ 145:
'''God zag, dat het goed was.''' Ook in verzen 4, 8, 10.
 
=== Gen. 1:13 ===
Ge 1:13 Toen was het avond geweest, en het was morgen geweest, de derde dag. (SV)
 
Regel 151 ⟶ 153:
De derde dag is daardoor uniek, dat tweemaal wordt gemeld "en God zag dat het goed was". En op het derde dag ontstaat voor het eerst leven op aarde. Om deze redenen trouwen Joden vaak op een dinsdag, dat is de derde dag van de week (zondag - maandag - dinsdag). De Heer Jezus verrees uit het hart van de aarde (het graf) op de ''derde'' dag na zijn lijden (vrijdag - sabbat - eerste dag van de week).
 
== Gen.Vierde 1:dag (14-19 . Vierde dag) ==
 
=== Gen. 1:14 ===
Ge 1:14  En God zeide: Dat er lichten zijn in het uitspansel des hemels, om scheiding te maken tussen den dag en tussen den nacht; en dat zij zijn tot tekenen en tot gezette tijden, en tot dagen en jaren! (SV)
'''Dat er lichten zijn in het uitspansel des hemels.''' Die lichten zijn de lichtgevende hemellichamen als zon, maan en sterren, zie vers 16.
Regel 171 ⟶ 173:
'''En tot dagen en jaren.''' De vierde functie of taak. Waardoor wij jaren en dagen kunnen tellen. Deze functie hangt uiteraard samen met de derde.
 
=== Gen. 1:15 ===
Ge 1:15 En dat zij zijn tot lichten in het uitspansel des hemels, om licht te geven op de aarde! En het was alzo. (SV)
'''Tot lichten in het uitspansel des hemels, om licht te geven op de aarde.''' Zie ook vers 17. De vijfde functie of taak. Deze functie hangt uiteraard samen met de eerste. ''Licht geven'' wordt echter onderscheiden van ''scheiding maken''.
Regel 193 ⟶ 195:
''Lu 4:19  om aan gevangenen loslating te prediken en aan blinden het gezicht, om verbrokenen heen te zenden in vrijlating, om te prediken het aangename jaar van de Heer’.'' (Telos)
 
=== Gen. 1:16 ===
Ge 1:16  God dan maakte die twee grote lichten; dat grote licht tot heerschappij des daags, en dat kleine licht tot heerschappij des nachts; ook de sterren. (SV)
'''God dan maakte.''' Ze waren er nog niet op de eerste scheppingsdag, toen God het licht tot aanzijn riep. In vers 17 worden ze gesteld.
Regel 211 ⟶ 213:
''Flp 2:15  opdat u onberispelijk en rein bent, onbesproken kinderen van God temidden van een krom en verdraaid geslacht, waaronder u schijnt als lichten in de wereld, (Telos)''
 
=== Gen. 1:17 ===
Ge 1:17  En God stelde ze in het uitspansel des hemels, om licht te geven op de aarde. (SV)
'''Stelde ze.''' Gaf een plaats in het hemelgewelf.
Regel 217 ⟶ 219:
'''Om licht te geven op de aarde.''' Een van hun taken, zie vers 15.
 
=== Gen. 1:18 ===
Ge 1:18  En om te heersen op den dag, en in den nacht, en om scheiding te maken tussen het licht en tussen de duisternis. En God zag, dat het goed was. (SV)
'''En om te heersen.''' Zie vers 16.
Regel 225 ⟶ 227:
'''En God zag, dat het goed was.''' Zo ook in de verzen 4, 8, 10, 12.
 
=== Gen. 1:19 ===
Ge 1:19  Toen was het avond geweest, en het was morgen geweest, de vierde dag. (SV)
'''De vierde dag.''' Met een rangtelwoord worden de tweede en latere scheppingsdagen aangeduid.