Geschiedenis van Israël/2000 v.C.-70 n.C.: verschil tussen versies

k
Regel 57:
 
== 7e eeuw v.C. ==
ca. '''605''' v.C. 3e jaar van Juda's koning Jojakim. Juda wordt schatplichtig aan Babel. Een aantal Israëlieten (onder wie Daniël) en heilige tempelvaten worden meegevoerd naar Babel (Kron. 36:5-8; Dan. 1:1-2.) Dit heet 'de eerste ballingschap' of 'de eerste deportatie' van Juda<ref name=":0">Jaartal ontleend aan de tentoonstelling in 2021 te Nijkerk door Christenen voor Israël.</ref>. Deze wegvoering vond plaats in 606<ref name=":1">Volgens Roger Liebi, ''Das Buch Daniël'', [https://rogerliebi.ch/wp-content/uploads/material/RL-R000.01-2013-06-01-Dan_-Skript-Auslegung-Einfuehrung-Daniel-Folge-1-K1-3-.pdf hoofdstukken 1 t/m 3] (juni 2013). Transcript van een toespraak.</ref> of 605 v.C.
 
ca. '''603''' v.C.. Juda komt in opstand en Nebukadnezar belegert Jeruzalem. — In zijn tweede regeringsjaar (603 v.C.) heeft Nebukadnezar een merkwaardige droom van het Grote Beeld.
 
== 6e eeuw v. C. ==
'''598/597''' v.C. Jechonia bestijgt de troon van Juda en regeert slechts drie maanden.
 
'''597''' v.C. Jeruzalem wordt ingenomen door Nebukadnezzar. De tweede wegvoering van Juda<ref name=":0" />, 8 jaren na de eerste; ook genoemd 'de grote ballingschap.' (2 Kron. 36: 9-16; Ezech. 1:2). Koning Jojachin, zijn (koningin-)moeder Nehusta, al de edelen van Juda en Jeruzalem en de profeet [[Ezechiël (Bijbelboek)|Ezechiël]] werden gedeporteerd naar Babylon (Jer. 24:1; Est. 2:6; Jer. 27:6; 27:20; 29:2). Ook schatten van de tempel worden meegenomen naar Babylon. <blockquote>''2Kon 24:12 Toen ging Jojachin, de koning van Juda, [de stad] uit naar de koning van Babel, hij, zijn moeder, zijn dienaren, zijn vorsten en zijn hovelingen. De koning van Babel nam hem [gevangen] in het achtste jaar van zijn regering. (HSV)''</blockquote><blockquote>''Jer 24:1 …, nadat Nebukadrezar, de koning van Babel, Jechonia, de zoon van Jojakim, de koning van Juda en de vorsten van Juda, de ambachtslieden en de smeden uit Jeruzalem in ballingschap gevoerd had, en hen naar Babel gebracht had.'' (HSV)</blockquote>Nebukadrezar maakte Zedekia, een oom van Jojachin, koning van Juda.<blockquote>''Jer 37:1 Koning Zedekia, de zoon van Josia, werd koning in plaats van Chonia, de zoon van Jojakim, omdat Nebukadrezar, de koning van Babel, hem koning had gemaakt in het land Juda. (HSV)''</blockquote>Ca. '''588''' v.C. Nebukadnezar belegert opnieuw Jeruzalem.
 
'''586''' v. Chr.: Verwoesting van Jeruzalem en de tempel door de legers van Babel. Einde van de 11-jarige regering van Zedekia, de laatste regerende koning uit het koningshuis van Juda. De profeet Jeremia wordt bevrijd uit het kamp bij Rama.
[[Bestand:Juda tijdens de wegvoering-Access Foundation.jpg|miniatuur|1024x1024px|''Juda tijdens de wegvoering naar Babel''|alt=|geen]]
De meeste inwoners van [[Jeruzalem]] worden weggevoerd. Dit is de derde wegvoering<ref name=":0" /> (2 Kron. 36: 17-21), 11 jaren na de tweede. De profeet Jeremia vertolkt de klacht van Israël over de boosheid van Babel aan de stad Jeruzalem en het volk van Israël gedaan:<blockquote>''Jeremia 51:34 Nebukadrezar, de koning van Babel, heeft mij opgegeten, hij heeft mij verpletterd, hij heeft mij gesteld [als] een ledig vat, hij heeft mij verslonden als een draak, hij heeft zijn balg gevuld van mijn lekkernijen; hij heeft mij verdreven.'' (SV)</blockquote>[[Bestand:Wegvoering naar Babel-Access Foundation.jpg|miniatuur|800x800px|''Wegvoering van de Joden naar Babylonië''|alt=|geen]]