God: verschil tussen versies

1.261 bytes toegevoegd ,  7 jaar geleden
geen bewerkingssamenvatting
(Nieuwe pagina aangemaakt met ''''God''' is het Opperwezen dat hemel en aarde, engelen, dieren en mensen gemaakt heeft en Zichzelf geopenbaard heeft in de natuur, in de geschiedenis, in Zijn ges...')
 
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 210:
 
== Genadig ==
God is [http://www.christipedia.nl/Artikelen/G/Genadig genadig]: Hij is geneigd om de onwaardige wel te doen, [http://www.christipedia.nl/Artikelen/G/Genade genade] te bewijzen. Dat deed Hij aan Zijn weerspannige volk in de woestijn.<blockquote>''Ne 9:17 En zij hebben geweigerd te horen, en niet gedacht aan Uw wonderen, die Gij bij hen gedaan hadt, en hebben hun nek verhard, en in hun wederspannigheid een hoofd gesteld, om weder te keren tot hun dienstbaarheid. Doch Gij, een God van vergevingen, '''genadig''' en barmhartig, lankmoedig, en groot van weldadigheid, hebt hen evenwel niet verlaten.''</blockquote>God is ook genadig jegens zondaars die hun zonden belijden en in Jezus Christus geloven. Hij spreekt hen, onwaardigen, niet alleen van straf vrij, maar maakt ze bovendien tot Zijn kinderen.
 
God is ook genadig jegens zondaars die hun zonden belijden en in Jezus Christus geloven. Hij spreekt hen, onwaardigen, niet alleen van straf vrij, maar maakt ze bovendien tot Zijn kinderen.
 
== Barmhartig ==
God is barmhartig: Hij is geneigd om de ellendige en lijdende, die hulp behoeft, wel te doen. Hij wordt door onze ellende geroerd en bewogen om ons te helpen.<blockquote>''Ps 78:34 Als Hij hen doodde, zo vraagden zij naar Hem, en keerden weder, en zochten God vroeg; Ps 78:35 En gedachten, dat God hun Rotssteen was, en God, de Allerhoogste, hun Verlosser. Ps 78:36 En zij vleiden Hem met hun mond, en logen Hem met hun tong. Ps 78:37 Want hun hart was niet recht met Hem, en zij waren niet getrouw in Zijn verbond. Ps 78:38 Doch Hij, barmhartig zijnde, verzoende de ongerechtigheid, en verdierf hen niet; maar wendde dikwijls Zijn toorn af, en wekte Zijn ganse grimmigheid niet op. Ps 78:39 En Hij dacht, dat zij vlees waren, een wind, die henengaat en niet wederkeert. Ps 78:40 Hoe dikwijls verbitterden zij Hem in de woestijn, deden Hem smart aan in de wildernis!''</blockquote>Zie ook artikel [http://www.christipedia.nl/Artikelen/G/Genadig Genadig], over het verschil tussen ''barmhartig'' en ''genadig''.
God is barmhartig: Hij is geneigd om de ellendige en lijdende, die hulp behoeft, wel te doen. Hij wordt door onze ellende geroerd en bewogen om ons te helpen.
 
Zie ook artikel [http://www.christipedia.nl/Artikelen/G/Genadig Genadig], over het verschil tussen ''barmhartig'' en ''genadig''.
 
== Voorzienigheid ==
Regel 251 ⟶ 247:
God woont in de hemel.<blockquote>''Ps 2:2 De koningen van de aarde stellen zich op en de vorsten spannen samen tegen de HEERE en tegen Zijn Gezalfde: Ps 2:3 Laten wij Hun banden verscheuren en Hun touwen van ons werpen! Ps 2:4 Die in de hemel woont, zal lachen, de Heere zal hen bespotten. Ps 2:5 Dan zal Hij tot hen spreken in Zijn toorn, in Zijn brandende [toorn] hun schrik aanjagen. Ps 2:6 Ik heb Mijn Koning toch gezalfd over Sion, Mijn heilige berg.'' (HSV)</blockquote>Opvallend is het bewustzijn van de koning Salomo, die Jahweh, de God van Israël. een huis op aarde gebouwd had:<blockquote>''1Kon 8:30 Luister dan naar de smeekbede van Uw dienaar en Uw volk Israël, die zij op deze plaats zullen bidden. En U, luister in Uw woonplaats, in de hemel, ja luister, en vergeef. 1Kon 8:39 luistert Ú dan in de hemel, Uw vaste woonplaats, vergeef, en grijp in, en geef eenieder naar al zijn wegen, [U], Die zijn hart kent. U alleen kent immers het hart van alle mensenkinderen, 1Kon 8:43 luistert Ú dan in de hemel, Uw vaste woonplaats, en doe overeenkomstig alles wat de vreemdeling tot U roepen zal, opdat alle volken van de aarde Uw Naam kennen en U vrezen, zoals Uw volk Israël, en erkennen dat Uw Naam is uitgeroepen over dit huis dat ik gebouwd heb. 1Kon 8:49 luistert U dan in de hemel, Uw vaste woonplaats, naar hun gebed en hun smeekbede en verschaf hun recht.'' (HSV)</blockquote>Vgl. 2 Kron. 6:21, 30, 33, 39.
 
God woont in het Vaderhuis. Dat is ook de bestemming van de kinderen van God, de gelovigen. De Here Jezus heeft gezegd:<blockquote>''Joh 14:2 In het huis van mijn Vader zijn vele woningen; als het niet zo was, zou Ik het u hebben gezegd, want Ik ga heen om u plaats te bereiden. Joh 14:3 En als Ik ben heengegaan en u plaats heb bereid, kom Ik weer en zal u tot Mij nemen, opdat ook u zult zijn waar Ik ben. Joh 14:4 En waar Ik heenga, weet u, en de weg weet u.'' (TELOS)</blockquote>De alomtegenwoordige God woont in de hemel en ook op aarde. In de oude dag was de tabernakel, gemaakt naar een voorbeeld door God getoond, en vervolgens de tempel te Jeruzalem het huis van God op aarde. David verlangde een huis voor God te bouwen, maar moest dat aan zijn Salomo overlaten.<blockquote>''Nu 35:34 Verontreinig dus het land niet waarin u woont, in het midden waarvan Ik woon; immers Ik, de HEERE, woon in het midden van de Israëlieten.'' (HSV)</blockquote><blockquote>''Hnd 7:44 Onze vaderen hadden de tent van het getuigenis in de woestijn, zoals Hij bevolen had die tot Mozes zei, dat hij die moest maken naar het voorbeeld dat hij had gezien. Hnd 7:45 En onze vaderen, na die te hebben ontvangen, brachten haar binnen met Jozua bij de inbezitneming van het land van de volken die God van voor onze vaderen uitdreef; tot op de dagen van David, Hnd 7:46 die genade vond voor God, en vroeg een woonplaats te mogen vinden voor het huis van Jakob. Hnd 7:47 Salomo echter bouwde Hem een huis. Hnd 7:48 Maar de Allerhoogste woont niet in met handen gemaakte tempels, zoals de profeet zegt: Hnd 7:49 ‘De hemel is Mij een troon en de aarde een voetbank voor mijn voeten. Wat voor huis zult u Mij bouwen, zegt de Heer, of wat is de plaats van mijn rust? Hnd 7:50 Heeft niet mijn hand dit alles gemaakt?’'' (TELOS)</blockquote>God woont ook bij de verbrijzelde en nederige van geest.<blockquote>''Jes 57:15 Want zo zegt de Hoge en Verhevene, Die [in] de eeuwigheid woont en Wiens Naam heilig is: Ik woon [in] de hoge [hemel] en [in] het heilige, en bij de verbrijzelde en nederige van geest, om levend te maken de geest van de nederigen, en om levend te maken het hart van de verbrijzelden.'' (HSV)</blockquote>Toen de Heer Jezus op aarde was, woonde God in hem. En ook nu, terwijl Hij als verheerlijkte mens in de hemel is, is dat zo.<blockquote>''Col 2:9 Want in Hem woont de hele volheid van de Godheid lichamelijk,'' (TELOS)</blockquote>In de tegenwoordige bedeling van de genade is de gemeente van Jezus Christus het huis van God.<blockquote>''1Co 3:16 Weet u niet, dat u Gods tempel bent en dat de Geest van God in u woont?'' ''1Co 3:17 Als iemand de tempel van God verderft, God zal hem verderven. Want de tempel van God is heilig, en dat bent u.''</blockquote><blockquote>''Efe 2:19 Dus bent u geen vreemdelingen en bijwoners meer, maar u bent medeburgers van de heiligen en huisgenoten van God,'' ''Efe 2:20 opgebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Jezus Christus Zelf hoeksteen is,'' ''Efe 2:21 in Wie het hele gebouw, goed samengevoegd, opgroeit tot een heilige tempel in de Heer;'' ''Efe 2:22 in Wie ook u mee opgebouwd wordt tot een woonplaats van God in de Geest.'' (TELOS)</blockquote>Ook woont God, door de Geest, in elke individuele gelovige<blockquote>''Ro 8:9 Maar u bent niet in het vlees maar in de Geest, als inderdaad Gods Geest in u woont; maar als iemand de Geest van Christus niet heeft, die behoort Hem niet toe.'' ''Ro 8:11 En als de Geest van Hem die Jezus uit de doden heeft opgewekt, in u woont, dan zal Hij die Christus uit de doden heeft opgewekt, ook uw sterfelijke lichamen levend maken door zijn Geest die in u woont.'' ''2Ti 1:14 Bewaar het goede jou toevertrouwde pand door de Heilige Geest die in ons woont.'' ''Jak 4:5 Of meent u dat de Schrift tevergeefs spreekt? Begeert de Geest die in ons woont, met afgunst?'' (TELOS)</blockquote>De heer Jezus, die een goddelijke Persoon is, heeft vóór zijn terugkeer naar de hemel tegen zijn leerlingen gezegd:<blockquote>''Joh 14:23 Jezus antwoordde en zei tot hem: Als iemand Mij liefheeft, zal hij mijn woord bewaren, en mijn Vader zal hem liefhebben en Wij zullen tot hem komen en woning bij hem maken.'' (TELOS)</blockquote>Nadat de gemeente is opgenomen, zal God opnieuw en eveneens in een stenen huis wonen. Zie artikel [http://www.christipedia.nl/Artikelen/T/Tempel Tempel]
 
''Col 2:9 Want in Hem woont de hele volheid van de Godheid lichamelijk,''
 
(TELOS)
 
In de tegenwoordige bedeling van de genade is de gemeente van Jezus Christus het huis van God.
 
''1Co 3:16 Weet u niet, dat u Gods tempel bent en dat de Geest van God in u woont?''
 
''1Co 3:17 Als iemand de tempel van God verderft, God zal hem verderven. Want de tempel van God is heilig, en dat bent u.''
 
''Efe 2:19 Dus bent u geen vreemdelingen en bijwoners meer, maar u bent medeburgers van de heiligen en huisgenoten van God,''
 
''Efe 2:20 opgebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Jezus Christus Zelf hoeksteen is,''
 
''Efe 2:21 in Wie het hele gebouw, goed samengevoegd, opgroeit tot een heilige tempel in de Heer;''
 
''Efe 2:22 in Wie ook u mee opgebouwd wordt tot een woonplaats van God in de Geest.''
 
(TELOS)
 
Ook woont God, door de Geest, in elke individuele gelovige
 
''Ro 8:9 Maar u bent niet in het vlees maar in de Geest, als inderdaad Gods Geest in u woont; maar als iemand de Geest van Christus niet heeft, die behoort Hem niet toe.''
 
''Ro 8:11 En als de Geest van Hem die Jezus uit de doden heeft opgewekt, in u woont, dan zal Hij die Christus uit de doden heeft opgewekt, ook uw sterfelijke lichamen levend maken door zijn Geest die in u woont.''
 
''2Ti 1:14 Bewaar het goede jou toevertrouwde pand door de Heilige Geest die in ons woont.''
 
''Jak 4:5 Of meent u dat de Schrift tevergeefs spreekt? Begeert de Geest die in ons woont, met afgunst?''
 
(TELOS)
 
De heer Jezus, die een goddelijke Persoon is, heeft vóór zijn terugkeer naar de hemel tegen zijn leerlingen gezegd:
 
''Joh 14:23 Jezus antwoordde en zei tot hem: Als iemand Mij liefheeft, zal hij mijn woord bewaren, en mijn Vader zal hem liefhebben en Wij zullen tot hem komen en woning bij hem maken.''
 
(TELOS)
 
Nadat de gemeente is opgenomen, zal God opnieuw en eveneens in een stenen huis wonen. Zie artikel [http://www.christipedia.nl/Artikelen/T/Tempel Tempel]
 
== Zijn spreken ==
God spreekt tot de mens.<blockquote>''Heb 1:1  Nadat God vroeger vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had in de profeten, heeft Hij in het laatst van deze dagen tot ons gesproken in de Zoon, (TELOS)''</blockquote>God heeft gesproken met Mozes, de leider van het volk Israël. God sprak met hem, onder andere, van boven het verzoendeksel, van tussen de twee [http://www.christipedia.nl/Artikelen/C/Cherub cherubs].<blockquote>''Nu 7:89 En wanneer Mozes de tent van ontmoeting binnenging om met Hem te spreken, hoorde hij een stem tot hem spreken van boven het verzoendeksel, dat op de ark van de getuigenis ligt, van tussen de twee cherubs. Zo sprak Hij tot hem.'' ''Nu 8:1 De HEERE sprak tot Mozes:'' ''Nu 8:2 Spreek tot Aäron en zeg tegen hem: Wanneer u de lampen aansteekt, moeten de zeven lampen licht verspreiden in de richting van de voorzijde van de kandelaar.'' (HSV)</blockquote>God spreekt ook ''door anderen'' tot ons, zoals in Num. 8:2, waar Mozes wordt bevolen zekere woorden tot zijn broer Aäron, de hogepriester, te spreken. Het doorgeven van Gods geopenbaarde woorden is de dienst van een [http://www.christipedia.nl/Artikelen/P/Profeet profeet]:<blockquote>''Heb 1:1  Nadat God vroeger vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had in de profeten, heeft Hij in het laatst van deze dagen tot ons gesproken in de Zoon, (TELOS)'' ''Jak 5:10 Broeders, neemt als voorbeeld van het lijden en het geduld de profeten, die in de naam van de Heer gesproken hebben. (TELOS)''</blockquote>
God spreekt tot de mens.
 
''Heb 1:1  Nadat God vroeger vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had in de profeten, heeft Hij in het laatst van deze dagen tot ons gesproken in de Zoon, (TELOS)''
 
God heeft gesproken met Mozes, de leider van het volk Israël. God sprak met hem, onder andere, van boven het verzoendeksel, van tussen de twee [http://www.christipedia.nl/Artikelen/C/Cherub cherubs].
 
''Nu 7:89 En wanneer Mozes de tent van ontmoeting binnenging om met Hem te spreken, hoorde hij een stem tot hem spreken van boven het verzoendeksel, dat op de ark van de getuigenis ligt, van tussen de twee cherubs. Zo sprak Hij tot hem.''
 
''Nu 8:1 De HEERE sprak tot Mozes:''
 
''Nu 8:2 Spreek tot Aäron en zeg tegen hem: Wanneer u de lampen aansteekt, moeten de zeven lampen licht verspreiden in de richting van de voorzijde van de kandelaar.'' 
 
(HSV)
 
God spreekt ook ''door anderen'' tot ons, zoals in Num. 8:2, waar Mozes wordt bevolen zekere woorden tot zijn broer Aäron, de hogepriester, te spreken. Het doorgeven van Gods geopenbaarde woorden is de dienst van een [http://www.christipedia.nl/Artikelen/P/Profeet profeet]:
 
''Heb 1:1  Nadat God vroeger vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had in de profeten, heeft Hij in het laatst van deze dagen tot ons gesproken in de Zoon, (TELOS)''
 
''Jak 5:10 Broeders, neemt als voorbeeld van het lijden en het geduld de profeten, die in de naam van de Heer gesproken hebben. (TELOS)''
 
== Meer weten ==