Handelingen 14: verschil tussen versies

1.945 bytes toegevoegd ,  6 jaar geleden
k
Regel 64:
'''In elke gemeenten oudsten hadden gekozen.''' Een gemeente, een vergadering van gelovigen heeft [[oudsten]] nodig. Dit zijn gevorderde leerlingen van de Heer Jezus. En als al de leerlingen geestelijk 'jong' zijn, dan zal de voorkeur uitgaan naar een oudere wijze man.
 
'''Vasten'''. [[Vasten]] hadden wij ook vóór de aanvang van de zendingsreis gedaan.
 
''Hnd 13:2 Terwijl zij nu de Heer dienden en vastten, zei de Heilige Geest: Zondert Mij nu Barnabas en Saulus af voor het werk waartoe Ik hen heb geroepen. (TELOS)''
 
'''Droegen hen op aan de Heer.''' Dat gebeurde ook in Efeze.
Zie ook [[Vasten]].
 
''Hnd 20:32 En nu draag ik u op aan God en aan het woord van zijn genade, die machtig is op te bouwen en het erfdeel te geven onder alle geheiligden. (TELOS)''
 
Paulus en Barnabas waren bij hun vertrek uit [[Antiochië (Syrië)]] opgedragen aan de Heer.
 
''Hnd 14:26 En vandaar voeren zij af naar Antiochie, waar zij aan de genade van God waren opgedragen voor het werk dat zij hadden volbracht. (TELOS)''
 
Later zou Paulus opnieuw worden opgedragen.
 
''Hnd 15:40 Paulus echter koos Silas en vertrok, aan de genade van de Heer opgedragen door de broeders.'' (TELOS)
 
== Hand. 14:26 ==
Hnd 14:26 En vandaar voeren zij af naar Antiochie, waar zij aan de genade van God waren opgedragen voor het werk dat zij hadden volbracht. (TELOS)
'''Voeren zij af naar Antiochië'''. Zij gingen niet weer via Cyprus.
 
'''Aan de genade van God waren opgedragen'''. In gebed waren zij bij hun vertrek opgedragen aan de Heer.
 
''Hnd 13:3 Toen vastten en baden zij, legden hun de handen op en lieten hen gaan. (TELOS)''
 
Later zou Paulus opnieuw worden opgedragen.
 
''Hnd 15:40 Paulus echter koos Silas en vertrok, aan de genade van de Heer opgedragen door de broeders.'' (TELOS)
 
Paulus deed later aan anderen:
 
''Hnd 20:32 En nu draag ik u op aan God en aan het woord van zijn genade, die machtig is op te bouwen en het erfdeel te geven onder alle geheiligden. (TELOS)''
 
In de genade van God heeft Paulus verkeerd in de wereld en bij de discipelen.
 
''2Co 1:12 Want dit is onze roem: het getuigenis van ons geweten, dat wij in eenvoudigheid en oprechtheid voor God, en niet in vleselijke wijsheid maar in de genade van God, hebben verkeerd in de wereld en in het bijzonder bij u.'' (TELOS)
 
''1Co 15:10 Maar door de genade van God ben ik wat ik ben; en zijn genade aan mij is niet vergeefs geweest, maar ik heb overvloediger gearbeid dan zij allen; maar niet ik, maar de genade van God met mij. (TELOS)''
 
== Hand. 14:27 ==