k
→Tweede zendingsreis van Paulus (36-41)
k (→16) |
|||
Regel 52:
'''De tent van David ... die vervallen is.''' Door de ontrouw van het volk en door Gods strafgericht daarover was de dynastie van David en zijn nakomelingen in verval geraakt en afgebroken. Het gelovig overblijfsel, dat in Jezus geloofde, was het begin van het herstel van Israël en tevens van de bekering van heidenen. Want het overblijfsel verkondigt het evangelie aan de heidenen, die vervolgens God gaan zoeken.
== 33 ==
Handelingen 15:33 Nadat zij nu enige tijd waren gebleven, lieten de broeders hen met vrede gaan naar degenen die hen hadden gezonden. (Telos)
'''Lieten ... hen met vrede gaan.''' Met de gewone zegenwens: "gaat heen in vrede!". In het Oosten was de gewone groet bij het afscheid "Ga(at) in vrede" ofwel "Ga(at) heen in vrede". <blockquote>{{Bijbelvers|HoofdstukNaam=1 Samuël 1|VersNummer=17}}</blockquote><blockquote>{{Bijbelvers|HoofdstukNaam=1 Samuël 20|VersNummer=42}}</blockquote><blockquote>{{Bijbelvers|HoofdstukNaam=1 Samuël 29|VersNummer=7}}</blockquote>
== Tweede zendingsreis van Paulus (36-41) ==
| |||