Hanun: verschil tussen versies

1.015 bytes toegevoegd ,  7 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
 
(2 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1:
'''Hanun''' (= begunstigd), ook geschreven ''Chanun'', is de naam van meerdere mannen in de [[Bijbel]]. De bekendste is de Ammonitische koning der [[Ammon, Ammonieten|Ammonieten]] die [[David|Davids]] gezanten onteerde en de daarop volgende oorlog met Israël verloor.
 
De naam Hanun betekent 'wien men genadig is; begunstigd' van het Hebreeuwse werkwoord ''chanon'' = genadig zijn, begunstigen<ref>S.J. van Ronkel, ''Woordenboek der eigennamen, naar hunne eerste spelling en oorspronkelijke uitspraak met eene korte beschrijving de personen, landen en plaatsen, in het Oude Testament voorkomende, en voor het grootste gedeelte ook etymologisch behandeld''. (Groningen: M. Smit, 1835) s.v. Hanun. Van Ronkel was hoofdonderwijzer aan een Joodse school en beëdigd vertaler. </ref>.
De naam Hanun betekent 'genadig; begunstigd; bevallig'<ref>Deze betekenissen worden opgegeven voor de diverse Hebreeuwse lexica in de Online Bible van uitgeverij Importantia</ref>
 
1. Zoon en opvolger van [[Nahas]], koning der Ammonieten. Nadat [[Saul]] een en andermaal Nahas verslagen had, was er verder onder zijn bewind tussen Israël en [[Ammon, Ammonieten|Ammon]] vrede geweest. Toen Nahas gestorven was, zond David gezanten om Hanun overwegens het verlies van zijn vader te troosten en deelneming te betuigen. Hanun echter, wantrouwend gemaakt, onteerde Davids gezanten door hun baard en kleding half af te snijden, 2 Sam. 10. Zo verbrak hij de vrede met Israël. Toen hij zag dat hij zich stinkend gemaakt had bij David, riep hij de [[Syrië|Syriërs]] te hulp. David overwon Syriërs en Ammonieten beide, de laatste in die mate, dat Hanuns kroon de zijne werd. Het schijnt echter, dat deze zijn landvoogd of stadhouder bleef;.
[[Bestand:Davids oorlogen van verovering - Access Foundation kaart 52.jpg|gecentreerd|miniatuur|1602x1602px|Van toepassing zijn de punten 8 en 9 op de kaart.]]
 
Schriftplaatsen over Hanun: 2 Sam. 10: 1-4; 1 Kron. 19: 1-4[[Bestand:Davids oorlogen van verovering - Access Foundation kaart 52.jpg|gecentreerd|miniatuur|1602x1602px|Van toepassing zijn de punten 8 en 9 op de kaart.]]
2. Een man die samen met het volk van Zanoah een poort in de muur van Jeruzalem herstelde, toen een deel van Israël uit de Babylonische ballingschap was teruggekeerd.
 
2. Een man die samen met het volk van Zanoah een poort in de muur van Jeruzalem herstelde, toen een deel van Israël uit de Babylonische ballingschap was teruggekeerd.<blockquote>''Ne 3:13 De Dalpoort verbeterden Hanun, en de inwoners van Zanoah; zij bouwden die, en richtten haar deuren op, [met] haar sloten en haar grendelen; daartoe duizend ellen aan den muur, tot aan de Mistpoort. (SV)''</blockquote>3. De zesde zoon van Zalaf, die meehielp aan het herstel van de muur van Jeruzalem, waarschijnlijk aan de oostzijde. Mogelijk is hij dezelfde als de man genoemd bij 2. <blockquote>''Ne 3:30 Na hem verbeterden Hananja, de zoon van Selemja, en Hanun, de zoon van Zalaf, de zesde, een andere maat. Na hem verbeterde Mesullam, de zoon van Berechja, tegenover zijn kamer. (SV)''</blockquote>
 
== BronBronnen ==
P.J. Gouda Quint, ''Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling''. Haarlem: De erven F. Bohn, 1866. Tekst van het lemma 'Hanun' is op 3 feb. 2017 verwerkt.