Hanun

Uit Christipedia

Hanun (= begunstigd), ook geschreven Chanun, is de naam van meerdere mannen in de Bijbel. De bekendste is de koning der Ammonieten die Davids gezanten onteerde en de daarop volgende oorlog met Israël verloor.

De naam Hanun betekent 'wien men genadig is; begunstigd' van het Hebreeuwse werkwoord chanon = genadig zijn, begunstigen[1].

1. Zoon en opvolger van Nahas, koning der Ammonieten. Nadat Saul een en andermaal Nahas verslagen had, was er verder onder zijn bewind tussen Israël en Ammon vrede geweest. Toen Nahas gestorven was, zond David gezanten om Hanun wegens het verlies van zijn vader te troosten en deelneming te betuigen. Hanun echter, wantrouwend gemaakt, onteerde Davids gezanten door hun baard en kleding half af te snijden, 2 Sam. 10. Zo verbrak hij de vrede met Israël. Toen hij zag dat hij zich stinkend gemaakt had bij David, riep hij de Syriërs te hulp. David overwon Syriërs en Ammonieten beide, de laatste in die mate, dat Hanuns kroon de zijne werd. Het schijnt echter, dat deze zijn landvoogd of stadhouder bleef.

Schriftplaatsen over Hanun: 2 Sam. 10: 1-4; 1 Kron. 19: 1-4

Van toepassing zijn de punten 8 en 9 op de kaart.

2. Een man die samen met het volk van Zanoah een poort in de muur van Jeruzalem herstelde, toen een deel van Israël uit de Babylonische ballingschap was teruggekeerd.

Ne 3:13 De Dalpoort verbeterden Hanun, en de inwoners van Zanoah; zij bouwden die, en richtten haar deuren op, [met] haar sloten en haar grendelen; daartoe duizend ellen aan den muur, tot aan de Mistpoort. (SV)

3. De zesde zoon van Zalaf, die meehielp aan het herstel van de muur van Jeruzalem, waarschijnlijk aan de oostzijde. Mogelijk is hij dezelfde als de man genoemd bij 2.

Ne 3:30 Na hem verbeterden Hananja, de zoon van Selemja, en Hanun, de zoon van Zalaf, de zesde, een andere maat. Na hem verbeterde Mesullam, de zoon van Berechja, tegenover zijn kamer. (SV)

Bronnen

P.J. Gouda Quint, Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling. Haarlem: De erven F. Bohn, 1866. Tekst van het lemma 'Hanun' is op 3 feb. 2017 verwerkt.

Hebreeuws-Nederlands Lexicon, onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia.

Voetnoot

  1. S.J. van Ronkel, Woordenboek der eigennamen, naar hunne eerste spelling en oorspronkelijke uitspraak met eene korte beschrijving de personen, landen en plaatsen, in het Oude Testament voorkomende, en voor het grootste gedeelte ook etymologisch behandeld. (Groningen: M. Smit, 1835) s.v. Hanun. Van Ronkel was hoofdonderwijzer aan een Joodse school en beëdigd vertaler.