Hebreeën 9: verschil tussen versies

2.968 bytes toegevoegd ,  6 maanden geleden
k
 
(5 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1:
{{Hebreeën commentaar}}
{{Commentaar hoofdstuk}}
 
== Hebr. 9:1 ==
Heb 9:1 Ook het eerste verbond had dus dienstvoorschriften en het wereldlijk heiligdom. (TELOS)
'''Dienstvoorschriften'''. Verzen 9 en volgende zeggen iets over de diensten:
Regel 11:
'''Wereldlijk heiligdom'''. Een heiligdom in de wereld op aarde. Het is "van deze schepping" (vergelijk 9:11).
 
== Hebr. 9:2 ==
Heb 9:2 Want een tabernakel was ingericht, de eerste, waarin de kandelaar was en de tafel en de toonbroden; deze wordt het heilige genoemd. (TELOS)
'''De eerste'''. De eerste en voorste afdeling van de Tentwoning, die achter het eerste voorhangsel was.
Regel 21:
Het gaat de schrijver niet om een volledige opsomming, maar om het werk van de Hogepriester op de grote Verzoendag, zoals uit de volgende verzen blijkt. Op die grote dag deed hij in het Allerheiligste reukwerk in een wierookvat. De geurende wolk, ontstaan door de verbranding van de wierookhars, bedekte het verzoendeksel en vrijwaarde de hogepriester voor Gods oordeel.
 
== Hebr. 9:4 ==
Heb 9:4 die een gouden wierookvat bevatte en de ark van het verbond, rondom geheel met goud overdekt, waarin een gouden kruik was die het manna bevatte, en de staf van Aaron die gebloeid had, en de tafelen van het verbond; (TELOS)
'''[[Wierookvat]]'''. Op [[Verzoendag]] deed de hogepriester in het Allerheiligste reukwerk in een wierookvat. De geurende wolk, ontstaan door de verbranding van de wierookhars, bedekte het verzoendeksel en vrijwaarde de [[hogepriester]] voor Gods oordeel.<blockquote>''Le 16:12 Hij zal ook een wierookvat vol vurige kolen nemen van het altaar, van voor het aangezicht des HEEREN, en zijn handen vol reukwerk van welriekende specerijen, klein gestoten; en hij zal het binnen den voorhang dragen. Le 16:13  En hij zal dat reukwerk op het vuur leggen, voor het aangezicht des HEEREN, opdat de nevel des reukwerks het verzoendeksel, hetwelk is op de getuigenis, bedekke, en dat hij niet sterve. (SV)''</blockquote><blockquote>''Opb 8:3 En een andere engel kwam en ging bij het altaar staan met een gouden wierookvat; en hem werden veel reukwerken gegeven, opdat hij kracht zou geven aan de gebeden van alle heiligen op het gouden altaar dat voor de troon was. (Telos)''</blockquote>Het Griekse woord vertaald door 'wierookvat' is ook te vertalen door 'reukaltaar'<ref name=":0">Aldus een noot in de [[Telos-vertaling]].</ref>. Verscheidene vertalingen hebben 'reukaltaar' of 'reukofferaltaar', waaronder de vertaling van Petrus Canisius, Utrechtse vertaling, Leidse vertaling, Willibrord-vertaling, Vissering, Naardense Bijbel, NBG51-vertaling, Groot Nieuws Bijbel, Het BOEK, Nieuwe Bijbelvertaling (2004) en de BasisBijbel<ref>Enkele buitenlandse Engelse vertalingen die een woord voor het reukaltaar gebruiken zijn: American Standard Version (ASV), NetBible; en Duitse vertalingen als Piscator, Schlach, Textbibel, Weizsaecker.</ref>. Voorbeeld: <blockquote>''Heb 9:4  <u>Dit bevatte</u> naast <u>een gouden reukaltaar</u> ook de ark des verbonds, die geheel met goud was overtrokken, en waarin zich de gouden vaas met het manna bevond, benevens de staf van Aäron die gebloeid had, en de verbondstafelen;'' (Canis)</blockquote>De oude Latijnse Vulgaat-vertaling "aureum habens turibulum" = "die een gouden wierookvat heeft".
'''[[Wierookvat]]'''. Op [[Verzoendag]] deed de hogepriester in het Allerheiligste reukwerk in een wierookvat. De geurende wolk, ontstaan door de verbranding van de wierookhars, bedekte het verzoendeksel en vrijwaarde de Hogepriester voor Gods oordeel.
 
Het Griekse woord is θυμιατηριον, ''thumiasterion.'' Letterlijk zoiets als "wierookbrander". Het woord komt slechts 1x in het Nieuwe Testament voor. Het [[strongnummer]] is G2369. Het woord is van een afleiding van het werkwoord θυμιαω, ''thumiao'' = wierook branden. Het heeft twee betekenissen: 1. wierookvat<ref name=":2">''Thayer's Greek—English Lexicon of the New Testament'' zegt: "θυμιατήριον, θυμιατηριου, τό (θυμιάω), properly, a utensil for fumigating or burning incense (cf. W., 96 (91)); hence:
''Le 16:12 Hij zal ook een wierookvat vol vurige kolen nemen van het altaar, van voor het aangezicht des HEEREN, en zijn handen vol reukwerk van welriekende specerijen, klein gestoten; en hij zal het binnen den voorhang dragen.''
 
1. a censer: 2Ch 26:19; Eze 8:11; Herodotus 4, 162; Thucydides 6, 46; Diodorus 13, 3; Joseph., Ant. 4, 2, 4; 8, 3, 8; Aelian v. h. 12, 51.
''Opb 8:3 En een andere engel kwam en ging bij het altaar staan met een gouden wierookvat; en hem werden veel reukwerken gegeven, opdat hij kracht zou geven aan de gebeden van alle heiligen op het gouden altaar dat voor de troon was.''
 
2. the altar of incense: Philo, rer. div. haer. § 46; vit. Moys. iii. § 7; Joseph., Ant. 3, 6, 8; 3, 8, 3; b. j. 5, 5, 5; Clement of Alexandria; Origen; and so in Heb 9:4 ((where Tr marginal reading brackets), also 2 Tr marginal reading in brackets), where see Bleek, Lünemann, Delitzsch, Kurtz, in opposed to those ((AV: included)) who think it means censer; (yet cf. Harnack in the Studien und Kritiken for 1876, p. 572f)." </ref>; 2. wierookaltaar<ref>''Grieks-Nederlands Lexicon'', onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. </ref><ref name=":0" /><ref name=":2" />.
Het Griekse woord vertaald door 'wierookvat' is ook te vertalen door 'reukaltaar'<ref name=":0">Aldus een noot in de [[Telos-vertaling]].</ref>. Bedoelt de schrijver het wierookvat of het reukaltaar? Argumenten pro 'wierookvat':
 
Bedoelt de schrijver het wierookvat of het reukaltaar? Argumenten pro 'wierookvat':
* de [[Septuaginta|Septuagint]] gebruikt het Griekse woord alleen voor wierookvat. Voor reukaltaar wordt een ander Grieks woord gebruikt.
* het reukofferaltaar wordt nergens zo met dat Griekse woord genoemd.
Regel 37 ⟶ 39:
* De misjna Yoma zegt dat de hogepriester op Verzoendag het gouden wierookvat gebruikte, de priesters gebruikten gewoonlijk zilveren wierookvaten.
* Ook [[Flavius Josephus]] spreekt over het wierookvat in het Heilige der heiligen
SommigenVerscheidene echtervertalingen doorhebben 'reukofferaltaar'. Argumenten hiervoor:
* het wierookaltaar staat weliswaar voor het voorhangsel van het allerheiligste staatAllerheiligste, maar wordt toch tot het heilige der heiligen gerekend (Exod.30:1v.; 40:26v.; 1 Kon.6:20,22)
* de Schrift geeft elders geen aanleiding om te onderstellen dat het vat in het Allerheiligste werd bewaard.
* de Ethiopische versie van Hebr. heeft dit stukje teruggeplaatst bij vers 2 en plaatst het zo in het Heilige.
* [[Philo van Alexandrië]] plaatst het wierookvat in een andere plaats van de tabernakel
 
== Hebr. 9:7 ==
Heb 9:7 maar in de tweede alleen de hogepriester, eenmaal in het jaar, niet zonder bloed, dat hij offert voor zichzelf en voor de afdwalingen van het volk. (TELOS)
'''Tweede'''. Tweede tabernakel, het allerheiligste deel. De Heer Jezus heeft zijn bloed aangeboden in het hemels heiligdom.
 
== Hebr. 9:8 ==
Heb 9:8 Daarmee duidt de Heilige Geest aan dat de weg tot het heiligdom nog niet bekend gemaakt is, zolang de eerste tabernakel nog stand houdt. (Telos)
'''Duidt de Heilige Geest aan'''. De [[Heilige Geest]] is een goddelijke Persóón.
Regel 53 ⟶ 55:
'''De weg tot het heiligdom'''. Vermoedelijk de weg tot het ware, hemelse heiligdom, "de grotere en volmaaktere tabernakel" (vers 11). De tweede tabernakel spreekt hiervan. De dagelijkse dienst hield op bij de ingang van de tweede tabernakel.
 
== Hebr. 9:10 ==
Heb 9:10 die alleen bestaan in spijzen, dranken en verschillende reinigingen: inzettingen van het vlees, tot op de tijd van het herstel opgelegd. (Telos)
'''Inzettingen van het vlees'''. Ze betreffen ons lichaam, dat spijs en drank inneemt en gereinigd wordt.
 
== Hebr. 9:11 ==
Heb 9:11 Maar Christus, gekomen als hogepriester van de komende goederen, door de grotere en volmaaktere tabernakel, niet met handen gemaakt (dat is niet van deze schepping), (TELOS)
'''Komende goederen'''. Die tot de toekomstige wereld behoren, in tegenstelling tot de thans geofferde spijzen en dranken (vers 10) die tot deze wereld behoren. Jezus is het die door Zijn hogepriesterlijke dienst de toekomstige goederen "aanbrengt en dan ook op hogepriesterlijke wijze bestuurt” <ref>Karl August Dächsel; F P L C van Lingen; H van Griethuijsen, Antz. et al, ''Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting) : met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden'' (Kampen: Bos, 1893-1901), commentaar op Hebr. 9:11.  </ref>
Regel 81 ⟶ 83:
''Heb 9:1 Ook het eerste verbond had dus dienstvoorschriften en het wereldlijk heiligdom.'' (Telos)
 
== Hebr. 9:12 ==
Heb 9:12 ook niet door het bloed van bokken en kalveren, maar door zijn eigen bloed, is eens voor altijd ingegaan in het heiligdom na een eeuwige verlossing verworven te hebben. (TELOS)
'''Door het bloed van bokken en kalveren'''. Met bloed ging de hogepriester op Verzoendag het Allerheiligste binnen. 'Door', zie hierna.
Regel 95 ⟶ 97:
De verlossing is eeuwig, niet tijdelijk als de jaarlijkse verzoening op [[Grote Verzoendag|Verzoendag]].
 
== Hebr. 9:13 ==
Heb 9:13 Want als het bloed van bokken en stieren en de as van een jonge koe, gesprenkeld op de onheiligen, heiligt tot de reinheid van het vlees, (TELOS)
'''As van een jonge koe.''' De as van een rode jonge koe, die geheel was verbrand, buiten de legerplaats,  werd door middel van water gesprenkeld op hen die onrein waren geworden door aanraking van een dode (Num. 19). 
 
== Hebr. 9:14 ==
Heb 9:14 hoeveel te meer zal het bloed van Christus, die door de eeuwige Geest Zichzelf vlekkeloos aan God heeft geofferd, ons geweten reinigen van dode werken, om de levende God te dienen. (TELOS)
'''Zichzelf heeft geofferd.''' Zie [[Hebreeënbrief/Onderwerpen#Offer]]
Regel 119 ⟶ 121:
''Heb 10:22 laten wij naderen met een waarachtig hart, in volle zekerheid van het geloof, de harten door besprenkeling gezuiverd van het kwaad geweten en het lichaam gewassen met rein water. (TELOS)''
 
== Hebr. 9:15 ==
Heb 9:15 En daarom is Hij middelaar van een nieuw verbond, zodat, nu de dood heeft plaatsgevonden tot verlossing van de overtredingen onder het eerste verbond, de geroepenen de belofte van de eeuwige erfenis ontvangen. (TELOS)
'''Middelaar'''. Vergelijk:
Regel 141 ⟶ 143:
''Hebreeën 6:17 Daarom heeft God, omdat Hij de <u>erfgenamen</u> van de belofte de onveranderlijkheid van zijn raad overvloediger wilde bewijzen, Zich met een eed verbonden, (Telos)''
 
''Heb 9:11  Maar Christus, gekomen als hogepriester van <u>de komende goederen</u>, door de grotere en volmaaktere tabernakel, niet met handen gemaakt (dat is niet van deze schepping), (Telos)''
 
''Heb 10:1  Want daar de wet een schaduw heeft van de toekomstige goederen, niet het beeld van de dingen zelf, kan zij met dezelfde slachtoffers die men voortdurend elk jaar offert, hen die naderen nooit volmaken.'' (Telos)
== Hebr. 9:16 ==
 
== Hebr. 9:16 ==
Heb 9:16 (Want waar een testament is, daar is het nodig dat de dood van de testamentmaker vaststaat; (TELOS)
Het Griekse woord ''diatheke'' kan zowel 'verbond' als 'testament' betekenen. → [[Testament]].
 
== Hebr. 9:17 ==
Heb 9:17 want een testament wordt geldig als de dood is ingetreden, daar het nimmer kracht heeft zolang de testamentmaker leeft.) (TELOS)
Het [[testament]] is geldig geworden, het nieuwe verbond is al van kracht. 
 
== Hebr. 9:18 ==
Heb 9:18 Daarom is ook het eerste verbond niet zonder bloed ingewijd. (TELOS)
'''Eerste verbond'''. Het [[verbond]] van Sinaï. 
 
== Hebr. 9:19 ==
Heb 9:19 Want toen door Mozes naar de wet elk gebod tot het hele volk gesproken was, nam hij het bloed van de kalveren en de bokken met water en scharlaken wol en hysop en besprenkelde zowel het boek zelf als het hele volk, (TELOS)
Verwezen wordt naar de geschiedenis in Ex. 24:3-8
Regel 165 ⟶ 169:
'''Het bloed van de kalveren en de bokken'''. Dat Mozes van de dank- en brandoffers genomen had.<ref name=":1" />
 
'''Het bloed .... met water'''. Van het bloed sprengde Mozes de ene helft, met water vermengd, op het altaar.<ref name=":1" /> Het water wordt niet genoemd in Ex. 24. Maar aangezien er sprake is van sprenkelen van het volk, en melaatsen zowel als onreine huizen werden besprenkeld met bloed vermengd met bronwater (Lev. 14:5-7; 50-52), trekt de schrijver de conclusie dat bloed vermengd met water werd toegepast.
 
Vergelijk:
Regel 193 ⟶ 197:
Het is echter niet onwaarschijnlijk dat hij op dezelfde wijze het boek zelf besprengde. De plechtigheid was nadrukkelijk en veelbetekenend; zij hield in dat de overeenkomende partijen in dat verbond verplicht werden tot een stipte nakoming van hetgeen dat verbond hun oplegde. Het bloed werd gehouden voor het leven van alle dieren zowel als van de mensen; en deze plechtigheid werd geacht in te sluiten dat de personen, die een op deze manier aangegaan verbond schonden, bereid waren om hun bloed te laten vergieten, zoals het bloed van het dier, dat voor hen stond, vergoten werd. Het ''altaar'' werd besprengd van Gods zijde, die zich dus vernederde om naar de manier van de mensen te handelen; het ''volk'' werd besprengd ten teken van hun gezindheid om het verbond te houden en tot erkentenis van hun bereidheid dat hun bloed vergoten werd, indien zij het verbraken. En het boek zelf werd mogelijk besprengd, ten teken en bewijs dat dit het verbond zelf bevatte, waarin de overeenkomende partijen op zo’n plechtige wijze bewilligd hadden.<ref name=":1">Karl August Dächsel; F P L C van Lingen; H van Griethuijsen, Antz. et al, ''Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting) : met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden'' (Kampen: Bos, 1893-1901), commentaar op Hebr. 9:19. Tekst hiervan is verwerkt.</ref>
 
== Hebr. 9:23 ==
Heb 9:23 Het was dus nodig dat wel de zinnebeelden van de dingen die in de hemelen zijn hierdoor gereinigd werden, maar de hemelse dingen zelf door betere slachtoffers dan deze. (TELOS)
'''Zinnebeelden.''' De vertalingen HSV, NBG51 hebben "afbeeldingen"; SV: "voorbeeldingen"; NB: "voorstellingen". “Afbeeldingen” beter dan “voorbeeldingen”<ref>Karl August Dächsel; F P L C van Lingen; H van Griethuijsen, Antz. et al, ''Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting) : met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden'' (Kampen: Bos, 1893-1901), commentaar op Hebr. 9:23.  </ref>.
Regel 199 ⟶ 203:
'''Hemelse dingen'''. De satan en zijn engelen bewegen zich in de hemelse gewesten en verontreinigen die. Een andere uitleg zegt: de gemeente als hemelse maatschappij. Deze verklaring is onwaarschijnlijk, daar de gelovigen op aarde gereinigd worden.
 
== Hebr. 9:24 ==
Heb 9:24 Want Christus is niet ingegaan in het met handen gemaakte heiligdom, een tegenbeeld van het ware, maar in de hemel zelf, om nu te verschijnen voor het aangezicht van God voor ons; (TELOS)
'''Tegenbeeld'''. Gr. antitupos.
Regel 207 ⟶ 211:
''Heb 1:3 Deze, die de uitstraling is van zijn heerlijkheid en de afdruk van zijn wezen en die alle dingen draagt door het woord van zijn kracht, is, nadat Hij door Zichzelf de reiniging van de zonden tot stand heeft gebracht, gaan zitten aan de rechterhand van de Majesteit in de hoge'',
 
== Hebr. 9:2826 ==
Heb 9:26  anders had Hij van de grondlegging van de wereld af dikwijls moeten lijden. Maar nu is Hij eenmaal in de voleinding van de eeuwen geopenbaard om de zonde af te schaffen door het slachtoffer van Zichzelf. (Telos)
'''Anders had Hij van de grondlegging van de wereld af dikwijls moeten lijden.''' Deze zinssnede bewijst dat het offer van Christus ook voor de zonden van het voorgeslacht is.
 
== 28 ==
Heb 9:28 zo zal ook Christus, eenmaal geofferd om de zonden van velen te dragen, de tweede keer zonder zonde verschijnen tot behoudenis aan hen die Hem verwachten. (TELOS)
'''Geofferd om de zonden'''