Hebreeënbrief/Onderwerpen/Priester: verschil tussen versies

k
 
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 75:
 
Op grond van dat offer is hij de hemelse tabernakel ingegaan (6:20; 9:11) en gaan zitten aan de rechterhand van God (8:1).
 
Zoals de Aäronitische hogepriester op Verzoendag het bloed offerde in het Allerheiligste, de 'tweede tabernakel' (9:7), zo heeft de Heer zijn bloed aangeboden in het hemels heiligdom. Offerde de eerste voor zichzelf en voor de afdwalingen van het volk, de Heer Jezus offerde alleen voor de zonden van het volk (9:7).
 
''Eens voor altijd''. Hij heeft eens voor altijd een voldoend offer gebracht voor de zonden van het volk (Hebr. 7:27). De Levietische priesters moesten bij herhaling slachtoffers offeren voor de zonden van het volk.
 
'''Middelaar en behouder'''. Hij is tevens de middelaar van een beter verbond, 8:6; borg van een beter verbond, 7:22. Hij treedt voor ons tussenbeide (7:25). Hij kan volledig behouden wie door hem tot God gaan, 7:25, met een eeuwige verlossing (9:12).
 
'''Heiligdom.''' Hij is een bedienaar van het heiligdom en van de ware tabernakel (Hebr. 8:2) in de hemel. Dat hemelse heiligdom heeft de Heer opgericht, niet een mens (Hebr. 8:2). Hij is ingegaan in het heiligdom op grond van zijn eigen bloed 9:12. Eens voor altijd is Hij ingegaan.
Regel 88 ⟶ 90:
* ''Hij is hoog verheven.'' (1) Hij is "de hemelen doorgegaan" (4:14), ja, "hoger dan de hemelen geworden" (7:26); (2) Hij is gaan zitten aan de rechterhand van de Majesteit in de hemelen (8:1)
* ''Hemels heiligdom''. Hij is een bedienaar van het hemels heiligdom en van de ware tabernakel in de hemel, die de Heer heeft opgericht, niet een mens (Hebr. 8:2). De aardse tabernakel was slechts een zinnebeeld en schaduw van de hemelse tabernakel (Hebr. 8:5).
* ''Uitnemende bediening.'' Uitnemender bediening dan de hogepriesters onder het oude verbond hadden, Hebr. 8.6. Want hij is ook de middelaar van een beter verbond (Hebr. 8:6)
* ''Volmaakt''. Hij is niet met zwakheid omvangen, maar volmaakt: "heilig, onschuldig, onbesmet, gescheiden van de zondaars"
* ''Eeuwige verlossing.'' Hij heeft door het offer van zichzelf een eeuwige verlossing verworven (9:12). De Levitische hogepriester moest jaarlijks verzoening voor het volk doen.