Hemel en Tussentoestand: verschil tussen versies

83 bytes toegevoegd ,  2 jaar geleden
Kleine aanpassing aan de tekst
(Kleine aanpassing aan de tekst)
(Kleine aanpassing aan de tekst)
Regel 110:
 
Sommigen hebben zelfs van ver een blik mogen slaan in de hemelse heerlijkheid waar God woont. De profeet Jesaja heeft dat mogen ervaren (Jes. 6:1-4). Stefanus zag 'de Zoon des mensen, staande ter rechterhand Gods' (Hand. 7:56). Johannes zag een deur geopend in de hemel (Openb. 4:1).
 
 
Vanuit de Hemel bij Gods Troon is er een nauwe relatie met de 'zielen onder het altaar', Zij zijn Zijn Bruidskerk hier op aarde (Matth. 5:35; Openb 6:9-10). Zie ook Ps. 91:11; Matth. 18:10; Hebr. 1:14.
Regel 132 ⟶ 131:
'''Een heel voorzichtige aanname!'''
 
Alle heiligengelovigen wachten na hun overlijden op de opstandingsdag. (Adam, Eva, Henoch, Noach, Abraham, Rachab, Ruth, Maria, Petrus, Paulus, de moordenaar aan het kruis, Lydia enz. enz.) De veronderstelling dat heiligen in de hemel der hemelen aanvankelijk voorlopig aanwezig kunnen zijn, envindt, eventueelin ooktegenstelling maartot ietshet kunnen bijdragengeloof aan onseen heilwederopstanding, isin nergensde opHeilige Schrift geen duidelijke gebaseerdgrond.
 
De tijd tussen overlijden en wederopstanding uit de dood is voor de overledene waarschijnlijk geen tijd. Na het overlijden wordt de opstanding ervaren en breekt voor ons allen het 'heden' van de opstanding aan. ''<nowiki/>'Heden zult gij met Mij in het paradijs zijn'<nowiki/>'', zei Jezus aan het kruis tegen de moordenaar (Luk. 23:43). In Markus 14:25 lezen we: ''<nowiki/>'Voorwaar, Ik zeg u, dat Ik niet meer zal drinken van de vrucht des wijnstoks, tot op dien dag, wanneer Ik dezelve nieuw zal drinken in het Koninkrijk Gods.'''
 
'''Bronnen'''