Hooglied/Hoofdstuk 6: verschil tussen versies

5.836 bytes toegevoegd ,  4 jaar geleden
k
Regel 115:
Hoo 6:12  Eer ik het wist, zette mij mijn ziel op de wagens van mijn vrijwillig volk. (Telos)
'''Eer ik het wist.''' In der haast, onvermoed, onvoorziens<ref name=":2">Kanttekeningen bij de Statenvertaling</ref>.
 
''Mt 24:36  Van die dag en dat uur echter weet niemand, ook de engelen van de hemelen niet, ook de Zoon niet, behalve de Vader alleen. (Telos)''
 
''Mr 13:32  Van die dag of dat uur echter weet niemand, ook de engelen in de hemel niet, ook de Zoon niet, behalve de Vader. (Telos)''
 
'''Zette mij mijn ziel.''' Zette ik mijzelf op de wagens.
Regel 141 ⟶ 145:
 
Voor hemelwagens, zie [[Wagen#hemelwagens|Wagen]].
 
== Hoogl. 6:13 ==
Hoo 6:13  Keer weder, keer weder, o Sulammith! Keer weder, keer weder, dat wij u mogen aanzien. Wat ziet gijlieden de Sulammith aan? Zij is als een rei van twee heiren. (SV)
In den Hebreeuwse Bijbel begint met dit vers hoofdstuk 7. Het past dan ook geheel bij het volgende hoofdstuk.<ref name=":1" />
 
'''Keer weder...''' Wordt 4x gezegd. Anderen vertalen: "keer terug" (HSV), "kom terug" (WV95) "wend u" (NBG51), "keer om" (NaB), "draai rond" (NBV2004). De vertaling "draai rond" doet denken aan dansbeweging.
 
De bruidegom spreekt hier uit, dat zijn liefde geen ogenblik is verkoeld, al was zijn vriendin ook enigszins van hem afgeweken. Hij roept haar nu om weer bij hem te blijven, geheel en al zich af te wenden van haar verkeerde weg. Ja, in dat "keer weer", tot vier maal toe herhaald, legt de bruidegom zijn geheel liefdehart voor haar open. Hij is dezelfde gebleven ook bij haar ontrouw.<ref name=":1" />
 
Dit is een heerlijk beeld van de liefde van Christus voor Zijn gemeente. Ook dan als zij in een afgezakte toestand verkeert, wordt Zijn trouw niet teniet gedaan. De meerdere dan Salomo blijft tot al de zijnen immer door roepen "Keer terug"!
 
''Opb 3:19  Allen die Ik liefheb, bestraf en tuchtig Ik; wees dan ijverig en <u>bekeer u</u>.  Opb 3:20  Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop; als iemand mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik ook bij hem binnenkomen en de maaltijd met hem houden en hij met Mij. (Telos)''
 
Ook de Sulammitische heeft gewenst dat haar vriend terugkwam:
 
''Hoo 2:17  Totdat de dag aankomt, en de schaduwen vlieden; keer om, mijn Liefste! wordt Gij gelijk een ree, of een welp der herten, op de bergen van Bether. (SV)''
 
Het boek Hooglied eindigt zelfs met haar roepstem:
 
''Hoo 8:14  Kom haastelijk, mijn Liefste! en wees Gij gelijk een ree, of gelijk een welp der herten op de bergen der specerijen. (SV)''
 
'''Sulammith.''' Dit is de enige plaats in Hooglied, waar zij met deze naam genoemd wordt. Juist uit deze omstandigheid reeds kan men opmaken, dat "Sulamith" niet de eigenlijke naam van de bruid en ook geen zuiver vrouwelijke naam is. Zij noemde de hofvrouwen "dochters van Jeruzalem"; dezen noemen háár op dezelfde wijze naar de plaats van haar herkomst. Zij, een Sulamittische, is afkomstig uit Sulem, een Sulamittische (Hoogl. 6:13). Haar naam betekent 'de volmaakte' of 'de vredige'. Misschien is de aanduiding 'Sulamittische' (Hebr. ''Sjoelamiet'') een toespeling op de naam Salomo en op de schone maagd uit Sunem, een Sunamietische, Abisag geheten, die David in zijn ouderdom koesterde. Zie [[Sulammith]] voor het hoofdartikel.
 
'''.... dat wij u mogen aanzien.''' Wie zijn die 'wij'? De bruidegom en de zijnen, zo schijnt het. Sommigen echter <ref name=":3">Zoals de herzieners van de Statenvertaling (2004). </ref> lezen hier de oproep door de meisjes, koninginnen en bijvrouwen van Salomo, of door het koor<ref>Zoals de Willibrord-vertaling uit 1995.</ref>.
 
'''Wat ziet gijlieden ... aan.''' 'Gijlieden' duidt op anderen die de bruid wellicht medelijdend of verachtelijk of enigszins permanent aanzien. Uit de volgende woorden, 7:1v, waarin de bruid op het meest verheerlijkt wordt en waarmee de bruidegom al haar smaadheid wegneemt, blijkt dat in deze woorden ligt, een bedekt verwijt over een meer of min verachtelijke blik, waarmee de omstanders de Sulamittische aanzien. Denken jullie, wil de bruidegom misschien zeggen, dat zij mij niet meer dierbaar is, dat mijn liefde verkoeld is, nu zij van mij afzwierf? Neen.<ref name=":1" />
 
Sommigen <ref name=":3" /> lezen hier het antwoord door de bruidegom aan de oproep door hofvrouwen om terug te komen.
 
Toegepast op de gemeente van Christus, kan men zeggen dat de Heer voor zijn verloofde opkomt. Al wordt zij door de wereld veracht en ziet de wereld in haar niets, zij is Hem als een reidans van legers. Met Hem zal zij overwinnen en triomfantelijk feestvieren.
 
''1Co 5:7 ... u bent immers ongezuurd. Want ook ons pascha, Christus, is geslacht. 1Co 5:8  Laten wij daarom feestvieren, niet met oud zuurdeeg, ook niet met zuurdeeg van slechtheid en boosheid, maar met ongezuurde broden van oprechtheid en waarheid. (Telos)''
 
'''Als een rei van twee heiren.''' Van twee legers. Het Hebreeuwse woord, dat hier in het meervoud voorkomt, wordt bijna overal vertaald door 'legerplaats' (meestal) of 'leger'.
 
Men kan hier ook denken aan de tien en twee stammen van Israël. Eerder is de bruid vergeleken met [[Thirza]] en [[Jeruzalem]] en slagorden.
 
''Hoo 6:4  Gij zijt schoon, Mijn vriendin, gelijk Thirza, liefelijk als Jeruzalem, schrikkelijk als [slagorden] met banieren. (SV)''
 
''Hoo 6:10  Wie is zij, die er uitziet als de dageraad, schoon, gelijk de maan, zuiver als de zon, schrikkelijk als [slagorden] met banieren? (SV)''
 
De bruid wordt in Hooglied voorgesteld als een enkeling en als een groep.
 
Anderen<ref>Zo de NBG51-vertaling.</ref> lezen het meervoud 'twee legers' als een plaatsnaam: Machanaïm (Mahanaim), dat 'twee legers' betekent.
 
''Ge 32:1  Jakob toog ook zijns weegs; en de engelen Gods ontmoetten hem. Ge 32:2  En Jakob zeide, met dat hij hen zag: Dit is een heirleger Gods! en hij noemde den naam derzelver plaats Mahanaim. (SV)''
 
De bruid staat daar voor haar vriend in haar vernieuwde gestalte, teruggekeerd tot hem. En daarom zal Hij nu ook weer haar schoonheid beschrijven. Ongetwijfeld moet deze uitdrukking 'een reidans van twee legers' dienen om de schoonheid in het algemeen van de bruid uit te drukken, om haar ongemene schoonheid met een enkel woord te zeggen.
 
== Voetnoot ==