Ismaëlieten: verschil tussen versies

25 bytes toegevoegd ,  3 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 5:
<blockquote>''Ge 17:20 En aangaande Ismael heb Ik u verhoord; zie, Ik heb hem gezegend, en zal hem vruchtbaar maken, en hem gans zeer vermenigvuldigen; twaalf vorsten zal hij gewinnen, en Ik zal hem tot een groot volk stellen;'' (SV)</blockquote>
 
<blockquote>''Ge 21:18 Sta op, hef den jongen op, en houd hem vast met uwe hand; want Ik zal hem tot een groot volk stellen.'' (SV)</blockquote>{{Abraham nageslacht}}
 
Het volk der Ismaëlieten ontstond in de woestijn '''Paran''', tussen [[Juda (stam)|Juda]] en de [[Sinaï (Bijbel)|Sinai]].
 
Regel 33 ⟶ 32:
<blockquote>''Ri 8:24 Voorts zeide Gideon tot hen: Een begeerte zal ik van u begeren: geeft mij maar een iegelijk een voorhoofdsiersel van zijn roof; want zij hadden gouden voorhoofdsierselen gehad, dewijl zij Ismaelieten waren. ''(SV)</blockquote>
 
Een deel van de Ismaelieten woonde in '''[[Midian]]''' (Gen. 37:28; Richt. 8:24). In Gen. 37 worden ze “Ismaëlieten” en “Midianietische kooplieden” genoemd. Ismaëlitische kooplieden uit Midian kochten [[Jozef]] van zijn broers in [[Kanaän]], vervoerden hem naar [[Egypte]] en verkochten hem aldaar (Gen. 37:25v).
 
<blockquote>''Ge 37:25 Daarna zaten zij neder om brood te eten, en hieven hun ogen op, en zagen, en ziet, een reisgezelschap van Ismaelieten kwam uit Gilead; en hun kemelen droegen specerijen en balsem, en mirre, reizende, om dat af te brengen naar Egypte. (…)'' Ge 37:28 Als nu de Midianietische kooplieden voorbijtogen, zo trokken en hieven zij Jozef op uit den kuil, en verkochten Jozef aan deze Ismaelieten voor twintig zilverlingen; die brachten Jozef naar Egypte. (SV)</blockquote>