Ismaëlieten: verschil tussen versies

1.247 bytes toegevoegd ,  3 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 37:
 
Jether de Ismaëliet was een zwager van David (1 Kron. 2:15, 17).
 
'''Bedoeïnen-Arabieren.''' De woestijn-Arabieren (bedoeïen-Arabieren) zijn ongetwijfeld de nakomelingen van Ismaël. Zij woonden in de uitgestrekte woestijnen ten Oosten van Syrië, Israël en Edom, tot aan de Eufraat en de Perzische zeeboezem. Ze waren wilde mannen in de zin van hun liefde voor de vrijheid, wonend in tenten en paardrijdend over de woestijn, de speer in de hand. Ze zijn echt 'tegen elke man'. Op hun zwerftochten maakten zij zich veelvuldig aan roverij schuldig, en verbonden zich ook wel met Israëls vijanden, om op buit uit te gaan en Israëls grenzen te verontrusten.
 
Evenwel treffen wij ook Ismaëlieten in het land van Israël aan, die zich tot aanzienlijke betrekkingen hadden weten te verheffen. Ook zij werden in het vervolg van de tijd door de grote macht van de Assyriërs en Chaldeeën bedreigd.
 
Evenwel worden de Ismaëlieten door de Arabische schrijvers van de echte en oorspronkelijke Arabieren, die de afstammelingen van Joktan waren, nauwkeurig onderscheiden. De Bedoeïenen zullen hun afkomst van Ismaël niet toegeven, ze wijzen Ismaëls nakomelingen bij de gemengde Arabieren aan, omdat Ismaëls moeder een Egyptische was. De bedoeïenen beweren af te stammen van Joktan, de zoon van Heber (Ge 10:25).