Jeremia 38: verschil tussen versies

256 bytes toegevoegd ,  1 jaar geleden
k
kGeen bewerkingssamenvatting
 
(2 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 2:
 
== Samenvatting ==
1-4 De vijandige rijksgroten kunnen niet dulden dat Jeremia voortgaat alle tegenstand tegen Nebukadnezar te ontraden. 5-6. Ze ontvangen van de koning Zedekia volmacht tegen hem;de profeet, waarop zij hem in een put werpen. 7-13 Nu wendt zich de hofbeambte Ebed-melech te zijnen behoeve tot de koning, en krijgt van dezen de opdracht hem uit de put te halen; wat hij met alle zorgvuldigheid doet, waarna Jeremia weer in lichte hechtenis komt. 14-23 Andermaal ontbiedt Zedekia de profeet om een godspraakGodspraak; weer ontvangt de koning de raad zich over te geven, waartoe hij, ondanks de krachtige vermaning en waarschuwing van Jeremia, de moed mist. 24-28 Zedekia verbiedt de profeet het onderhoud aan de rijksgroten te vertellen; dezen komen het niet te weten; waarop de profeet in de gevangenhof blijft tot de inneming van de stad.
 
== 4 ==
Regel 16:
== 6 ==
Jer 38:6  Toen namen zij Jeremia en wierpen hem in de kuil van Malchia, de zoon van Hammelech, die in het voorhof der bewaring was, en zij lieten Jeremia neer met touwen; in de kuil nu was geen water, maar slijk; en Jeremia zonk in het slijk. (CP<ref>Hertaling of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Statenvertaling. </ref>)
[[Bestand:The art Bible, comprising the Old and new Testaments - with numerous illustrations (1896) (14780666994).jpg|miniatuur|660x660px|Profeet Jeremia in een kuil geworpen (Jer. 38:6)]]
Profeet Jeremia in een kuil geworpen (Jer. 38:6)'''In de kuil nu was geen water, maar slijk; en Jeremia zonk in het slijk.''' Vergelijk de toestand die David beschrijft, vooruitziende op de benauwdheid van Christus Jezus:<blockquote>''Ps 69:1  [Een] [psalm] [van] David, voor den opperzangmeester, op Schoschannim. (69-2) Verlos mij, o God! want de wateren zijn gekomen tot aan de ziel. Ps 69:2  (69-3) Ik ben gezonken in grondeloze modder, waar men niet kan staan; ik ben gekomen in de diepten der wateren, en de vloed overstroomt mij. (...) Ps 69:14  (69-15) Ruk mij uit het slijk, en laat mij niet verzinken; laat mij gered worden van mijn haters, en uit de diepten der wateren. Ps 69:15  (69-16) Laat de watervloed mij niet overstromen, en laat de diepte mij niet verslinden; en laat den put zijn mond over mij niet toesluiten.'' (SV)</blockquote>
 
== 22 ==
Regel 43 ⟶ 44:
''Leidsche Vertaling (1914)''. Tekst van de samenvatting van Jer. 38 is onder wijziging verwerkt op 5 nov. 2022.
 
Karl August Dächsel; F. P. L. C. van Lingen; H. van Griethuijsen, Antz. et al, ''Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting): met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden'' (Kampen: Bos, 1893-1901), commentaar op Richt. Jer. 38:27. Enige tekst hiervan is onder wijziging verwerkt op 5 nov. 2022.
 
== Voetnoot ==