Jeremia 8: verschil tussen versies

4.092 bytes toegevoegd ,  2 jaar geleden
k
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 33:
 
''Lu 19:42  en zei: Och, mocht op deze uw dag ook u erkennen wat tot uw vrede dient. Nu is het echter verborgen voor uw ogen. (...) Lu 19:44  en u zullen omsingelen en u van alle zijden benauwen; en zij zullen u met de grond gelijkmaken met uw kinderen in u; en zij zullen in u geen steen op de andere steen laten, aangezien u de tijd waarin naar u werd omgezien, niet hebt erkend.'' (Telos)
 
== 11 ==
Jer 8:11  En zij genezen de breuk der dochter van Mijn volk op het lichtste, zeggende: Vrede, vrede! doch daar is geen vrede. (CP<ref name=":0" />)
'''De breuk der dochter van Mijn volk.''' Zie vs. 21.
 
== 14 ==
Jer 8:14  Waarom blijven wij zitten? Verzamelt u, en laat ons ingaan in de vaste steden, en aldaar stilzwijgen; immers heeft ons de HEERE, onze God, doen stilzwijgen, en ons met gallewater gedrenkt, omdat wij tegen den HEERE gezondigd hebben. (SV)
'''Gallewater.''' Herziene Statenvertaling: 'galwater'. NBV04: 'giftig water'. Canisius-vertaling: 'gifdrank'. NaB: 'water vol gif'. NBG51: 'gifsap'. De Hebreeuwse grondtekst heet twee woorden, voor respectievelijk water en gal/vergif.
 
De Heer Jezus kreeg, terwijl hij leed aan het kruis, "wijn met gal gemengd te drinken".
 
''Mt 27:34  gaven zij Hem wijn met gal gemengd te drinken; en toen Hij die had geproefd, wilde Hij niet drinken.'' (Telos)
 
''Mt 26:39  En Hij ging iets verder, viel op zijn aangezicht en bad aldus: Mijn Vader, als het mogelijk is, laat deze drinkbeker Mij voorbijgaan; echter niet zoals Ik wil, maar zoals U wilt.'' (Telos)
 
== 16 ==
Jer 8:16  Van Dan af wordt het gesnuif zijner paarden gehoord; het ganse land beeft van het geluid der briesingen zijner sterken; en zij komen daarhenen, dat zij het land opeten en diens volheid, de stad en die daarin wonen. (SV)
'''Van Dan af.'''
 
''Jer 4:15  Want een stem verkondigt van Dan af, en doet ellende horen van het gebergte van Efraïm.'' (SV)
 
De vijanden komen uit het noorden.
 
''Jer 6:22  Zo zegt de HEERE: Ziet, er komt een volk uit het land van het noorden, en een grote natie zal opgewekt worden uit de zijden der aarde.'' (SV)
 
'''Paarden.''' Waarop de vijand voortgaat.
 
'''Sterken.''' Hengsten.
 
''Jer 47:3  Vanwege het geluid van het geklater der hoeven zijner sterke [paarden], vanwege het geraas zijner wagenen, [en] het bulderen zijner raderen; de vaders zien niet om naar de kinderen, vanwege de slappigheid der handen;'' (SV)
 
''Jer 50:11  Omdat gij u verblijd hebt, omdat gij van vreugde hebt opgesprongen, gij plunderaars Mijner erfenis! omdat gij geil geworden zijt als een grazige vaars, [en] hebt gebriest als de sterke [paarden];'' (SV)
 
== 17 ==
Jer 8:17  Want ziet, Ik zend slangen, basilisken onder ulieden, tegen dewelke geen bezwering is; die zullen u bijten, spreekt de HEERE. (SV)
'''Basilisken.''' De meest gevreesde slangensoorten, het zijn gifslangen. Zie [[Adder]].
 
== 18 ==
Jer 8:18  Mijn verkwikking is in droefenis; mijn hart is flauw in mij. (SV)
'''Mijn verkwikking is in droefenis.''' Mijn klagen en zuchten slechts geven mij lucht.
 
'''Mijn hart is flauw in mij.''' Kwijnt in mij weg. Het ongeluk van zijn gaat de profeet erg aan het hart.
 
== 19 ==
Jer 8:19  Ziet, de stem van het geschrei der dochteren mijns volks is uit een zeer ver land: Is dan de HEERE niet te Sion, is haar koning niet bij haar? Waarom hebben zij Mij vertoornd met hun gesneden beelden, met ijdelheden der vreemden? (CP<ref name=":0" />)
'''Uit een zeer ver land.''' Waarheen zij in ballingschap zijn weggevoerd.
 
'''Is dan de HEERE niet te Sion, is haar koning niet bij haar?''' Dat is inhoud van de klacht. Haalt de HEERE ons niet terug in het land, waarvan gezegd is, dat het ‘t onze is? De ballingen erkennen hoe goed zij het hadden kunnen in het land van Juda onder hun God wiens huis in Sion was.
 
'''Waarom hebben zij Mij vertoornd met hun gesneden beelden ...''' Dit is het antwoord van God.
 
'''Met ijdelheden der vreemden.''' Nietige afgoden van vreemde volken.
 
== 20 ==
Jer 8:20  De oogst is voorbijgaande, de zomer is ten einde; nog zijn wij niet verlost. (SV)
De Judeeërs klagen hier dat de zomer, de rechte tijd voor de optocht van een leger, ten einde was gelopen, terwijl zich nog niets voordeed van de hulp der Egyptenaren of van hun andere bondgenoten.
 
== 21 ==
Jer 8:21  Ik ben gebroken vanwege de breuk der dochter van mijn volk; ik ga in het zwart, ontzetting heeft mij aangegrepen. (CP<ref name=":0" />)
'''De breuk der dochter van mijn volk.''' Zie vs. 11.
 
== Bron ==
Karl August Dächsel; F. P. L. C. van Lingen; H. van Griethuijsen, Antz. et al, ''Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting): met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden'' (Kampen: Bos, 1893-1901), commentaar op Jer. 8:6-7, 18-20. Enige tekst hiervan is onder wijziging verwerkt op 6 en 12 nov. 2021.
 
== Voetnoot ==