Kerstboom: verschil tussen versies

7 bytes verwijderd ,  5 maanden geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
 
(3 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 9:
Vóór vele eeuwen reeds kwam in Egypte de heilige boom, in Brits-Indië de boom met lichtjes voor. Het geven van geschenken en het versieren van de huizen met bosjes maretak stamt uit Oud-Keltische tijden. De Germanen vierden het heidens Joelfeest ter eer van het licht dat weer doorbrak. Het was het Germaanse winterzonnewendefeest, dat twaalf dagen duurde. De kortste dag van het jaar was de belangrijkste dag. Bij het Joelfeest werd de altijd groene naaldboom rondgedragen, en in de besneeuwde grond voor de deuren van de huizen gezet, met brandende kaarsen versierd als een symbool van het groeiende licht. Ook in de IJslandse sagen wordt gerept van een boom, die in Joelnacht van al zijn takken zulk een fel licht uitstraalde, dat geen wind het kon uitblazen. 
 
In de Franse gedichten uit de 12e en 13e eeuw wordt reeds gesproken van een kerstboom met een naakt kindje in de top. Het gebruik van de kerstboom vindt zijn oorsprong in de Elzas in de 16de eeuw en wordt voor het eerst vermeld in Straatsburg in 1521. In kwam de 17de eeuw kwam de lichtboom in Duitsland in gebruik. Hij vond daar zo grote ingang, dat de in Zuid-Europa gebruikelijke kerstkribbe er door verdrongen werd. Met de Lutherse kerk is de kerstboom zó samengeweven dat daar een kerstfeest zonder lichtboom zich nauwelijks laat denken. Wel heeft men dat heidense symbool godsdienstig getint en met een christelijk sausje overgoten.
 
Het gebruik heeft pas rond 1835 in Nederland via Duitse middenstanders, m.n.met name banketbakkers –,ingang gevonden; in 1837 in Frankrijk, en nog later in België ingang gevonden.
[[Bestand:Arbol Navidad 01.jpg|links|miniatuur|400x400px|Kerstboom met kerstballen.]]
In Nederland maakte de kerstboom niet een vrolijke entree. Van de zijde der Gereformeerden werden steeds ernstige bedenkingen tegen het gebruik ervan ingebracht. Onder oppervlakkig godsdienstige mensen nam de bekoring van de lichtboom al meer toe. Hij werd het pronkstuk op het kerstfeest van de vrijzinnige zondagsscholen. Het meest werd hij in ere gehouden in kringen, waar men met het geloof aan het grote wonder van Bethlehems kribbe geheel gebroken heeft. Men richtte daar een kinderfestijn aan. Een feest van barmhartigheid, waarop men aan arme kinderen weldoet, maar volstrekt geen besef heeft van de barmhartigheid, waarmee de Opgang uit de hoogte ons bezocht heeft (Luc. 1:78).
Regel 24:
 
== Beoordeling ==
Hoeveel zinspelingen op Christus men ook maken moge, de kerstboom is slechts menselijk verzinsel. Trouwens, het [[kerstfeest]] zelf is een menselijke instelling. Over het gebruik van de kerstboom wordt onder christenen verschillendeverschillend gedacht.
 
Voor veel Gereformeerden is de kerstboom in de huiskamer en op het zondagsschoolfeest contrabande, op principiële en pedagogische gronden. De kerstboom is een heidens attribuut. De uiterlijke opluistering van het Kerstfeest door middel van de lichtboom doet, volgens een predikant<ref>J.P. Tazelaar, 'Kerstboom', in ''Christelijke Encyclopaedie voor het Nederlandsche Volk'' (Kampen: Kok, 1925-1931)</ref>, aan de viering grote innerlijke schade. Ontegenzeggelijk trekt die stralende boom met zijn geschenken volgens hem de aandacht af van wat op het kerstfeest het grote middelpunt zijn moet. De kinderen behoren, zo stelt hij, op het kerstfeest zich niet maar te verblijden met geschenken van ouders of vrienden ontvangen, maar allereerst en allermeest over de gave van God, in Christus Jezus genadig geschonken. Hoe soberder de kerstfeestviering is, hoe rijker de eigenlijke betekenis van het grote heilsfeit zal worden gevoeld.  
 
Andere gelovigen gebruiken de kerstboom, louter als sfeerverhogend middel in donkere dagen, eventueel naast kandelaar en kaars, en leggen geen verband met het feest van Christus' geboorte.
 
== Bronnen ==