Markus 12: verschil tussen versies

2.621 bytes toegevoegd ,  1 maand geleden
k
kGeen bewerkingssamenvatting
 
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1:
{{Bijbelhoofdstukcommentaar|Bijbelboektitel=Evangelie naar Markus|Bijbelboekpagina=Evangelie naar Markus|Bijbelboek=Markus|Aantalhoofdstukken=16|Aantalverzen=44}}
== Samenvatting ==
''1-9'' In de gelijkenis van de wijngaard stelt Jezus de verwerping van Gods slaven voor, de verwerping en dood van Diens Zoon, de wraak van God hierom en de toedeling van de wijngaard aan anderen. ''10-11'' Het Schriftwoord van de verworpen steen. ''12'' Zijn tegenstanders trachten Jezus te grijpen. ''13-17'' Enige farizeeën en Herodianen verzoeken Jezus met de vraag of zij de keizer wel of geen belasting moeten betalen. ''18-27'' Sadduceeën, die zeggen dat er geen opstanding van doden is, leggen Jezus een vraag voor over huwen na de opstanding. ''28-34'' Een schriftgeleerde vraagt Jezus wat het eerste van alle geboden is. ''35-37'' Jezus stelt de vraag hoe de schriftgeleerden zeggen dat de Christus de zoon van David is, terwijl David hem 'mijn Heer' noemt. ''38-40'' Waarschuwing tegen de schriftgeleerden. ''41-44'' Het offer van de arme weduwe.
 
== Gelijkenis van de wijngaard (1-12) ==
Regel 43:
Markus 12:32  En de schriftgeleerde zei tot Hem: Juist, Meester, U hebt naar waarheid gezegd dat Hij een is en er geen ander is buiten Hem; (Telos)
'''Meester.''' Ook gezegd door farizeeën en herodianen in vs. 14, door sadduceeën in vs. 19.
 
== 35 ==
Markus 12:35 En Jezus antwoordde en zei, terwijl Hij leerde in de tempel: Hoe zeggen de schriftgeleerden dat de Christus een Zoon van David is? (Telos)
'''Hoe ... is?.''' De vragen van omstanders houden op. Nu stelt Jezus zelf een vraag.
 
== 36 ==
Markus 12:36  David zelf heeft door de Heilige Geest gezegd: ‘[De] Heer heeft tot mijn Heer gezegd: Zit aan mijn rechterhand, totdat Ik uw vijanden onder uw voeten stel’. (Telos)
'''[De] Heer.''' D.i. Jahweh.
 
== 37 ==
Markus 12:37  David zelf noemt Hem ‘Heer’, hoe is Hij dan zijn Zoon? En de grote menigte hoorde Hem graag. (Telos)
Wij weten, in het licht van de nieuwtestamentische openbaring, het antwoord: Jezus is naar zijn Godheid de Heer van David, en naar Zijn mensheid de zoon van David. Vergelijk de uitroep van Thomas toen hij aan zijn ogen en aan zijn lijve ervoer dat Jezus was opgestaan: <blockquote>{{Bijbelvers|HoofdstukNaam=Johannes 20|VersNummer=28}}</blockquote>'''De grote menigte.'''
 
== 38 ==
Markus 12:38  En in zijn leer zei Hij tot hen: Kijkt u uit voor de schriftgeleerden, die gesteld zijn op het wandelen in lange kleren, begroetingen op de markten, (Telos)
'''In zijn leer.''' Vers 35: "Hij leerde in de tempel".
 
'''Kijkt u uit voor de schriftgeleerden.''' Zij vormden een zedelijk gevaar: hun gedrag mocht de discipelen niet tot navolging bewegen.
 
== 40 ==
Markus 12:40  die de huizen van de weduwen opeten en voor de schijn lang bidden. Dezen zullen een zwaarder oordeel ontvangen. (Telos)
'''Die de huizen van de weduwen opeten.''' Zij buitten de weduwen uit, mogelijk door hun bezittingen in beheer te nemen en daarvan voordeel te trekken. Een commentaar schrijft: "Hier zullen we moeten denken aan de gewoonte dat een echtgenoot in zijn testament een schrijver benoemde, die tegelijkertijd een juridische functie vervulde, om voor het welzijn en de eigendommen van zijn vrouw te zorgen (vgl. Misjna, Gittin 52a,b in SB III,567-569). Uiteraard was dit een betaalde dienst en van deze vertrouwenspositie werd soms flink misbruik gemaakt."<ref>Gijs van den Brink, ''The Gospel according to Matthew'' (1997)''.'' Commentaar op Matth. 23:14''.''</ref>
 
'''Dezen zullen een zwaarder oordeel ontvangen.''' Het is alsof hier een (toekomstige) rechter spreekt. En Jezus is het ook.<blockquote>{{Bijbelvers|HoofdstukNaam=Handelingen 10|VersNummer=42}}</blockquote>
 
== Voetnoot ==