Doopsgezinden

Uit Christipedia
(Doorverwezen vanaf Mennonieten)

Doopsgezinden zijn een beweging van christenen die oorspronkelijk een radicale stroming van de Reformatie vormden en de volwassenendoop voorstaan. Wereldwijd zijn er 1,4 miljoen doopsgezinden.

De beweging staat internationaal bekend als mennonieten of menisten, in Nederland als doopsgezinden. De namen Mennisten en Mennonieten zijn ontleend aan voorman Menno Simons (1496-1561), die brak met de Rooms-katholieke kerk en zich als volwassene liet dopen. Deze  ‘dopers’ werde later doopsgezinden genoemd. Aanvankelijk werden ze zwaar vervolgd, later gedoogd en tenslotte aanvaard. In doopsgezinde kerkgebouwen liggen ter nagedachtenis aan de martelaren Martelaarsspiegels, dat zijn dikke boeken met biografieën van de martelaren.

De doperse richting heeft zich, vooral door vervolging, over de hele wereld verspreid. De dopersen vormen een wereldwijd netwerk. De doopsgezinde broederschappen in de wereld zijn verenigd in de Mennonite World Conference. In de VS en Canada vormen de Doopsgezinden (Mennonieten) een levende, actieve en vrome gemeenschap, waarvan de conservatieve Amish de opvallendste tak zijn. De Amish beginnen iedere kerkdienst beginnen met het zingen van een martelaarshymne.

Nederland telt zo’n 9000[1] doopsgezinden die lid zijn van bijna 120 gemeenten (anno 2011), verenigd in de Algemene Doopsgezinde Sociëteit (ADS). In de Nederlandse provincie Friesland zijn er circa 2000 leden in 30 gemeenten (anno 2011). De doopsgezinden in Nederland verliezen jaarlijks veel leden. In 1980 bedroeg het aantaldoopsgezinden in Nederland nog 24.000. Het kerkgenootschap is sterk vergrijsd, ongeveer 90 procent van de doopsgezinden is ouder dan 50 jaar (anno 2010)[2].

Op haar website verklaart de ADS (anno 2011): "Naar bijbels inzicht ging en gaat het ons om kleine zelfstandige gemeenten die leven van:

  • persoonlijke geloofsvrijheid en verdieping
  • verbondenheid met elkaar
  • inzet voor vrede in het klein en in het groot

Vanuit ons gemeentebesef, kiezen wij voor een bewust lidmaatschap op basis van een zelfgeschreven persoonlijke geloofsbelijdenis en/of doop. Voor ons betekent in God geloven echter vooral een wijze van leven, een weg die we samen gaan in vreugde en in vrede."

Driekwart van de leden van de Algemene Doopsgezinde Sociëteit omschrijft zichzelf als vrijzinnig (anno 2011). Ze zijn vrijzinniger dan hun geloofsgenoten elders in de Broederschap.

De Bijbel wordt door de meeste doopsgezinden in Nederland gezien als de menselijke (gebrekkige) neerslag van Gods boodschap. Geen enkele doopsgezinde predikant zal (anno 2011) de Bijbel het Woord van God noemen. Het boek wordt vooral gezien als een inspiratiebron. Van de doopsgezinden noemt 23 procent (anno 2011) de Bijbel de belangrijkste inspiratiebron voor het geloof, 39 procent noemt de Bijbel één van de inspiratiebronnen. Anderen noemen de Bijbel een verzameling verhalen (17 procent) en een verzameling verhalen, geïnspireerd door God (19  procent).

Bijna de helft van de doopsgezinden in Nederland noemt God 'een gevoel' (anno 2011). Slechts 17 procent gelooft dat God invloed uitoefent op de mens (anno 2011).

Acht tot negen van de tien Nederlandse doopsgezinden beschouwen de Heer Jezus niet als de eniggeboren Zoon van God. Zij zien de Heer zien ze vooral als voorbeeld, leraar of spiritueel leider. Zij leggen de nadruk op de navolging van Jezus. Slechts 15 procent ziet Jezus als eniggeboren Zoon van God; de meesten zien hem als een voorbeeld (36 procent), en leraar (19 procent) en spiritueel leider (19 procent).

Predestinatie (voorbeschikking door God) en de erfzonde worden vanaf het begin al afgewezen door dopers die geloofden in de kracht van de mens om zichzelf te verbeteren en die streefden naar zedelijke volkomenheid. ‘We spreken niet gauw over de zondeval. We zijn optimistische idealisten’[3].

Eén op de drie Doopsgezinden in Nederland gaat (anno 2011) elke zondag naar de kerk, bijna de helft gaat meerdere keren per maand. “Ze verwachten een preek (in doopsgezinde kringen een 'vermaning' genoemd) die inspireert, bemoedigt en in verband staat met een concrete levensopdracht. Van een oproep tot een christelijke levensstijl of een waarschuwing willen ze niet weten. De meeste doopsgezinde predikanten houden een vermaning die in lengte varieert van tien tot twintig minuten. Tachtig procent van de kerkgangers vindt dat goed, vijftien procent ziet liever een kortere preek.”[4]

De eerste vrouwelijke predikant in Nederland trad aan in een doopsgezinde kerk.

Doopsgezinden benadrukken persoonlijke keuzevrijheid en verantwoordelijkheid. Verder zijn voor hen vrede en verzoening heel belangrijk. Ze zijn tegen onderdrukking en oneerlijke machtsverhoudingen; vóór dialoog en verzoening.

Een meerderheid van de doopsgezinde gemeenten in Nederland is anno 2011 bezig met duurzaamheid (milieuvriendelijk energiegebruik, eerlijke handel). Ongeveer de helft van de gemeenten besteedt ook in de kerkdienst aandacht aan duurzaamheid, soms zelfs als hoofdthema[5].

De koepelorganisatie heet Algemene Doopsgezinde Sociëtieit. Doopsgezinde gemeenten kennen veel vrijheid. Het kerkgenootschap kent geen landelijke synode. Het advies van de Broederschapsraad, het bestuurlijk orgaan van de Algemene Doopsgezinde Sociëteit, is vrijblijvend.

Bekende Nederlandse doopsgezinden naast Menno Simons zijn de dichter Joost van den Vondel (die vijftien jaar diaken was in de doopsgezinde gemeente van Amsterdam), de predikant Anthony Winkler Prins (de Winkler Prins encyclopedie stamt van hem) en Cornelis Lely (die de Zuiderzee afsloot). De schrijver Multatuli was kort doopsgezind voordat hij atheïst werd.

“De Doopsgezinden hadden nog een soort kenmerk. Op veel plaatsen hielden ze zich bezig met het droogleggen van moerassen en het bemalen van meren. In Nederland waren zowel Jan Adriaanzoon Leeghwater (1575-1650) als ir. Cornelis Lely (1854-1929) lid van de Doopsgezinde Gemeenschap. Boeiend werk, dat droogleggen. Laten we hopen dat de Doopsgezinden bij al dat droogleggen de echte Bron zullen laten stromen.”

Krijn de Jong[6]

Geschiedenis

In de 16e eeuw behoorden de dopers tot de radicale tak van de Reformatie. Deze hervormingsgezinden streefden een gemeente van bewust gelovigen na, die als bekeerden waren gedoopt. Dopers werden toentertijd echter als een gevaar voor de maatschappij gezien. Zij behoorden tot de zwaarst vervolgde godsdienstige minderheid in de Nederlanden en ontvingen de meeste doodvonnissen. De voorman van de Doopsgezinden was Menno Simons (1496-1561).

Van 1530 tot 1597 werden in de Lage Landen zo’n 2000 ketters terechtgesteld. Onder hen waren ruim 1300 dopers. Door de vervolging werden de dopers over veel landen verstrooid.

In 1535 deed de doopsgezinde voorman Jan van Leijden een greep naar de macht en vestigde het ‘Koninkrijk van God’ in de stad Münster.

In 1536 werd Münster ontzet en werd Jan van Leijden gedood.

1536: Menno Simons, pastoor in Witmarsum, verliet de Rooms-Katholieke Kerk en liet zich dopen. Menno Simons (1496-1561) nam de leiding van de doperse beweging over en predikte geweldloosheid en wereldmijding. Het roer binnen de beweging ging radicaal om. Menno Simons is de enige reformator van Nederlandse bodem.

1561: Menno Simons overlijdt in de omgeving van Bad Oldesloe in Duitsland.

Omsteeks 1578 hield de vervolging van de dopersen op.

In 1579 kregen de Doopsgezinden vrijheid van geweten en in de eeuwen daarna volgde hun emancipatie en integratie in de samenleving.

1660: De doopsgezinde predikant Tieleman Janszoon Van Braght publiceert Het Bloedig Tooneel of Martelaerspiegel der Doopsgesinde, of weerelose Christenen.

1736: Doopsgezind Seminarium – de predikantsopleiding– opgericht in Amsterdam

1811: oprichting van de Algemene Doopsgezinde Sociëteit (ADS) als koepelorganisatie voor de doopsgezinden.

De Verlichting van de 18e eeuw heeft de Nederlandse doopsgezinden theologisch op een vrijzinnige weg gebracht. De optimistische kijk op de mens in de Verlichting heeft overeenkomsten met het doopsgezinde mensbeeld.

1844: De doopsgezinde predikant Jan de Liefde schreef ‘Gevaar! Gevaar! en geen vrede!’ Hierin uit hij zijn ongerustheid over de toenemende vrijzinnigheid. Men verweet hem echter fanatisme. Hij ontkende aan fanatisme mank te gaan, in zijn voorwoord schreef hij: ‘Waart gij niet afgedreven, ik zou niet overdrijven’. Jan de Liefde werd de oprichter van de vereniging ‘Tot Heil des Volks’ (1855).

1911: in het Friese dorp Bovenknijpe wordt de doopsgezinde Anne Zernike (1887-1972) de eerste academisch opgeleide vrouwelijke predikant in Nederland. Zij ontdekte later dat haar opvattingen een stuk vrijzinniger waren dan die van de gemiddelde doopsgezinde predikant en kwam terecht in de vrijzinnige Nederlandse Protestanten Bond.

Meer informatie

Website van de Algemene Doopsgezinde Sociëteit: http://www.doopsgezind.nl/

The Mennonites - Living in a Perfect World - Best Documentary 2016. Youtube.com: cosimode murol, 17 maart 2017. Engelstalige documentaire van National Geographic. Speelduur: 1 uur 3 min 5 sec. De documentaire laat het leven zien van vier Mennonieten die in twee verschillende gemeenschappen (kolonies) leven in een woestijngebied in Mexico.

Bronnen

Doopsgezinden tonen zich vrijzinnig, nieuwsartikel op ND.nl, 1 maart 2011.

Klaas van der Zwaag, Doopsgezinden worstelen met vrijzinnig imago, op RefDag.nl, 15 maart 2011

Lodewijk Born, Doopsgezinden gaan jaar van herdenken in, artikel op RefDag.nl, 7 jan. 2011.

Krijn de Jong, Toekomst voor de doopsgezinden?, op Habakuk.nl, 8 maart 2011.

Voetnoten

  1. Een andere bron noemt een getal van “nog geen 8000”, zie Klaas van der Zwaag, Doopsgezinden worstelen met vrijzinnig imago, op RefDag.nl, 15 maart 2011
  2. Krijn de Jong, Toekomst voor de doopsgezinden?, op Habakuk.nl, 8 maart 2011. Krijn de Jong werkt bij de stichting Tot Heil des Volks.
  3. Aldus bestuurssecretaris Hoekema in het Nederlands Dagblad van vrijdag 4 maart, aangehaald in: Krijn de Jong, Toekomst voor de doopsgezinden?, op Habakuk.nl, 8 maart 2011.
  4. Doopsgezinden tonen zich vrijzinnig, nieuwsartikel op ND.nl, 1 maart 2011.
  5. Merendeel doopsgezinde gemeenten duurzaam, nieuwsartikel op Kerknieuws.nl, 8 aug. 2011.
  6. Krijn de Jong, Toekomst voor de doopsgezinden?, op Habakuk.nl, 8 maart 2011. Krijn de Jong werkt bij de stichting Tot Heil des Volks.