Romeinen 6: verschil tussen versies

1.637 bytes toegevoegd ,  3 maanden geleden
k
Regel 5:
 
== 1 ==
Ro 6:<onlyinclude><sup>1</sup> Wat zullen wij dan zeggen? Zouden wij in de zonde blijven, opdat de genade toeneemt? </onlyinclude>(TELOSTelos)
'''In de zonde blijven'''. Blijven zondigen, 'in de zonde leven' (vers 2).
 
== 2 ==
Ro 6:<onlyinclude><sup>2</sup> Volstrekt niet! Hoe zouden wij, die ten opzichte van de zonde gestorven zijn, nog daarin leven? </onlyinclude>(TELOSTelos)
'''Ten opzichte van de zonde gestorven'''. Doordat wij verenigd zijn met Christus in zijn sterven en dood. Hij is gestorven, wij zijn met Hem gestorven.
 
== 3 ==
Ro 6:<onlyinclude><sup>3</sup> Of weet u niet, dat wij allen die tot Christus Jezus gedoopt zijn, tot zijn dood gedoopt zijn? </onlyinclude>(TELOSTelos)
De [[doop]] (door onderdompeling) symboliseert (onder meer) een begrafenis (vers 4). Wij zijn met Hem gestorven en begraven, "met hem één geworden in de gelijkheid van zijn dood" (vers 5). Het woordje "tot" duidt aan dat wij tot Hem zijn gebracht en met Hem verenigd zijn geworden; wij zijn met Hem verbonden, wij staan aan Zijn kant.
 
== 4 ==
Ro 6:<onlyinclude><sup>4</sup> Wij zijn dan met Hem begraven door de doop tot de dood, opdat, zoals Christus uit de doden is opgewekt door de heerlijkheid van de Vader, zo ook wij in nieuwheid van leven zouden wandelen. </onlyinclude>(TELOSTelos)
De dopeling blijft niet in het watergraf. Na de doop door onderdompeling staat hij weer op. Ook dat heeft een symbolische betekenis: wij zijn met Christus gestorven èn opgewekt, opgestaan. Wij zijn met Hem één geworden, ook "in de gelijkheid van zijn opstanding" (vers 6). En na deze opstanding volgt een wandel in nieuwheid van leven. De verbinding met Hem blijft, immers is Hij de bron van ons leven.
 
Regel 27:
 
== 6 ==
Ro 6:<onlyinclude><sup>6</sup> daar wij dit weten, dat onze oude mens medegekruisigd is, opdat het lichaam van de zonde te niet gedaan zou zijn, opdat wij niet meer de zonde dienen. (CP)<ref>Hier in Christipedia een iets verbeterde versie van de Telos-vertaling van dit vers.</ref>
'''Onze oude mens.''' Zoals wij waren vóórdat wij tot geloof in de Heer Jezus kwamen en ons tot God bekeerden.
 
Regel 37:
 
== 7 ==
Ro 6:<onlyinclude><sup>7</sup> Want wie gestorven is, is gerechtvaardigd van de zonde. </onlyinclude>(TELOSTelos)
'''Gerechtvaardigd van de zonde'''. Dat is rechtens (naar het recht) vrij van de zonde<ref>''Het Nieuwe Testament; herziene Voorhoeve-uitgave'' (Vaassen: uitgeverij H. Medema, 1982), aantekening bij Rom. 6:7. </ref>. Hij kan naar het recht vrijuit gaan, omdat de straf is gedragen.
 
== 8 ==
Ro 6:<onlyinclude><sup>8</sup>  Als wij nu met Christus gestorven zijn, geloven wij dat wij ook met Hem zullen leven, </onlyinclude>(Telos)
'''Dat wij ook met Hem zullen leven.''' Thans op aarde, zij het naar het lichaam nog sterfelijk, en eens, onsterfelijk, met Hem in de hemel. Daar wij met Hem eengemaakt zijn in zijn dood en opstanding.
 
'''Dat wij ook met Hem zullen leven.''' Zie vs. 13.
 
== 9 ==
Ro 6:<onlyinclude><sup>9</sup> daar wij weten dat Christus, nu Hij uit de doden is opgewekt, niet meer sterft: de dood heerst niet meer over Hem. </onlyinclude>(TELOSTelos)
'''De dood heerst niet meer over Hem'''. Hij zal niet meer sterven. De dood heeft over Hem geheerst voor zover hij zich vrijwillig (!) aan haar macht heeft onderworpen, de dood heeft geleden, de dood is ingegaan.
 
Regel 54 ⟶ 56:
 
== 10 ==
Ro 6:<onlyinclude><sup>10</sup> Want wat Hij is gestorven, is Hij eens voor altijd ten opzichte van de zonde gestorven, maar wat Hij leeft, leeft Hij voor God. </onlyinclude>(TELOSTelos)
'''Ten opzichte van de zonde gestorven'''. Alsof Hij zonde had gedaan, in de zonde had geleefd, een zondaar was geweest. Hij stierf 'des zondaars dood'. Hij heeft (plaatsvervangend) de straf, de doodstraf voor de zonde gedragen, het doodsloon van de zonde ontvangen, en Hij is nu vrij ten opzichte van de zonde (vergelijk vers 7). Hij is 'dood ten opzichte van de zonde' (vers 11).
 
Regel 64 ⟶ 66:
 
== 12 ==
Ro 6:<onlyinclude><sup>12</sup> Laat dan de zonde niet regeren in uw sterfelijk lichaam om aan zijn begeerten te gehoorzamen. </onlyinclude>(TELOSTelos)
'''Regeren.''' Zie vs. 14: "heersen".
Deze regent begeert dingen van ons die we niet mogen doen. Als we zijn begeerten gehoorzamen, regeert hij over ons. Maar wij zijn niet meer onder zijn heerschappij, wij zijn overgebracht in een ander koninkrijk. Als wij als werknemer ergens ontslagen zijn of ons ontslag hebben genomen en vertrokken zijn, dan hoeven we de oude baas niet meer te gehoorzamen, wanneer wij hem onderweg tegenkomen.
 
'''Zijn begeerten.''' De begeerten van het lichaam<ref>Patrik, Polus en Wels, ''de Verklaring van de Geheele Heilige Schrift, door eenigen van de voornaamste Engelsche Godgeleerden'' (18e eeuw). </ref>, van het vlees.
'''Regeren.''' Zie vs. 14: "heersen".
 
Deze regent begeertvraagt door de begeerten van het vlees dingen van ons die we niet mogen doen. Als we zijndie begeerten gehoorzamen, regeert hijde zonde over ons. Maar wij zijn niet meer onder zijn heerschappij, wij zijn overgebracht in een ander koninkrijk. Als wij als werknemer ergens ontslagen zijn of ons ontslag hebben genomen en vertrokken zijn, dan hoeven we de oude baas niet meer te gehoorzamen, wanneer wij hem onderweg tegenkomen.
 
== 13 ==
Ro 6:<onlyinclude><sup>13</sup> En stelt uw leden niet voor de zonde tot werktuigen van [de] ongerechtigheid, maar stelt uzelf voor God als uit [de] doden levend [geworden], en uw leden voor God tot werktuigen van [de] gerechtigheid. </onlyinclude>(TELOSTelos)
'''Uw leden'''. Handen, armen, benen, voeten, keel, tongen, lippen. <blockquote>''Ro 3:13 ‘hun keel is een open graf; met hun tongen plegen zij bedrog’; ‘addergif is onder hun lippen’; Ro 3:14 ‘hun mond is vol vervloeking en bitterheid’; Ro 3:15 ‘hun voeten zijn snel om bloed te vergieten;'' (telos)</blockquote>Monden en vuisten zondigden tegen Christus. <blockquote>''Mr 14:65 En sommigen begonnen Hem te bespuwen en zijn gezicht te bedekken en Hem met vuisten te slaan en tot Hem te zeggen: Profeteer! En de dienaren sloegen Hem in het gezicht.'' (TELOS)</blockquote>'''Niet voor de zonde'''. AlsOm haar te gehoorzamen (vs. 16), als macht die over ons heerst. In tegenstelling tot God, die wij mogen dienen.
 
'''Zonde ... ongerechtigheid'''. 1 Joh. 5:17 zegt: "Alle ongerechtigheid is zonde". De zonde is een macht. Als wij haar dienen, doen we met onze leden werken van ongerechtigheid, onrechtvaardige daden.
 
'''Uit [de] doden levend [geworden].''' zie vs. 8.
 
== 14 ==
Ro 6:<onlyinclude><sup>14</sup> Want de zonde zal over u niet heersen; want u bent niet onder [de] wet, maar onder [de] genade. </onlyinclude>(TELOSTelos)
'''De zonde zal over u niet heersen.''' <blockquote>''Ge 4:7  [Is] [er] niet, indien gij weldoet, verhoging? en zo gij niet weldoet, de zonde ligt aan de deur. Zijn begeerte is toch tot u, en gij zult over hem heersen.'' (SV) </blockquote>'''Niet onder [de] wet.''' De wet, die goed is, prikkelt de zonde en doet de overtreding toenemen.
{{Bijbelcitaat|hoofdstuk=Romeinen 5|vers_1=20}}
'''Niet onder [de] wet, maarMaar onder [de] genade.''' Onder de genade doen wij goede dingen, de genade van God stelt ons daartoe in staat. Tegen goede dingen is geen wet.
 
== 15 ==
''Ro 5:20 Maar de wet is daarbij gekomen, opdat de overtreding zou toenemen; maar waar de zonde toenam, is de genade veel overvloediger geworden; (TELOS)''
<onlyinclude><sup>15</sup> Wat dan? Zouden wij zondigen, omdat wij niet onder de wet maar onder de genade zijn? Volstrekt niet! </onlyinclude>(Telos)
Nu wordt de tweede, met de eerste van vers 1 verwante vraag aan de orde gesteld.
 
== 16 ==
'''Niet onder [de] wet, maar onder [de] genade.''' Onder de genade doen wij goede dingen, de genade van God stelt ons daartoe in staat. Tegen goede dingen is geen wet.
<onlyinclude><sup>16</sup> Weet u niet, dat voor wie u zich als slaven stelt om te gehoorzamen, u slaven bent van hem die u gehoorzaamt, of van de zonde tot de dood, of van de gehoorzaamheid tot gerechtigheid? </onlyinclude>(Telos)
'''De zonde... de gehoorzaamheid.''' De twee tegendelen. Zonde is ongehoorzaamheid aan God. Gehoorzaamheid aan God leidt tot een rechtvaardig leven, tot praktische gerechtigheid. Geloof geeft gerechtigheid voor God.
 
== Nabeschouwing ==