kleine aanvulling op de tekst
(kleine aanvulling op de tekst) |
(kleine aanvulling op de tekst) |
||
(6 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 1:
'''4066 v. Chr. – 3716 v. Chr.'''
De hierboven vermelde periode beslaat het tijdvak van zondvloed tot de dood van Noach. De jaartallen zijn overgenomen van het artikel 'Chronologie: Noach tot Abraham'. Na de vloed leefde Noach nog 350 jaar (Gen. 9:28). Europa, had in die tijd een warm klimaat en verkeerde na de vloed in Mesozoïsche omstandigheden (beschreven in het artikel 'Zondvloed en mesozoïcum') . Met de ark kreeg het mensdom een nieuwe kans. Na de vloed bleek echter reeds spoedig duidelijk dat de zonde niet uitgeroeid was. De Kaïnitische uitleving van de zonde
In het voorgaande valt het op dat ook het ongeloof en de miskenning zoals blijkt uit buitenbijbelse bronnen soms de waarachtigheid van de Godsopenbaring ongewild bevestigen kan.
Regel 7:
'''3716 v. Chr. – ca 3400 v. Chr.'''
Waarschijnlijk kort na Noachs dood gebeurde er geologisch en daardoor ook klimatologisch iets heel ingrijpends. Geologisch gezien brak wereldwijd het tijdperk aan van de tertiaire cataclysmen. De Afrikaanse plaat schurkte tegen Europa aan en de Alpiene gebergten, zoals de Pyreneeën, de Alpen, de Karpaten, het Atlasgebergte in Afrika en het Zagrosgebergte in Iran gingen zich vormen. Deze periode komt overeen met het geologische tijdvak van het Tertiair. de overgang van het Paleogeen naar het Neogeen was waarschijnlijk het hoogtepunt van deze reusachtige orogenese (gebergtevorming). Diepe troggen in een vroegere zijtak van de tegenwoordige Middellandse Zee hadden zich gevuld met sediment en werden door de tegendruk vanuit de aarde naar boven gestuwd. Aardlagen schoven over elkaar en bereikten grote hoogten. Dat moet een enorme impact hebben gehad op de omgeving. Dat de aardmantel in heftige beroering was, blijkt
De nakomelingen van Noach werden geconfronteerd met enorme natuurkrachten in de vorm van aardbevingen, vulkanisme, tsunami's en een verstoord klimaat. Dit maakte voor hen de voedselvoorziening heel onzeker. Rivieren en beken ontvingen geen water meer of verlegden hun bedding. Het moet deze gemeenschappelijke ervaring zijn geweest, waardoor men massaal op drift geraakte (ca 3650 v. Chr.?). Vluchtend voor al het geweld, trof men elkaar in de vlakte van Sinear (Gen. 11:2). Waarschijnlijk meende men daar te vinden waarnaar men zocht, veiligheid en voedsel. Het is mogelijk niet tot een botsing gekomen met families die reeds in de regio woonden. De oorspronkelijke bewoners zijn de dragers geweest van de vroegchalcolithische cultuur van Hassuna. In feite leefden zij in de overgangsfase naar het vroegchalcolithicum. Het kan ook zijn dat Noach en de zijnen reeds dragers waren van een chalcolitische cultuur. Sinear lag in het noordoosten van de Arabische plaat. Mogelijk was dit deel van de aardkorst redelijk stabiel.
Onder leiding van een sterke leider bundelde men de krachten (Gen. 11:3-4). Hij wordt genoemd in Gen. 10:8-10. Het bleek [[Nimrod]], een zoon van Cush, een zoon van Cham te zijn. Hij werd gezien als een held, als iemand bij wie men zich veilig voelde. Hij was een aanbidder
Vertellingen uit de Bijbel doen het nog al eens voorkomen, dat letterlijk alle mensen naar de vlakte van Sinear trokken. De Bijbel zegt dat niet duidelijk. Eerder geeft de Bijbel aan, dat het vooral de nakomelingen van Cham zijn geweest en dat Assur zich later bij hen heeft gevoegd. Een hypothese zou kunnen zijn dat de mensen van Hassuna zelf nakomelingen van Cham zijn geweest. Ook de kanttekeningen van de Statenvertaling wijzen daar op. De Bijbel is het geschiedenisboek der Godsopenbaringen. Ze beschrijft Verbondsgeschiedenis, die gericht is op de komst van Jezus Christus 'in het vlees' en beperkt zich met informatie tot dat ene doel. Zij vermeldt in verband met de torenbouw daarom slechts de betrokken partijen.
[[Bestand:Vrouw met neanderthaler kenmerken.jpg|miniatuur|388x388px|Vrouw met neanderthaler kenmerken]]
Ongetwijfeld bevonden zich in die tijd in Europa kleine gemeenschappen die voornamelijk van de jacht leefden en reeds Europa verkenden nog voor de alpiene orogenese (gebergtevorming) begon. Ook zij waren afstammelingen van de arkbewoners. Europa zal dun bevolkt zijn geweest. Men rekent hen tot de 'Heidelberg-mensen' of de 'Homo erectus-mensen' (zie het artikel 'Homo sapiens erectus'). Hun cultuur rekent men tot het vroegpaleolithicum. Bekend zijn de gevonden schedels te Swanscombe (Eng.) en te Steinheim (Dld.). De schedels hadden normale moderne kenmerken. Zij leefden daar nog voor de komst van de mensen met neanderthaler kenmerken. Neanderthalers leefden in Europa naar onze overtuiging in
''Een vergelijking met het schema, gebaseerd op het evolutionistisch uitgangspunt, leert ons dat ingrijpende gebeurtenissen niet over perioden, die soms miljoenen jaren duurden, plaats hadden. Het Bijbels tijdschema laat zien dat zeer ingrijpende gebeurtenissen veelal catastrofaal binnen een korte periode verliepen en contemporain aan de geschiedenis van de mens waren.'' ▼
▲Ongetwijfeld bevonden zich in die tijd in Europa kleine gemeenschappen die voornamelijk van de jacht leefden en reeds Europa verkenden nog voor de alpiene orogenese (gebergtevorming) begon. Europa zal dun bevolkt zijn geweest. Men rekent hen tot de 'Heidelberg-mensen' of de 'Homo erectus-mensen'. Hun cultuur rekent men tot het vroegpaleolithicum. Bekend zijn de gevonden schedels te Swanscombe (Eng.) en te Steinheim (Dld.). De schedels hadden normale moderne kenmerken. Zij leefden daar nog voor de komst van de mensen met neanderthaler kenmerken. Neanderthalers leefden in Europa naar onze overtuiging in de periode van torenbouw (ca 3716-3400). Mogelijk zijn ook zij op drift geraakt door de grote geologische onrust als gevolg van de orogenese, maar richting Europa getrokken. Zij zijn de dragers van de Moustérien-cultuur van het middenpaleolithicum.
▲''Een vergelijking met het schema, gebaseerd op het evolutionistisch uitgangspunt, leert ons dat ingrijpende gebeurtenissen niet over perioden die soms miljoenen jaren duurden plaats hadden. Het Bijbels tijdschema laat zien dat zeer ingrijpende gebeurtenissen veelal catastrofaal binnen een korte periode verliepen en contemporain aan de geschiedenis van de mens waren.''
''Men dient onderstaande tabel te zien als een eenvoudig concept, dat voor verbetering vatbaar blijft (incl. de genoemde jaartallen)!''
Regel 32:
precambrium (periode: ediacarium)
|Vanwege vulkanische activiteit bestond reeds mogelijk voor de vloed basaltisch gebergte zoals de Ararat.
|
|
|