Assyrische rijk: verschil tussen versies

5 bytes verwijderd ,  4 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 50:
'''Aššur-nirari V''' (755 - 745 v. C.). Hij was, net als zijn twee voorgangers, een zoon van Adad-nirari III. Hij volgde zijn broer Assur-dan III op, van wie een rijk in wanorde erfde. Er waren epidemieën en opstanden geweest en hovelingen maakten de dienst uit. Het rijk van Urartu onder Sardur II overschaduwde Assyrië. Dat hij een zwakke koning was, blijkt uit het feit dat er vermeld wordt dat hij ''in het land bleef'', oftewel dat hij niet staat was een jaarlijkse veldtocht te houden. Dit verzwakte zijn gezag ongetwijfeld danig. In zijn vierde en vijfde regeringsjaar begon dat wat bij te trekken. Hij hield een veldtocht naar Namri. In 746 brak er echter opnieuw een opstand uit en na ongeveer een jaar greep Tiglat-Pileser III de troon. Deze zou zijn zoon of zijn broer kunnen zijn, maar wellicht was het iemand van buiten het koninklijk huis.<ref>[https://nl.wikipedia.org/wiki/Assur-nirari_V Assur-nirari V], nl.wikipedia.nl. Tekst hiervan is onder wijziging verwerkt op 25 nov. 2019.</ref>
 
In die 8e eeuw bedreigde God door de mond van de profeet [[Amos]] (ca. 760 - 750 v.C.) het huis van Israël met de komst van de Assyriërs:<blockquote>''Am 6:14 Want ziet, Ik zal over ulieden, o huis Israëls! een volk verwekken, spreekt de HEERE, de God der heirscharen; die zullen ulieden drukken, van daar men komt te Hamath, tot aan de beek der wildernis. (SV)''</blockquote>'''Tiglat-pilesar III''' (745 - 727 v.C.), in de Bijbel '[[Pul]]' genoemd, bracht het Nieuw-Assyrische Rijk tot groot aanzien. In zijn regeringsperiode behoudt hij het Assyrische rijk en verovert eerder verloren gegane rijksgebieden en breidt hij Assyrië tot in Israël uit. Voor de verklaring van de Heilige Schrift wordt de geschiedenis van dit land eerst belangrijk, toen hij regeerde. Hij wordt beschouwd als de grootste vorst van Assyrië en een van de succesvolste militaire leiders uit de oude wereld. Hij was de grote hervormer van het Assyrische leger en creëerde de samenwerking tussen voetvolk en ruiterij. Hij was om zijn executies, deportaties en martelpraktijken.
 
'''Tiglat-pilesar III''' (745 - 727 v.C.), in de Bijbel '[[Pul]]' genoemd, bracht het Nieuw-Assyrische Rijk tot groot aanzien. In zijn regeringsperiode behoudt hij het Assyrische rijk en verovert eerder verloren gegane rijksgebieden en breidt hij Assyrië tot in Israël uit. Voor de verklaring van de Heilige Schrift wordt de geschiedenis van dit land eerst belangrijk, toen hij regeerde. Hij wordt beschouwd als de grootste vorst van Assyrië en een van de succesvolste militaire leiders uit de oude wereld. Hij was de grote hervormer van het Assyrische leger en creëerde de samenwerking tussen voetvolk en ruiterij. Hij was om zijn executies, deportaties en martelpraktijken.
 
Pul voerde de tactiek in van het wegvoeren van de leiders in de bezette gebieden naar andere rijksdelen. De plaats van de weggevoerde bevolking liet hij innemen door andere bevolkingsgroepen. Die ''deporaties'' waren onderdeel van een nieuwe politiek ten aanzien van de vazalstaten rond Assur zelf. Tot deze tijd hadden zij een vrij instabiel netwerk gevormd en vazalvorsten waren vaak in opstand gekomen zodra het centrum verzwakte, wat bij een troonswisseling regelmatig voorkwam. Tiglat-Pileser begon definitief met opstandige vorsten af te rekenen door hun vorstendommen om te vormen tot Assyrische provincies. Enkele maatregelen tegen de opstandige vazalstaten waren het verwoesten van hun stedelijke centra, gevolgd door een massale wegvoering, vooral van de elite, de invoering van 's rijks maten en gewichten en religieuze cultus en de invoering van de internationale taal het Aramees.
Regel 60 ⟶ 62:
732: De Assyriërs sparen Samaria, de hoofdstad van het koninkrijk Israël (= tienstammenrijk), omdat de opstandige Israëlische koning vermoord werd. 
 
Deze vorst, die zijn rijk zeer uitbreidde, dwong [[Menahem]], de koning van het tienstammenrijk Israël 750 - 739 v.C., voor een zeer grote som geld de vrede te kopen.[[Bestand:Assyrische rijk Tiglat-Pileser-III.jpg|miniatuur|1024x1024px|''Het A''ssyrische rijk in de 8e eeuw v.Chr.'''' '''|alt=|geen]]
 
[[Bestand:Assyrische rijk Tiglat-Pileser-III.jpg|miniatuur|1024x1024px|''Het A''ssyrische rijk in de 8e eeuw v.Chr.'''' '''|alt=|geen]]
 
<br />
[[Bestand:Carte-Empire néo-assyrien.png|geen|miniatuur|931x931px|Veroverde steden in de 8e en 9e v.C.]]
<blockquote></blockquote>Assyrië was een roede van Gods toorn, doch het werd ook door God gestraft. De profeet Jesaja (8e eeuw v.C.) profeteerde:<blockquote>''Jes 10:5 Wee Assyrië, de roede van Mijn toorn; en Mijn gramschap is een stok in hun hand. Jes 10:6 Op een huichelachtig volk zal Ik hem afsturen; tegen het volk waarop Ik verbolgen ben, zal Ik hem bevel geven om roof te plegen, om buit te roven, en om het te vertrappen als slijk op straat. Jes 10:7 Maar zelf meent hij het zo niet, en [diep in] zijn hart denkt hij zo niet. Want [het leeft] in zijn hart om weg te vagen en de volken uit te roeien-niet weinige! Jes 10:8 Want hij zegt: Zijn mijn vorsten niet allemaal koningen? Jes 10:9 Is het Kalno niet [vergaan] als Karchemis, Hamath als Arpad, Samaria als Damascus? Jes 10:10 Zoals mijn hand wist te vinden de koninkrijken van de afgoden, hoewel hun beelden [die] van Jeruzalem en [die] van Samaria overtroffen; Jes 10:11 zoals ik gedaan heb met Samaria en zijn afgoden-zou ik zo niet doen met Jeruzalem en zijn afgodsbeelden?'' (HSV)</blockquote>Koning '''Salmanasser V''' (727-721 v.C.) bracht het rijk van Israël geheel ten onder, toen koning [[Hosea (koning)|Hosea]] (731-722 v.C.) afvallig geworden was. Hij belegerde [[Samaria (stad)|Samaria]], de hoofdstad van Israël (tienstammenrijk), zonder de stad te kunnen innemen. Dit lukte zijn opvolger Sargon II (722-705) wel). In 722 viel Samaria in handen van het Assyrische leger. De bevolking werd gedeporteerd naar Assyrië.
 
Assyrië was een roede van Gods toorn, doch het werd ook door God gestraft. De profeet Jesaja (2e helft van de 8e eeuw v.C.) profeteerde:
724: De Assyrische koning Salmanasser V neemt Hosea, de koning van Israël, gevangen. Hij slaat het beleg om Samaria, de hoofdstad van Israël (tienstammenrijk). De belegering duurt van 724 tot 722 v.Chr.<blockquote>''2Kon 17:5 Want de koning van Assyrie toog op in het ganse land; ja, hij kwam op naar Samaria, en hij belegerde haar drie jaren.'' (SV)</blockquote>'''Sargon II''' (722 - 705 v.C.). De hoofdstad Samaria van het koninkrijk Israël wordt verwoest en een groot deel van de Israeliëten uit het Noordrijk worden in ballingschap gevoerd. De verovering van Samaria en de wegvoering van een groot deel van zijn inwoners noemt de Assyrische koning Sargon II zijn eerste oorlogsdaad.<blockquote>''2Kon 17:6 In het negende jaar van Hosea, nam de koning van Assyrie Samaria in, en voerde Israel weg in Assyrie, en deed ze wonen in Halah, en in Habor, aan de rivier Gozan, en in de steden der Meden.'' (SV)</blockquote>721: Sargon II verplaatst de hoofdstad naar Chorsabad.
 
<blockquote></blockquote>Assyrië was een roede van Gods toorn, doch het werd ook door God gestraft. De profeet Jesaja (8e eeuw v.C.) profeteerde:<blockquote>''Jes 10:5 Wee Assyrië, de roede van Mijn toorn; en Mijn gramschap is een stok in hun hand. Jes 10:6 Op een huichelachtig volk zal Ik hem afsturen; tegen het volk waarop Ik verbolgen ben, zal Ik hem bevel geven om roof te plegen, om buit te roven, en om het te vertrappen als slijk op straat. Jes 10:7 Maar zelf meent hij het zo niet, en [diep in] zijn hart denkt hij zo niet. Want [het leeft] in zijn hart om weg te vagen en de volken uit te roeien-niet weinige! Jes 10:8 Want hij zegt: Zijn mijn vorsten niet allemaal koningen? Jes 10:9 Is het Kalno niet [vergaan] als Karchemis, Hamath als Arpad, Samaria als Damascus? Jes 10:10 Zoals mijn hand wist te vinden de koninkrijken van de afgoden, hoewel hun beelden [die] van Jeruzalem en [die] van Samaria overtroffen; Jes 10:11 zoals ik gedaan heb met Samaria en zijn afgoden-zou ik zo niet doen met Jeruzalem en zijn afgodsbeelden?'' (HSV)</blockquote>Koning '''Salmanasser V''' (727-721 v.C.) bracht het rijk van Israël geheel ten onder, toen koning [[Hosea (koning)|Hosea]] (731-722 v.C.) afvallig geworden was. Hij belegerde [[Samaria (stad)|Samaria]], de hoofdstad van Israël (tienstammenrijk), zonder de stad te kunnen innemen. Dit lukte zijn opvolger Sargon II (722-705) wel). In 722 viel Samaria in handen van het Assyrische leger. De bevolking werd gedeporteerd naar Assyrië.
 
Koning '''Salmanasser V''' (727-721 v.C.) bracht het rijk van Israël geheel ten onder, toen koning [[Hosea (koning)|Hosea]] (731-722 v.C.) afvallig geworden was. Hij belegerde [[Samaria (stad)|Samaria]], de hoofdstad van Israël (tienstammenrijk), zonder de stad te kunnen innemen. Dit lukte zijn opvolger Sargon II (722-705) wel). In 722 viel Samaria in handen van het Assyrische leger. De bevolking werd gedeporteerd naar Assyrië.
 
724: De Assyrische koning Salmanasser V neemt Hosea, de koning van Israël, gevangen. Hij slaat het beleg om Samaria, de hoofdstad van Israël (tienstammenrijk). De belegering duurt van 724 tot 722 v.Chr.<blockquote>''2Kon 17:5 Want de koning van Assyrie toog op in het ganse land; ja, hij kwam op naar Samaria, en hij belegerde haar drie jaren.'' (SV)</blockquote>
 
724: De Assyrische koning Salmanasser V neemt Hosea, de koning van Israël, gevangen. Hij slaat het beleg om Samaria, de hoofdstad van Israël (tienstammenrijk). De belegering duurt van 724 tot 722 v.Chr.<blockquote>''2Kon 17:5 Want de koning van Assyrie toog op in het ganse land; ja, hij kwam op naar Samaria, en hij belegerde haar drie jaren.'' (SV)</blockquote>'''Sargon II''' (722 - 705 v.C.). De hoofdstad Samaria van het koninkrijk Israël wordt verwoest en een groot deel van de Israeliëten uit het Noordrijk worden in ballingschap gevoerd. De verovering van Samaria en de wegvoering van een groot deel van zijn inwoners noemt de Assyrische koning Sargon II zijn eerste oorlogsdaad.<blockquote>''2Kon 17:6 In het negende jaar van Hosea, nam de koning van Assyrie Samaria in, en voerde Israel weg in Assyrie, en deed ze wonen in Halah, en in Habor, aan de rivier Gozan, en in de steden der Meden.'' (SV)</blockquote>721: Sargon II verplaatst de hoofdstad naar Chorsabad.
 
720: Sargon II verovert Israël en Babylon. In 720 begint hij een veldtocht tegen Babylon en Elam en levert een veldslag tegen Marduk-apal-iddina van Babylon en en diens bondgenoot Humbanigash van Elam. In de slag bij Der Darah wordt Sargon II verslagen. Samaria en haar bondgenoten Hamath, Arpad en Damascus komen tegen de Assyriërs in opstand. Bij Qarqar (of Karkar) verslaat de Assyrische koning Sargon II een Syrische coalitie. Na deze veldslag verovert Sargon II onder andere Arpad en Damascus.