Vervolging van christenen/Geschiedenis: verschil tussen versies

k
 
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 233:
 
mestede </ref>. Met ongeveer honderd medegelovigen, inclusief Ustazades, werd Simeon ter dood gebracht door onthoofding. Hij moest toekijken naar de onthoofding van de christenen die samen met hem veroordeeld waren; hij bad voor iedereen, moedigde elke martelaar aan om trouw te zijn. Hij versterkte de martelaren versterkt met de hoop op de toekomstige opstanding, en met het onvermengd genot van de godzaligheid, dat hij krachtig met de Schrift bewees. Hij zei: "''Zó te sterven is een waarachtig leven; maar God te ver­zaken is een gewisse dood. Al worden wij ook door niemand gedood, wij moeten toch eens ster­ven; want dit is het einde van allen die geboren zijn en leven. Daarna volgt de eeuwigheid, die voor ieder echter niet hetzelfde wezen zal, want ieder ontvangt loon naar wat hij gedaan heeft, hetzij goed, hetzij kwaad. Onder alle schatten is er geen beter of zaliger dan te sterven voor de naam van God''." Onder deze toespraak van Simeon, gingen zij moedig de dood te gemoet. Simeon zelf was toen de laatste die werd terechtgesteld.<ref>Zie https://www.heiligenlexikon.de/MRFlorilegium/17April.html</ref>
[[Bestand:Gordianus.jpg|miniatuur|Onthoofding van Gordianus (362)]]
 
'''362.''' In Rome werd [[Gordianus]], een rechter, gemarteld en onthoofd.
 
Regel 346:
In Dithmarschen werd ook, om de naam van Jezus Christus en zijn heilig Evangelie, gevangen genomen een zeker man Johannes ge­naamd. Deze heeft niet alleen grote smaadheid en verdriet geleden, maar werd ook, daar hij zich standvastig aan de Evangelische waarheid vasthield, ter dood gebracht.
 
'''1525.''' In juli wordt [[Johannes de Klerck]], een wolkammer, in de Franse stad Metz ter dood werd veroordeeld en op gruwelijke wijze omgebracht, omdat hij aldaar beelden die door het volk op afgodische wijze werden vereerd, had verbroken.
 
Op 6 september wordt pastoor [[Matthias Waibel]] bij de Duitse stad Leutkirch, Beieren onthoofd. Hij had kritiek op rooms-katholieke misstanden en verkondigde het evangelie.
 
[https://nl.wikipedia.org/wiki/Jan_de_Bakker Jan de Bakker], ook bekend onder de naam ''Jan van Woerden'' of in het Latijn ''Johannes Pistorius Woerdensis,'' was het eerste slachtoffer in de noordelijke Nederlanden die door een vonnis van de inquisitie in de Nederlanden op de brandstapel kwam. Hij werd verbrand op 15 september 1525.