Voedsel: verschil tussen versies

 

== Geestelijk voedsel ==

Zoals boven gezegd is naast voedsel voor het lichaam ook voedsel voor de geest. De Heer Jezus nuttigde beide. Zijn geestelijk voedsel was het doen van Gods wil. <blockquote>''Joh 4:32  Maar Hij zei tot hen: Ik heb voedsel om te eten dat u niet kent. (...) Joh 4:34  Jezus zei tot hen: Mijn voedsel is, dat Ik de wil doe van Hem die Mij heeft gezonden en zijn werk volbreng.'' (Telos)</blockquote>Het ware geestelijke voedsel vergaat niet, maar blijft tot in het eeuwige leven. <blockquote>''Joh 6:27  Werkt niet om het voedsel dat vergaat, maar om het voedsel dat blijft tot in het eeuwige leven, dat de Zoon des mensen u zal geven, want Hem heeft de Vader, God, verzegeld.'' (Telos)</blockquote>Het woord van God is voedsel voor ons. <blockquote>''Mt 4:4  Hij antwoordde echter en zei: Er staat geschreven’: Niet van brood alleen zal de mens leven, maar van alle woord dat door de mond van God uitgaat’.'' (Telos) </blockquote>Geestelijk voedsel kan, gelijk stoffelijk voedsel, onderscheiden worden in 'melk' en 'vast voedsel'. <blockquote>''1Co 3:2  Ik voedde u met melk, niet met vast voedsel, want dat kon u niet verdragen, ja, dat kunt u ook nu nog niet;'' (Telos)</blockquote>In de woestijnreis at het volk Israël manna, 'brood uit de hemel', en dronk bij twee gelegenheden water uit een geslagen rots (Ex. 17, Num. 20). De apostel Paulus legt dat [[Typologie|typologisch]] uit:<blockquote>''1Co 10:3  allen hetzelfde geestelijke voedsel aten 1Co 10:4  en allen dezelfde geestelijke drank dronken. (Want zij dronken uit een geestelijke steenrots die volgde; de steenrots nu was Christus.)'' (Telos)</blockquote>'''Jezus geeft het.''' De Heer Jezus geeft voedsel dat blijft tot in het eeuwige leven. <blockquote>''Joh 6:27  Werkt niet om het voedsel dat vergaat, maar om het voedsel dat blijft tot in het eeuwige leven, dat de Zoon des mensen u zal geven, want Hem heeft de Vader, God, verzegeld.'' (Telos) </blockquote>'''Hijzelf is het brood van het leven.''' De Heer Jezus is niet alleen de gever van het voedsel, van het brood (Joh. 6:27), maar tevens het brood zelf (Joh. 6:35, 48); brood dat de Vader, God, geeft (Joh. 6:32). Jezus is 'het brood van God' (Joh. 6:33).

 

''Joh 4:14  maar ieder die drinkt van het water dat Ik hem zal geven, zal in eeuwigheid geen dorst hebben; maar het water dat Ik hem zal geven, zal in hem worden een bron van water dat springt tot in het eeuwige leven.'' (Telos)</blockquote>Later zei de Heer iets dergelijks: <blockquote>''Joh 7:37 En op de laatste, de grote dag van het feest, stond Jezus daar en riep aldus: Als iemand dorst heeft, laat hij bij Mij komen en drinken! Joh 7:38  Wie in Mij gelooft, zoals de Schrift zegt: Stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien. Joh 7:39  Dit nu zei Hij van de Geest, die zij die in Hem geloven, zouden ontvangen; want de Geest was er nog niet, omdat Jezus nog niet was verheerlijkt..'' (Telos)</blockquote>Vergelijk:<blockquote>''Opb 21:6  En Hij zei tot mij: Zij zijn gebeurd! Ik ben de alfa en de omega, het begin en het einde. Ik zal hem die dorst heeft, geven uit de bron van het water van het leven om niet.'' (Telos)</blockquote>De geslagen steenrots, waaruit water voor het volk van God kwam, was een beeld van Christus als de bron van levenswater. <blockquote>''1Co 10:3  allen hetzelfde geestelijke voedsel aten 1Co 10:4  en allen dezelfde geestelijke drank dronken. (Want zij dronken uit een geestelijke steenrots die volgde; de steenrots nu was Christus.)'' (Telos)</blockquote>'''Een slaaf geeft het.''' Ook een slaaf van Jezus kan geestelijk voedsel verstrekken. <blockquote>''Mt 24:45  Wie is dan de trouwe en wijze slaaf, die de heer over zijn huisbedienden gesteld heeft om hun het voedsel te geven op de juiste tijd?'' (Telos)</blockquote>