k
→Eindtijd
k (→Eindtijd) |
|||
Regel 334:
===Eindtijd===
In de zware tijd die kort voorafgaat aan het vrederijk van Christus zal de wereld geplaagd worden door epidemische ziekten en aandoeningen zoals zweren. De Heer Jezus heeft voorzegd dat in
In de laatste tijden vóór de verschijning van Christus komen plagen van de zeven schalen van Gods toorn over de mensen. De Egyptische plagen zijn daarbij als voorbeelden te beschouwen. Bij de eerste schaal komt 'een kwaadaardige en boze zweer aan de mensen die het merkteken van het beest hadden en die zijn beeld aanbaden.'<blockquote>''Opb 16:2 En de eerste ging weg en goot zijn schaal uit op de aarde, en er kwam een kwaadaardige en boze zweer aan de mensen die het merkteken van het beest hadden en die zijn beeld aanbaden.'' (Telos)</blockquote>Vergelijk:<blockquote>''Ex 9:10 En zij namen as uit den oven, en stonden voor Farao’s aangezicht; en Mozes strooide die naar den hemel; toen werden er zweren, uitbrekende met blaren, aan de mensen en aan het vee;'' (SV)</blockquote>Bij de vijfde schaal lijden de mensen pijn door hun zweren.<blockquote>''Opb 16:10 En de vijfde goot zijn schaal uit op de troon van het beest, en zijn koninkrijk werd verduisterd; en zij kauwden hun tongen van pijn Opb 16:11 en lasterden de God van de hemel vanwege hun pijnen en vanwege hun zweren, en zij bekeerden zich niet van hun werken.'' (Telos)</blockquote>Men kan daarom aannemen dat in de eindtijd de mensheid nog door bijzonder zware, smartelijke pestziekten of andere aandoeningen zal worden bezocht, die misschien ook met de [[hitte]], die dan op de mensen drukt, als hun natuurlijke middeloorzaak samenhangen. Helaas zullen de mensen van de laatste tijd zich evenmin tot bekering laten lijden als de [[Farao]] van de [[Uittocht uit Egypte|uittocht]]. Iemand in de 19de eeuw merkte op dat in zijn tijd de cholera zo weinig boete heeft gewerkt in de door haar bezochte streken<ref name=":2">H. Zeller, ''Bijbelsch Woordenboek voor het Christelijke volk''. Tweede deel K - Z. ('s Gravenhage: M.J. Visser, 1872) s.v. Krank, krankheid.</ref>.
|