Blindheid
Blindheid was zeer dikwijls in het Oosten, vooral in Syrië en Egypte, een gevolg van een daar inheems, ontsteking aanbrengende ziekte van de ogen, die aan de snelle afwisseling van hitte en koude, aan de invloed van de nachtdauw bij het slapen op de daken, ook aan het fijne kalkstof, stuifzand of zoutdeeltjes, waarmee de lucht bezwangerd is, wordt toegeschreven. Gebruikt men tegen deze ziekte slechte, of zoals sommige mensen ten gevolge van hun geloof aan het noodlot in het geheel geen middelen, dan gaan de ogen langzamerhand, dikwijls na verloop van weinige dagen geheel in etter over.
Volgens Zeller (1867) konden er (in zijn tijd) op de 100 mensen in Egypte er 20 blinden gerekend worden.
"In Nederland zijn tussen de 220.000 en 320.000 mensen blind of slechtziend. In meer dan de helft van de gevallen is dat onnodig: de visuele beperking was te voorkomen geweest, of is alsnog simpel te verhelpen. Dat blijkt uit onderzoek van de werkgroep Vision 2020 aan het Radboudziekenhuis in Nijmegen. Bij de zeker 150.000 mensen die onnodig slecht zien, gaat het vooral om diabetici, verstandelijk gehandicapten en ouderen in verpleeg- en verzorgingshuizen. Volgens de onderzoekers zouden deze mensen weer veel beter kunnen zien na een staaroperatie, een laserbehandeling, of met een goede bril. Maar vaak is er niemand die hun probleem opmerkt, en leggen ze zich erbij neer. Tot nu toe werden in Nederland geen cijfers bijgehouden van het aantal blinden en slechtzienden. De werkgroep Vision 2020 heeft dat nu wel gedaan, in opdracht van de Wereldgezondheidsorganisatie, die onnodige slechtziendheid in 2020 uitgebannen wil hebben. Het gaat wereldwijd om 161 miljoen mensen, van wie 70 procent geholpen zou kunnen worden."
Bron: Radio Nederland Wereldomroep, nieuwsbericht 12 maart 2005 |
Blind van ouderdom was Izaäk (Gen. 27 : 1), Eli (1 Sam. 3: 2; 4 : 15), de profeet Ahia (1 Kon. 14: 4).
In de wet van Mozes wordt streng verboden voor het aangezicht van een s blinde een struikelblok te zetten (Lev. 19 : 14), of hem op een doolweg te voeren. (Deut. 27 : 18).
In de Evangeliën komen dikwijls bedelende blinden voor (Matth. 9 : 27; 12: 22; 20 : 30; 21: 14. Joh. 5: 3). Zelden blindgeborenen (Joh. 9: 1 v.v., misschien Mark. 8: 22 v.v.).
Als strafwonderen (vgl. Deut. 28 : 28; Lev. 26: 16. Zeph. 1 : 17) hebben wij de voorbijgaande blindheid van de Syriers (2 Kon. 6: 18 v.v.), van Paulus (Hand. 9: 9), van de tovenaar Bar Jezus (Hand. 13: 6 v.v.) te beschouwen.
Aan het water van Bethesda te Jeruzalem lagen ook blinden.
Joh 5:3 Daarin lag een menigte zieken, blinden, kreupelen, verdorden, die wachtten op de beroering van het water. (TELOS)
Naast lichamelijke blindheid is er geestelijke blindheid. In Israël waren ten tijde van de Heer Jezus leidslieden die geestelijk blind waren. Jezus heeft meermalen op hun blindheid gewezen:
Mt 15:14 Laat hen begaan. Zij zijn blinde leidslieden van blinden. Als nu een blinde een blinde leidt, zullen zij beiden in een kuil vallen. Mt 23:16 Wee u, blinde leidslieden, die zegt: Wie bij het tempelhuis zweert dat is niets; wie echter bij het goud van het tempelhuis zweert, is gebonden. Mt 23:24 Deze dingen nu zou men moeten doen en de andere niet nalaten. Blinde leidslieden, die de mug uitzift maar de kameel doorzwelgt. Mt 23:26 Blinde farizeeer, reinig eerst de binnenkant van de drinkbeker en de schotel, opdat ook de buitenkant daarvan rein wordt. (TELOS)
Paulus schrijft tot Joden:
Ro 2:19 en van uzelf vertrouwt dat u een leidsman bent van blinden, een licht voor hen die in duisternis zijn, (TELOS)
De Messias (Christus), de knecht van God, zou de opdracht krijgen om 'blinde ogen te openen' (Jes. 42:7).
Jes 42:5 Zo zegt God, de HERE, die de hemel schiep en hem uitspande; die de aarde uitbreidde met alles wat daaruit ontsproot; die aan de mensen die daarop wonen, de adem gaf en de geest aan hen die daarop wandelen: 6 Ik, de HERE, heb u geroepen in gerechtigheid, uw hand gevat, u behoed en u gesteld tot een verbond voor het volk, tot een licht der natien: 7 om blinde ogen te openen, om gevangenen uit de kerker te leiden, uit de gevangenis wie in duisternis gezeten zijn. (NBG51)
Jezus, de Messias, heeft lichamelijk en geestelijk blinden genezen. Van de lichamelijk blinden genas Hij er velen.
Mt 15:30 En vele menigten kwamen naar Hem toe, die kreupelen, blinden, verminkten, stommen en vele anderen bij zich hadden, en zij legden die aan zijn voeten; Mt 15:31 en Hij genas hen, zodat de menigte zich verwonderde, daar zij zagen dat stommen spraken, verminkten gezond waren, kreupelen liepen en blinden zagen; en zij verheerlijkten de God van Israel. (TELOS)
Lu 7:21 (Op dat ogenblik genas Hij velen van ziekten en kwalen en boze geesten en aan vele blinden schonk Hij het gezicht.) Lu 7:22 En Hij antwoordde en zei tot hen: Gaat heen en bericht Johannes wat u hebt gezien en gehoord: blinden kunnen weer zien, kreupelen lopen, melaatsen worden gereinigd en doven horen, doden worden opgewekt, aan armen wordt het evangelie verkondigd; (TELOS)
Hij genas een blinde bij Bethsaida, een blindgeborene in Jeruzalem, twee blinden bij Jericho. De apostel Paulus was gezonden om de geestelijke ogen van Israëlieten en heidenen te openen:
Hnd 26:17 terwijl Ik je wegneem uit het volk en uit de volken, tot welke Ik je zend om hun ogen te openen, Hnd 26:18 opdat zij zich bekeren van de duisternis tot het licht, en van de macht van satan tot God, opdat zij vergeving van zonden en een erfdeel onder de geheiligden ontvangen door geloof in Mij. (TELOS)
Het aanraken van de blinden door Jezus (Matth. 9 : 29; 20: 34), het besmeren met speeksel of slijk, afwassen in de vijver Siloam (Joh. 9) was een zinnebeeldige handeling en geen natuurlijk geneesmiddel. Op sabbat genas de Heer Jezus in Jeruzalem een blindgeborene. Hij bestreek daartoe de ogen van de man met slijk en zei hem zich te wassen in de vijver Siloam, waarna de blinde kon zien.
Joh 9:1 En toen Hij voorbijging, zag Hij een mens, blind van de geboorte af. Joh 9:2 En zijn discipelen vroegen Hem aldus: Rabbi, wie heeft gezondigd, deze of zijn ouders, dat hij blind geboren werd? Joh 9:3 Jezus antwoordde: Noch deze heeft gezondigd, noch zijn ouders; maar de werken van God moeten in hem worden geopenbaard. Joh 9:4 Ik moet de werken werken van Hem die Mij heeft gezonden, zolang het dag is; de nacht komt wanneer niemand kan werken. Joh 9:5 Zolang Ik in de wereld ben, ben Ik het licht van de wereld. Joh 9:6 Na dit gezegd te hebben spuwde Hij op de grond en maakte slijk van het speeksel en streek het slijk op zijn ogen Joh 9:7 en zei tot hem: Ga heen, was u in de vijver Siloam-wat vertaald wordt: uitgezonden. Hij dan ging weg, waste zich en kwam ziende terug. (TELOS)
Ook christenen kunnen blind worden. De christenen in Laodicea waren helaas blind. De Heer liet aan hen schrijven:
Opb 3:17 Omdat u zegt: Ik ben rijk en verrijkt en heb aan niets gebrek, en u weet niet dat u de ellendige, jammerlijke, arme, blinde en naakte bent, Opb 3:18 raad Ik u aan goud van Mij te kopen, gelouterd door vuur, opdat u rijk wordt; en witte kleren, opdat u bekleed wordt en de schande van uw naaktheid niet openbaar wordt; en ogenzalf om uw ogen te zalven, opdat u kunt kijken. (TELOS)
Tegen geestelijke blindheid heeft de Heer een geneesmiddel.
Blind maken
Iemand blind maken is een gruwelijke wraak, die hier en daar in de oudheid aan overwonnen vijandelijke koningen en veldoversten uitgeoefend werd, om hen onschadelijk te maken, bijv. door de Fililistijnen aan Simson (Rigt. 16: 21), door Nebukadnezar aan koning Zedekia (2 Kon. 25: 7). (Vervulling van de profetie Ezech. 12: 13).
In Perzië was het een staatswet, dat geen blinde koning kon worden, waarom men de prinsen, die men van de troon wilde uitsluiten, van het gezicht beroofde.
Figuurlijk heet blind maken, door God gedaan, iemand met verstoktheid straffen en hem inzicht beletten (Jes. 6: 10; 29: 10); door mensen gedaan bijvoorbeeld: de rechter door geschenken verblinden, zodat zijn ogen recht en onrecht niet kunnen onderscheiden.
Varia
De oude Tobias in het apocriefe boek Tobias werd blind ten gevolge van een door zwaluwendrek veroorzaakte oogontsteking en verduistering van het hoornvlies die door vissengal kon genezen worden, zoals nog hier en daar snoekengal bij oogziekten aangewend wordt.
Bron
H. Zeller, Bijbelsch Woordenboek voor het Christelijke volk. Eerste deel A - J. ('s Gravenhage: M.J. Visser, 1867) s.v. Blindheid, Blind maken. Tekst van deze lemma’s is 6 febr. 2015 verwerkt.