Gebruiker:Kees Langeveld/Sjabloon/Bijbelcitaat

Daniël 2: 3  En de koning zeide tot hen: Ik heb een droom gedroomd; en mijn geest is ontsteld om dien droom te weten. 11 Want de zaak die de koning begeert, is te zwaar; en er is niemand anders, die dezelve voor den koning te kennen [kan] geven, dan de goden, welker woning bij het vlees niet is.