Genesis: verschil tussen versies

Toegevoegde inhoud Verwijderde inhoud
k (zijne - zijn en kleintabletten - kleitabletten)
Regel 77: Regel 77:
Gen. 6-8. De zondvloed enz.
Gen. 6-8. De zondvloed enz.


Gen. 9. Noach om zijne dronkenschap bespot en Cham vervloekt.
Gen. 9. Noach om zijn dronkenschap bespot en Cham vervloekt.


Gen. 10. Geslachtsregister.
Gen. 10. Geslachtsregister.
Regel 172: Regel 172:
Volgens Wiseman is dit een afsluitende zin. Hij spreekt van een Toledoth-structuur. Toledoth = wordingsgeschiedenis(sen). Bijbelvertalers nemen echter aan dat dergelijke zinnen het begin vormen van een nieuw gedeelte. Statenvertaling: 'Adams geslacht'. Naardense vertaling: 'de geboorten uit Adam'. Nieuwe Bijbelvertaling (2004): 'Adams nakomelingen'.
Volgens Wiseman is dit een afsluitende zin. Hij spreekt van een Toledoth-structuur. Toledoth = wordingsgeschiedenis(sen). Bijbelvertalers nemen echter aan dat dergelijke zinnen het begin vormen van een nieuw gedeelte. Statenvertaling: 'Adams geslacht'. Naardense vertaling: 'de geboorten uit Adam'. Nieuwe Bijbelvertaling (2004): 'Adams nakomelingen'.


Jacob zou de kleintabletten hebben meegenomen naar Egypte. Jozef zou ze hebben laten overschrijven op papyrus. Mozes las de geschiedenis van zijn volk in de bibliotheek van Egypte. Later heeft hij de overgeschreven en er één boek van gemaakt en hier en daar verduidelijkingen ingevoegd. Voorbeelden: <blockquote>''Ge 14:2 " ... den koning van Bela, dat is Zoar." (SV)''</blockquote>"Dat [is] Zoar" is de verduidelijking. Wat vroeger Bela heette, droeg later, ten dage van Mozes, de naam Zoar. <blockquote>''Ge 14:3  ... het dal Siddim, dat [is] de Zoutzee. (SV)''</blockquote>"Dat [is] de Zoutzee" is een verduidelijking. Wat vroeger het Siddimdal was, is tegenwoordig (als Mozes dit schrijft) de zoutzee. <blockquote>''Ge 14:7  ... En-mispat, dat is Kades... (SV)''</blockquote><blockquote>''Ge 14:17 ... het dal Sjave, dat is het [tegenwoordige] Koningsdal. (HSV)''</blockquote>Deze verduidelijkingen vormen een bewijs van de verwerking van ''schriftelijke'' overlevering.
Jacob zou de kleitabletten hebben meegenomen naar Egypte. Jozef zou ze hebben laten overschrijven op papyrus. Mozes las de geschiedenis van zijn volk in de bibliotheek van Egypte. Later heeft hij de overgeschreven en er één boek van gemaakt en hier en daar verduidelijkingen ingevoegd. Voorbeelden: <blockquote>''Ge 14:2 " ... den koning van Bela, dat is Zoar." (SV)''</blockquote>"Dat [is] Zoar" is de verduidelijking. Wat vroeger Bela heette, droeg later, ten dage van Mozes, de naam Zoar. <blockquote>''Ge 14:3  ... het dal Siddim, dat [is] de Zoutzee. (SV)''</blockquote>"Dat [is] de Zoutzee" is een verduidelijking. Wat vroeger het Siddimdal was, is tegenwoordig (als Mozes dit schrijft) de zoutzee. <blockquote>''Ge 14:7  ... En-mispat, dat is Kades... (SV)''</blockquote><blockquote>''Ge 14:17 ... het dal Sjave, dat is het [tegenwoordige] Koningsdal. (HSV)''</blockquote>Deze verduidelijkingen vormen een bewijs van de verwerking van ''schriftelijke'' overlevering.


== Commentaar en onderwerpen ==
== Commentaar en onderwerpen ==