Historicisme: verschil tussen versies

414 bytes toegevoegd ,  3 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
 
Regel 2:
 
'''Voorbeelden.''' Hier zijn enkele voorbeelden van dit verklaringstype. Bij de vierde gerichtsbazuin (Opb. 8: 12) wordt het derde deel van zon, maan en sterren verduisterd, dus aan dag en nacht het derde deel van hun licht ontnomen. Sommigen hebben deze verduistering figuurlijk en historisch opgevat. De lutherse en piëtistische Duitse theoloog Johan Albregt Bengel (1687-1752) houdt, naar zijn chronologische verklaring, de verduistering voor de bezetting van de hoofdstad Rome door de Duitse volken in de 5de eeuw, evenals de verduisterende rook uit de bronnen van de afgrond (9:2) voor de verdonkering welke door het ontstaan van de Talmoed over de Joden is gekomen in de 6de eeuw. De verduistering van het dier en het rijk (16 : 10), is volgens Bengel nog aanstaande, maar volgens een andere verklaarder<ref>H. Zeller, ''Bijbelsch Woordenboek voor het Christelijke volk''. Tweede deel K - Z. ('s Gravenhage: M.J. Visser, 1872) s.v. Verduisteren. Zeller noemt Büchner, zonder nadere aanduiding. Vermoedelijk verwijst hij naar de protestantse theoloog Gottfried Büchner (1701-1780).</ref> reeds vervuld in de afbreuk die de Waldenzen aan het antichristelijke rijk deden.<ref>H. Zeller, ''Bijbelsch Woordenboek voor het Christelijke volk.'' Tweede deel K - Z. ('s Gravenhage: M.J. Visser, 1872) s.v. Verduisteren. Enige tekst van dit lemma is op 27 aug. 2019 onder wijziging verwerkt.</ref>
 
De twee getuigen die in Jeruzalem optreden (Opb. 11:3), "Zij vertegenwoordigen", aldus J. van Andel (1838-1910), "in de historische werkelijkheid al de heilige getuigen der gemeente, die sedert de Messiaansche tijden, tegen den geest der eeuw getuigd, en door hun woord de volken onder gericht gebracht hebben."<ref>J. van Andel, ''Handleiding bij de beoefening der gewijde geschiedenis'' (1892), blz. 479.</ref>
 
Het [[Merkteken van het Beest|teken van het Beest]], genoemd in de Openbaring van Johannes, werd door de bekende theoloog en Bijbelcommentator Matthew Poole (1624-1697) symbolisch genomen. Hij dacht aan de belijdenis van het geloof en de godsdienst van de Valse Profeet, of de beloofde onderwerping aan zijn bevelen, en verbond dit met de handelwijze van het pausdom in enig land waar het de overhand heeft<ref>Patrik, Polus en Wels, ''de Verklaring van de Geheele Heilige Schrift, door eenigen van de voornaamste Engelsche Godgeleerden'' (18e eeuw). Commentaar bij Opb. 13:16.</ref>. Ook de bekende commentator Matthew Henry (1662 –1714) duidt het merkteken in symbolische zin en ook hij verbindt het met de pauselijke macht: "''Waarschijnlijk betekenen het [merkteken, de naam] en [het] [getal] van het beest alle hetzelfde ding: zij, die openlijk belijdenis doen van hun gehoorzaamheid en onderwerping aan de pauselijke macht, dragen zijn naam aan hun voorhoofden; zij, die zich verbinden om met alle kracht den invloed en de macht van het pauselijk gezag te bevorderen, dragen het in hun rechterhand. Men zegt dat paus Martin V, in zijn bul op het concilie te Constanz, aan de Roomsch-Katholieken verbood enigen ketter te veroorloven in hun landen te wonen, geldzaken te doen, handel te drijven, of enige burgerlijke betrekking te bekleden; en dat is een zeer duidelijke uitlegging van deze profetie.''"<ref>Matthew Henry's commentaar op Opb. 13:11-18</ref>