k
→Hoogl. 8:5
k (→Hoog. 8:5) |
k (→Hoogl. 8:5) |
||
Regel 80:
''Hoo 2:3 Als een appelboom onder de bomen van het woud, zo is mijn Liefste onder de zonen; ik heb grote lust in zijn schaduw, en zit er onder, en zijn vrucht is mijn gehemelte zoet. (CP''<ref name=":0" />'')''
Het Hebreeuwse woord voor 'appel, appelboom' is ''tappoeach''. Het betekent letterlijk iets als 'de welriekende'<ref>H. Zeller, ''Bijbelsch Woordenboek voor het Christelijke volk''. Eerste deel A - J. ('s Gravenhage: M.J. Visser, 1867) s.v. Appel, Appelboom. </ref>, van een werkwoord dat ''(uit)blazen, ademen, snuiven'' betekent<ref>''Hebreeuws-Nederlands Lexicon; op basis van Strong-coderingen''. Onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. Het is gebaseerd op het Engelstalige Online Bible Hebrew-Englisch Lexicon van Larry Pierce. </ref>.
De Heer Jezus noemt zichzelf een wijnstok en ons, gelovigen, de ranken (Joh. 15).
De Heer Jezus werd eenmaal opgewekt, wakker gemaakt, toen hij tijdens een storm lag te slapen.
|