k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1:
'''Joas''' (= 'gegeven door de Heer') of ''Joasj'' is in de [[Bijbel]] de naam van verschillende mannen.
De Hebreeuwse naam is יואשׁ of יאשׁ , Joasj, en betekent "gegeven door de Heer"<ref>''Hebreeuws-Nederlands Lexicon'', onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia. </ref>. Het Strongnummer is 03101. De naam komt in het Oude Testament 47x voor. In de Engelse King James vertaling van de Bijbel is de naam Joash. In de Bijbel komen de volgende naamgenoten voor:
Regel 5:
1. Joas de vader van Gideon. Hij woonde te Ofra in Manasse en was het hoofd van het geslacht der Abiëzrieten. Zijn weigering om zijn zoon aan de burgers van Ofra uit te leveren wegens de smaad, het baälsbeeld aangedaan, bewijst wel, dat hij niet van harte aan deze afgoderij deel nam;
2. zoon en opvolger van koning Ahazia van Juda. Joas was de achtste koning van Juda. Zie [[Joas (koning van Juda)]] voor het hoofdartikel
3. zoon en opvolger van Joahaz, koning van Israël. Hij was de twaalfde koning van het noorderrijk van Israël, van het jaar 840 tot 825 vóór Chr., derhalve gedurende 16 jaren. Zijn regering was roemvol door de afwerping van het Syrische juk en de nederlaag van Amazia. De machtige Hazaël had bijna geheel het rijk in slaafse onderwerping aan zijn macht gebracht, en treurig was de toestand van het land, toen Joas de troon beklom. Maar spoedig slaagde hij in de verdrijving van de vijanden, wier legermacht hij te Afek in de vlakte van Jizreël geheel versloeg en wier overheersing hij door nog twee overwinningen ten enenmale deed eindigen.
|