Openbaring 7: verschil tussen versies

Toegevoegde inhoud Verwijderde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 21: Regel 21:


Om de namen te vergelijken, zie [[Stammen van Israël]].
Om de namen te vergelijken, zie [[Stammen van Israël]].

== Opb. 7:9-17 Ontelbare menigte uit de grote verdrukking ==
Opb 7:9 Daarna zag ik en zie, een grote menigte die niemand kon tellen, uit elke natie en [alle] geslachten en volken en talen, stond voor de troon en voor het Lam, bekleed met lange witte kleren en met palmtakken in hun handen. (TELOS)
Deze menigte wordt onmiddellijk genoemd na de verzegelde Israëlieten. Daaruit maken sommige uitleggers op dat de menigte de vrucht van de evangelisatiearbeid van de verzegelden is.

'''Voor de troon en voor het lam.''' De menigte staat voor de troon en voor het lam. De troon van God is in de hemel. Johannes zag hen voor de hemelse troon en het Lam staan. Zij zijn dus in de hemel.
Opb 7:13 En een van de oudsten antwoordde en zei tot mij: Dezen die bekleed zijn met lange witte kleren, wie zijn zij en vanwaar zijn zij gekomen? (TELOS)
Deze vraag aan Johannes schijnt erop te wijzen dat deze menigte niet tot de gemeente behoort. Johannes daarentegen behoorde tot de gemeente en schreef op bevel van de Heer Jezus zeven brieven aan de gemeenten. 
Opb 7:14 En ik zei tot hem: Mijn heer, u weet het. En hij zei tot mij: Dezen zijn het die uit de grote verdrukking komen; en zij hebben hun lange kleren gewassen en ze wit gemaakt in het bloed van het Lam. (TELOS)
'''Uit de grote verdrukking komen.''' De grote verdrukking schijnt niet plaatselijk te zijn, want de mensen van deze grote menigte komen "uit elke natie en alle geslachten en volken en talen". Het is echter denkbaar dat zij Israël te hulp zijn gekomen, zich in het land Israël bevinden en daar zijn omgekomen. Omdat het echter om een ontelbare hoeveelheid mensen gaat, lijkt het meer voor de hand te liggen, dat zij wereldwijd zijn verdrukt en dat de grote verdrukking een wereldwijd karakter heeft.

Volgens sommigen<ref name=":0">Zoals W.J. Ouweneel</ref> hebben deze verdrukten de grote verdrukking overleefd; volgens anderen<ref>Zoals H. Bouter.</ref> zijn zij martelaren, die in de grote verdrukking zijn omgekomen.

'''Kleren gewassen en wit gemaakt.''' Dat ze hun gewaden hebben gewassen en wit gemaakt in het bloed van het Lam, wijst erop dat ze in de dagen van de grote verdrukking tot bekering en geloof zijn gekomen.
Opb 7:15 Daarom zijn zij voor de troon van God en zij dienen Hem dag en nacht in zijn tempel; en Hij die op de troon zit zal zijn tent over hen uitbreiden. (TELOS)
Het schijnt dat ze in de hemel zijn en God dienen in zijn hemelse tempel. Volgens sommigen<ref name=":0" /> echter hebben zij de verdrukking overleefd en blijven ze op aarde.
Opb 7:17 want het Lam dat in het midden van de troon is, zal hen weiden en hen leiden naar bronnen van levenswateren, en God zal elke traan van hun ogen afwissen. (TELOS)
Hoe hebben deze heiligen geleden: ze zijn verdrukt geworden, ze hebben honger en dorst geleden, ze hebben hitte verdragen, ze hebben geweend; ze schijnen te zijn omgekomen, omdat ze voor de troon van God in de hemel (schijnen te) zijn.

== Voetnoten ==