Pniël: verschil tussen versies
(Nieuwe pagina aangemaakt met ''''Pniël''', ''Peniël'' of ''Pnuel'' is de plaats bij de rivier de Jabbok waar Jacob streed met God. De naam Pniël, door Jacob aan die plaats gegeven, betekent "...') |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 4: | Regel 4: | ||
De naam betekent "Aangezicht van God", "Gods aanschijn" van het oude enkelvoud ''pani'' of ''pané'', 'aangezicht' en ''El,'' 'God'. <blockquote>''Ge 32:30 En Jakob noemde den naam dier plaats <u>Pniel</u>: Want, [zeide] [hij] ik heb God gezien [van] aangezicht tot aangezicht, en mijn ziel is gered geweest.'' (SV)</blockquote> |
De naam betekent "Aangezicht van God", "Gods aanschijn" van het oude enkelvoud ''pani'' of ''pané'', 'aangezicht' en ''El,'' 'God'. <blockquote>''Ge 32:30 En Jakob noemde den naam dier plaats <u>Pniel</u>: Want, [zeide] [hij] ik heb God gezien [van] aangezicht tot aangezicht, en mijn ziel is gered geweest.'' (SV)</blockquote> |
||
[[Bestand:Jabbok - uitsnede kaart Wolters.jpg|gecentreerd|miniatuur|803x803px|Kaart : Pniël bij de Jabbok. |
[[Bestand:Jabbok - uitsnede kaart Wolters.jpg|gecentreerd|miniatuur|803x803px|Kaart : Pniël bij de Jabbok.]] |
||
<br /> |
<br /> |
||
[[Bestand:Reizen van Jacob (Access Foundation).jpg|gecentreerd|miniatuur|945x945px|Kaart : Op zijn terugreis naar het beloofde land komt |
[[Bestand:Reizen van Jacob (Access Foundation).jpg|gecentreerd|miniatuur|945x945px|Kaart : Op zijn terugreis naar het beloofde land komt Jakob bij de plaats Pnuel (Pniël)]] |
||
'' '' |
'' '' |
||
Versie van 16 jan 2020 05:24
Pniël, Peniël of Pnuel is de plaats bij de rivier de Jabbok waar Jacob streed met God. De naam Pniël, door Jacob aan die plaats gegeven, betekent "Aangezicht van God". Als persoonsnaam komt Pniël voor in 1 Kron. 4:4; 8: 25.
Pniël is een plaats een gene zijde van de Jordaan, aan een veer of een doorwaadbare grond van de leek Jabbok, bekend door de worsteling van Jakob met de Engel, en het omverwerpen van de toren van Pniël door Gideon, Gen.32: 25, 31; Richt. 8: 9, 17.
De naam betekent "Aangezicht van God", "Gods aanschijn" van het oude enkelvoud pani of pané, 'aangezicht' en El, 'God'.
Ge 32:30 En Jakob noemde den naam dier plaats Pniel: Want, [zeide] [hij] ik heb God gezien [van] aangezicht tot aangezicht, en mijn ziel is gered geweest. (SV)
Bron
S.J. van Ronkel, Woordenboek der eigennamen, naar hunne eerste spelling en oorspronkelijke uitspraak met eene korte beschrijving de personen, landen en plaatsen, in het Oude Testament voorkomende, en voor het grootste gedeelte ook etymologisch behandeld. (Groningen: M. Smit, 1835) s.v. Peniël. Hieruit is op 6 dec. 2013 tekst genomen en verwerkt. Van Ronkel was destijds hoofdonderwijzer aan een Joodse school en beëdigd vertaler.