Silo (plaats)
Silo is de plaats waar God Zijn Naam eerst had doen wonen en de tabernakel, het huis van God, een tijd gestaan heeft. Silo was het hoofdkwartier van Jozua toen Israël het land Kanaän in bezit nam. De stad Silo ligt in het stamgebied van Efraïm, 20 km ten zuiden van Sichem. De plaatsnaam Silo betekent “rust; rustplaats”.
In Silo heeft de tabernakel, het vervoerbare huis van God (Richt. 18:31), een tijd gestaan.
Joz 18:1 En de ganse vergadering van de kinderen Israëls verzamelde zich te Silo, en zij richtten aldaar op de tent der samenkomst, nadat het land voor hen onderworpen was. (SV)
Na de slag om Gibea legerde het volk zich te Silo.
Ri 21:12 En onder de inwoners van Jabes in Gilead troffen zij vierhonderd meisjes aan die maagd waren, die geen gemeenschap met een man hadden gehad. Zij brachten hen naar het kamp in Silo, dat in het land Kanaän ligt. (HSV)
In Silo was dus het brandofferaltaar, waar geofferd werd:
1Sa 1:3 Deze man nu ging opwaarts uit zijn stad van jaar tot jaar om te aanbidden, en om te offeren den HEERE der heirscharen te Silo; en aldaar waren priesters des HEEREN, Hofni, en Pinehas, de twee zonen van Eli. (SV)
De stad Silo is hoogst waarschijnlijk in de eerste dagen van Saul bij een inval van de Syriërs verwoest. Vandaar is de tabernakel naar Nob verplaatst. Naar de verwoesting van Silo verwijst God in Jer. 7:12 en 26:6.
Jer 7:12 Want gaat nu henen naar Mijn plaats, die te Silo was, alwaar Ik Mijn Naam in het eerst had doen wonen; en ziet, wat Ik daaraan gedaan heb vanwege de boosheid van Mijn volk Israël. (SV)