Simeï: verschil tussen versies

Toegevoegde inhoud Verwijderde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
 
Regel 4: Regel 4:


Simeï heten:
Simeï heten:
# zoon van Gerson, de zoon van stamvader Levi. Stamvader van de Simieten. De naam komt 8x voor in Ex. 6:17, Num. 3:18, 1 Kron. 6:2v, 17; 23: 7,9,10; Ex 6:17.
# zoon van [[Gersom|Gerson]], de zoon van stamvader [[Levi]]. Stamvader van de Simieten. De naam komt 8x voor in Ex. 6:17, Num. 3:18, 1 Kron. 6:2v, 17; 23: 7,9,10; Ex 6:17. {{Levi nageslacht}}
# zoon van [[Gera]], een zoon van [[Jemini]], een Benjaminiet. Uit <u>[[Bachurim]]</u>. Afstammeling van stamvader Benjamin, uit de familie van koning Saul. Wordt 18x genoemd in 2 Sam. 16:5-13, 19:18-23, 1 Kon. 2:8-46; Hij beledigde David, noemde hem ‘een man van Belial’, vloekte hem en wierp hem met stof en stenen, 2 Sam. 16:5, toen David vluchtte uit Jeruzalem bij de opstand van Absalom. Bij Davids terugkeer onderwierp hij zich en werd toen niet gestraft. Vóór zijn dood herinnerde David zijn zoon Salomo aan de goddeloosheid van Simeï, omdat deze de door Jahweh gezalfde koning had gevloekt. Salomo beloofde Simeï in leven te laten mits hij in Jeruzalem bleef, maar Simeï verbrak de afspraak en werd daarom ter dood gebracht.
# zoon van [[Gera]], een zoon van [[Jemini]], een Benjaminiet. Uit <u>[[Bachurim]]</u>. Afstammeling van stamvader Benjamin, uit de familie van koning Saul. Wordt 18x genoemd in 2 Sam. 16:5-13, 19:18-23, 1 Kon. 2:8-46; Hij beledigde David, noemde hem ‘een man van Belial’, vloekte hem en wierp hem met stof en stenen, 2 Sam. 16:5, toen David vluchtte uit Jeruzalem bij de opstand van Absalom. Bij Davids terugkeer onderwierp hij zich en werd toen niet gestraft. Vóór zijn dood herinnerde David zijn zoon Salomo aan de goddeloosheid van Simeï, omdat deze de door Jahweh gezalfde koning had gevloekt. Salomo beloofde Simeï in leven te laten mits hij in Jeruzalem bleef, maar Simeï verbrak de afspraak en werd daarom ter dood gebracht.
# een van degenen die zich verzetten tegen Adonia (1 Kon. 1:8). Met Zadok, Benaja, Nathan en Reï koos hij de zijde van Salomo, toen Adonia zich van de heerschappij wilde verzekeren. Wellicht is hij het ook, die over Davids wijngaarden het opzicht had;
# een van degenen die zich verzetten tegen Adonia (1 Kon. 1:8). Met Zadok, Benaja, Nathan en Reï koos hij de zijde van Salomo, toen Adonia zich van de heerschappij wilde verzekeren. Wellicht is hij het ook, die over Davids wijngaarden het opzicht had;