Spoedig

Uit Christipedia

Spoedig betekent 1. binnen korte tijd (plaatsvindend) of 2. met spoed; = haastig[1].

Griekse woorden

Er zijn meerdere verwante Griekse woorden in het Nieuwe Testament die 'spoedig' of iets dergelijks betekenen.

Gr. tachus. Het bijvoeglijk naamwoord ταχυς ta’chus = snel, vlug, spoedig. Het strongnummer is G5036. Het woord komt 1x in het Nieuwe Testament voor:

Jak 1:19 Weet dit, mijn geliefde broeders; laat ieder mens echter snel zijn om te horen, traag om te spreken, traag tot toorn. (Telos)

Gr. tachion. Het bijwoord ταχιον, tachion = sneller, vlugger. Het is een onzijdig enkelvoud van de comparatief van tachus (zie boven). Het strongummer is G5032. Het woord komt 5x in het Nieuwe Testament voor.

  • "toen voer de satan in hem. Jezus dan zei tot hem: Wat je doet, doe dat snel." (Joh 13:27)
  • "En deze twee liepen samen snel, en de andere discipel liep snel vooruit, vlugger dan Petrus, en kwam het eerst bij het graf." (Joh 20:4) 
  • "Deze dingen schrijf ik je in de hoop spoedig tot je te komen. (1Ti 3:14)
  • "En des te overvloediger vermaan ik u dit te doen, opdat ik u des te spoediger wordt terug gegeven." (Heb 13:19)
  • "Weet dat onze broeder Timotheus losgelaten is; als hij spoedig komt, zal ik met hem u zien. (Heb 13:23)

Gr. tachista. Het bijwoord ταχιστα, tachista = zo spoedig of zo snel mogelijk. Het is een onzijdig meervoud van de superlatief van tachus (zie boven). Het strongnummer is G5033. Het woord komt 1x voor in het Nieuwe Testament.

Hnd 17:15  Zij nu die Paulus begeleidden, brachten hem tot Athene toe; en nadat zij voor Silas en Timotheus bevel hadden gekregen om zo spoedig mogelijk naar hem toe te komen, vertrokken zij. (Telos)

Gr. tachos. Het zelfstandig naamwoord ταχος, tachos = snelheid, spoed. Het strongnummer is G5034. Het woord komt 7x voor in het Nieuwe Testament. We vinden het in de volgende Bijbelplaatsen:

  • "Ik zeg u, dat Hij hun spoedig recht zal verschaffen. Als evenwel de Zoon des mensen komt, zal Hij dan het geloof vinden op de aarde?" (Lu 18:8)
  • "Sta vlug op. En zijn ketenen vielen van zijn handen." (Hnd 12:7) 
  • "Haast je en vertrek snel uit Jeruzalem, want zij zullen je getuigenis van Mij niet aannemen." (Hnd 22:18) 
  • "maar dat hijzelf spoedig daarheen zou reizen. (Hnd 25:4)
  • "De God nu van de vrede zal de satan spoedig onder uw voeten verpletteren." (Ro 16:20)
  • "Openbaring van Jezus Christus, die God Hem heeft gegeven om zijn slaven te tonen wat spoedig moet gebeuren" (Opb 1:1)
  • "En hij zei tot mij: Deze woorden zijn getrouw en waarachtig, en de Heer, de God van de geesten van de profeten, heeft zijn engel gezonden om zijn slaven te tonen wat met spoed moet gebeuren." (Opb 22:6)

Gr. tachinos. Het bijvoeglijk naamwoord ταχινος, tachinos = snel, vlug, spoedig komend. Het is afgeleid van tachos (zie boven). Het strongnummer is G5031. Het komt 2x voor in het Nieuwe Testament en wel in de Tweede brief van Petrus:

  • "ik weet dat het afleggen van mijn tent aanstaande is, zoals ook onze Heer Jezus Christus mij duidelijk heeft gemaakt." (2Pe 1:14)
  • "en de Meester die hen gekocht heeft, zullen verloochenen en een spoedig verderf over zichzelf brengen." (2Pe 2:1)

Gr. tacheoos. Het bijwoord ταχεως, tacheoos = snel, vlug, spoedig, zonder uitstel[2]. Het is afgeleid van het bijvoeglijk naamwoord tachus (zie boven). Het woord tacheoos komt 10x voor in het Nieuwe Testament. Het strongnummer is G5030. We vinden het woord in:

  • "ga vlug naar buiten" (Luc. 14:21),
  • "ga vlug zitten" (Luc. 16:6),
  • "Maria snel opstond en naar buiten ging" (Joh. 11:31),
  • "ik zal spoedig naar U toekomen, zo de Heer wil, en ik zal kennis nemen ... van hun kracht" (1 Cor. 4:19),
  • "dat u zo snel ... overgaat naar een ander evangelie" (Gal. 1:6),
  • "ik hoop ... Timotheüs spoedig naar u toe te zenden" (Flp. 2:19),
  • "ik vertrouw ... dat ik ook zelf spoedig zal komen" (Flp. 2:24),
  • "dat u niet zo snel in uw denken geschokt of verschrikt wordt" (2 Th. 2:2),
  • "leg niemand snel de handen op en heb geen gemeenschap met de zonden van anderen; houd je rein" (1 Th. 5:22),
  • "beijver je spoedig tot mij te komen" (2 Tim. 4:9).

Gr. tachu. Het bijwoord ταχυ, tachu = snel, spoedig (zonder uitstel). Ook dit woord is afgeleid van tachus (zie boven). Het woord tachu komt 13x voor in het Nieuwe Testament. Het strongnummer is G5035. We vinden het woord in:

  • "Wees spoedig welgezind jegens uw tegenpartij, terwijl u met hem onderweg bent " (Mt 5:25)
  • "gaat vlug heen en zegt zijn discipelen: Hij is opgewekt van de doden, en zie, Hij gaat u voor naar Galilea" (Mt 28:7)
  • "En zij gingen vlug weg van het graf, met vrees en grote blijdschap, en liepen snel om het zijn discipelen te berichten." (Mt 28:8)
  • "er is niemand die een kracht zal doen in mijn naam en kort daarna smadend van Mij zal kunnen spreken." (Mr 9:39)
  • "En zij gingen haastig naar buiten en vluchtten bij het graf vandaan," (Marc. 16:8, HSV)
  • "Toen zij nu dit hoorde, stond zij snel op en ging naar Hem toe." (Joh 11:29)
  • "bekeer u en doe de eerste werken. Maar zo niet, dan kom Ik spoedig bij u en zal uw kandelaar van zijn plaats wegnemen," (Opb. 2:5, HSV)
  • "Bekeer u dan; maar zo niet, Ik kom spoedig naar u toe en Ik zal oorlog tegen hen voeren met het zwaard van mijn mond". (Opb 2:16)
  • "Ik kom spoedig, houd wat u hebt, opdat niemand uw kroon neemt". (Opb 3:11)
  • "Het tweede ‘Wee!’ is voorbijgegaan, zie, het derde ‘Wee!’ komt spoedig". (Opb 11:14)
  • "En zie, Ik kom spoedig. Gelukkig hij die de woorden van de profetie van dit boek bewaart". (Opb 22:7)
  • "Zie, Ik kom spoedig, en mijn loon is bij Mij om een ieder te vergelden zoals zijn werk is. (Opb 22:12)
  • "Hij die deze dingen getuigt, zegt: Ja, Ik kom spoedig! Amen, kom, Heer Jezus!" (Opb 22:20) 

Tijdsbepaling van 'spoedig'

Het gebruik van 'spoedig' is niet met een bepaalde tijd verbonden. In "Wees spoedig welgezind jegens uw tegenpartij, terwijl u met hem onderweg bent " (Mt 5:25) betekent het zoiets als "terstond", dat kan geen weken of maanden duren. In "ik hoop ... Timotheüs spoedig naar u toe te zenden" (Flp. 2:19) en ik vertrouw ... dat ik ook zelf spoedig zal komen" (Flp. 2:24), kan wel aan weken of enkele maanden gedacht worden.

Jezus' komst na lange tijd.

Dat er "in het laatste van de dagen" (2 Petr. 3:3) spotters zullen komen die zeggen: "Waar blijft Hij nu? Hij heeft toch beloofd te komen? Er verandert niets, het blijft zoals het is vanaf het begin van de schepping" (naar 2 Petrus 3:4), wijst erop dat de Heer pas na lange tijd komt.[3]

Mt 25:19  Na lange tijd nu kwam de heer van die slaven en hield afrekening met hen. (Telos)

Lu 20:9 Hij nu begon tot het volk deze gelijkenis te spreken: Iemand plantte een wijngaard en verhuurde hem aan landlieden en ging voor geruime tijd buitenslands. (Telos)

Mt 25:5  Toen nu de bruidegom uitbleef, werden zij allen slaperig en sliepen in. (Telos)

Mt 24:48  Als die boze slaaf echter in zijn hart zegt: Mt 24:49  Mijn heer blijft uit, en zijn medeslaven begint te slaan en eet en drinkt met de dronkaards, Mt 24:50  dan zal de heer van die slaaf komen op een dag dat hij het niet verwacht en op een uur Mt 24:51  dat hij het niet weet, ... (Telos).

Lu 12:45  Als die slaaf echter in zijn hart zegt: Mijn heer wacht met komen, en de knechten en de dienstmeisjes begint te slaan, en te eten en te drinken en dronken te worden, (Telos)

Hosea profeteerde dat de Israëlieten "vele dagen" zouden blijven zonder koning en zonder offer en zonder efod. De periode duurt tot hun bekering (of terugkeer) "in het laatste der dagen".

Hos 3:4  Want de kinderen Israëls zullen vele dagen blijven zitten, zonder koning, en zonder vorst, en zonder offer, en zonder opgericht beeld, en zonder efod en terafim. Hos 3:5  Daarna zullen zich de kinderen Israëls bekeren, en zoeken den HEERE, hun God, en David, hun Koning; en zij zullen vrezende komen tot den HEERE en tot Zijn goedheid, in het laatste der dagen. (SV)

Jezus' spoedige komst

De Heer Jezus zegt 'spoedig' te komen. In het laatste Bijbelboek zegt hij dat meermaals.

Opb 3:11  Ik kom spoedig, houd wat u hebt, opdat niemand uw kroon neemt. (Telos)

Opb 22:7  En zie, Ik kom spoedig. Gelukkig hij die de woorden van de profetie van dit boek bewaart. (...) Opb 22:12  Zie, Ik kom spoedig, en mijn loon is bij Mij om een ieder te vergelden zoals zijn werk is. (...) Opb 22:20  Hij die deze dingen getuigt, zegt: Ja, Ik kom spoedig! Amen, kom, Heer Jezus! (Telos)

Verklaringen

Hoe moeten dit 'spoedig' verstaan? Er zijn immers al eeuwen, 'lange tijd', verstreken? Twee antwoorden zijn gegeven:

1. Wanneer de Heer na lange tijd komt, komt Hij snel, met haast. Wanneer Hij ijlings komt, komt Hij bij verrassing, plotseling.


2. 'Spoedig' is te verstaan in eeuwigheidsperspectief. Als de Heer Jezus 'spoedig' gebruikt in verband met Zijn komst, dan moeten we nog ruimer in de tijd denken, geen 20 dagen, maar 20 eeuwen. Hij staat boven de tijd en ziet de dingen in het perspectief van de eeuwigheid. Zo zal ook Israël, profeteert Jesaja, "na een klein ogenblik" (Jes. 54:7), "een ogenblik" (vs. 8) hervergaderd en verlost worden.

Jes 54:5  Want uw Maker is uw Man, HEERE der heirscharen is Zijn Naam; en de Heilige Israëls is uw Verlosser; Hij zal de God des gansen aardbodems genaamd worden.  Jes 54:6  Want de HEERE heeft u geroepen, als een verlaten vrouw en bedroefde van geest; nochtans zijt gij de huisvrouw der jeugd, hoewel gij versmaad zijt geweest, zegt uw God.  Jes 54:7  Voor een klein ogenblik heb Ik u verlaten; maar met grote ontfermingen zal Ik u vergaderen. Jes 54:8  In een kleinen toorn heb Ik Mijn aangezicht van u een ogenblik verborgen; maar met eeuwige goedertierenheid zal Ik Mij uwer ontfermen, zegt de HEERE, uw Verlosser. (SV)

Voor God is duizend jaar als een dag.

2Pe 3:8 Maar laat dit ene u niet onbekend zijn, geliefden, dat een dag bij de Heer is als duizend jaar en duizend jaar als een dag.  2Pe 3:9  De Heer vertraagt de belofte niet zoals sommigen het voor traagheid houden, maar Hij is lankmoedig over u, daar Hij niet wil dat iemand verloren gaat, maar dat allen tot bekering komen. (Telos)

Vergelijk:

Heb 10:37  Want nog een zeer korte tijd en ‘Hij die komt, zal komen en niet uitblijven. (Telos)

Bovendien wenst de Heer ons wakend en wachten te vinden, waarom misschien ook Hij het woord 'spoedig' gebruikt met het oog op Zijn komst.

De Heer komt 'spoedig' terug én "na lange tijd'. Beide zijn aanduidingen zijn waar. Van menselijk gezichtspunt is het na lange tijd, van goddelijke gezichtspunt is het spoedig.

Bron

Grieks-Nederlands Lexicon, onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia.

Voetnoten

  1. VanDale.nl, geraadpleegd 4 nov. 2019.
  2. Grieks-Nederlands Lexicon, onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia.
  3. Einführung in den 2. Petrusbrief Teil 2 Dr. Roger Liebi. Youtube.com: Thomas Fuchs, 26 okt. 2016. Vanaf 28 min. 42 sec. Geluidsopname van een voordracht door Roger Liebi over de tweede brief van Petrus.