Wedervergelding: verschil tussen versies

Toegevoegde inhoud Verwijderde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 46: Regel 46:
<blockquote>''1Pe 3:9 en vergeldt niet kwaad met kwaad, of schelden met schelden, maar zegent integendeel, omdat u ertoe geroepen bent zegen te erven.''</blockquote>
<blockquote>''1Pe 3:9 en vergeldt niet kwaad met kwaad, of schelden met schelden, maar zegent integendeel, omdat u ertoe geroepen bent zegen te erven.''</blockquote>


Toen Petrus zag dat zijn Heer opgepakt dreigde te worden, trok hij een zwaard en sloeg ermee. <blockquote>''Mt 26:52 Toen zei Jezus tot hem: Steek je zwaard weer op zijn plaats; want allen die het zwaard nemen, zullen door het zwaard omkomen. (TELOS)''</blockquote>Christenen moeten de vergelding, de [[wraak]] aan God overlaten. <blockquote>''Ro 12:19 Wreekt uzelf niet, geliefden, maar laat plaats voor de toorn; want er staat geschreven: ‘Aan Mij de wraak, Ik zal vergelden, zegt de Heer’. (TELOS)''</blockquote>De toekomstige martelaren onder het altaar roepen om wraak. <blockquote>''Opb 6:10 En zij riepen met luider stem en zeiden: Tot hoelang, heilige en waarachtige Heerser, oordeelt en wreekt U ons bloed niet aan hen die op de aarde wonen? (TELOS)''</blockquote>De heiligen in de tijd van het [[Beest uit de zee|Beest-uit-de-zee]] zullen door hem overwonnen worden. God versterkt hen met de belofte van [[wedervergelding]] aan hun vijanden.<blockquote>''Opb 13:9 Als iemand een oor heeft, laat hij horen. Opb 13:10 Als iemand in gevangenschap leidt, dan gaat hij in gevangenschap; als iemand met het zwaard zal doden, dan moet hij met het zwaard gedood worden. Hier is de volharding en het geloof van de heiligen. (TELOS)''</blockquote>
Toen Petrus zag dat zijn Heer opgepakt dreigde te worden, trok hij een zwaard en sloeg ermee. <blockquote>''Mt 26:52 Toen zei Jezus tot hem: Steek je zwaard weer op zijn plaats; want allen die het zwaard nemen, zullen door het zwaard omkomen. (TELOS)''</blockquote>Christenen moeten de vergelding, de [[wraak]] aan God overlaten. <blockquote>''Ro 12:19 Wreekt uzelf niet, geliefden, maar laat plaats voor de toorn; want er staat geschreven: ‘Aan Mij de wraak, Ik zal vergelden, zegt de Heer’. (TELOS)''</blockquote>

== Wedervergelding in de eindtijd ==
De toekomstige martelaren onder het altaar roepen om wraak. <blockquote>''Opb 6:10 En zij riepen met luider stem en zeiden: Tot hoelang, heilige en waarachtige Heerser, oordeelt en wreekt U ons bloed niet aan hen die op de aarde wonen? (TELOS)''</blockquote>Dat oordeel komt later. Na het uitgieten van de derde schaal van Gods grimmigheid, waarbij het water van rivieren en bronnen in bloed verandert, klinkt het: <blockquote>''Opb 16:5 En ik hoorde de engel van de wateren zeggen: U bent rechtvaardig, U die bent en die was, de Heilige, omdat U zo geoordeeld hebt. Opb 16:6 Want bloed van heiligen en profeten hebben zij vergoten, en bloed hebt U hun te drinken gegeven; zij zijn het waard. Opb 16:7 En ik hoorde het altaar zeggen: Ja Heer, God de Almachtige, waarachtig en rechtvaardig zijn uw oordelen.'' (TELOS)</blockquote>De heiligen in de tijd van het [[Beest uit de zee|Beest-uit-de-zee]] zullen door hem overwonnen worden. God versterkt hen met de belofte van [[wedervergelding]] aan hun vijanden.<blockquote>''Opb 13:9 Als iemand een oor heeft, laat hij horen. Opb 13:10 Als iemand in gevangenschap leidt, dan gaat hij in gevangenschap; als iemand met het zwaard zal doden, dan moet hij met het zwaard gedood worden. Hier is de volharding en het geloof van de heiligen. (TELOS)''</blockquote>