Ada (Hebr. Adah; betekenis: “sieraad") is in deBijbel de eigennaam van twee personen:

  • Ada, de eerste van de twee vrouwen van Lamech (een nakomeling van Kaïn)
  • Ada, een Hittietische, een van de drie vrouwen van Ezau

De naam komt 8x in de Schrift voor.