Boom des levens
De Boom des levens (Hebr. עץ החיים, etz hachayim) was een boom in de hof van Eden, de eerste woonplaats van de eerste mensen. De boom stond in het midden van de hof.
Ge 2:9 En de HEERE God liet allerlei bomen uit de aardbodem opkomen, begerenswaardig om te zien en goed om van te eten; ook de boom des levens, in het midden van de hof, en de boom van de kennis van goed en kwaad.(HSV)
De boom des levens wordt ook genoemd de levensboom (Canisius-vertaling, Nieuwe Bijbelvertaling 2004) of de boom van het leven (Willibrord-vertaling). De vruchten van de levensboom zouden de mens eeuwig doen leven. Adam en Eva mochten vrijelijk van alle bomen eten, dus ook van de levensboom, alleen niet van de boom der kennis van goed en kwaad.
Ge 2:16 En de HEERE God gebood de mens: Van alle bomen van de hof mag u vrij eten, Ge 2:17 maar van de boom van de kennis van goed en kwaad, daarvan mag u niet eten, want op de dag dat u daarvan eet, zult u zeker sterven. (HSV)
Na de zondeval, het eten van de verboden vrucht van de andere boom, belette God Adam en Eva dat zij van de levensboom zouden eten en als zondaars onsterfelijk zouden zijn en eeuwig zouden leven. Daarom verdreef Hij hen uit Eden. Een genadedaad van God.
Het is duidelijk dat de mens niet om kan gaan met de boom van kennis van goed en kwaad en worden we opgeroepen tot: "wordt hervormd door de vernieuwing van het denken." Rom.12:2
Ge 3:22 Toen zei de HEERE God: Zie, de mens is geworden als één van Ons, omdat hij goed en kwaad kent. Nu dan, laat hij zijn hand niet uitsteken en ook van de boom des levens nemen en eten, zodat hij eeuwig zou leven! Ge 3:23 Daarom zond de HEERE God hem weg uit de hof van Eden, om de aardbodem te bewerken, waaruit hij genomen was. Ge 3:24 Hij verdreef de mens, en plaatste ten oosten van de hof van Eden de cherubs met een vlammend zwaard, dat heen en weer bewoog, om de weg naar de boom des levens te bewaken. (HSV)
Heidense overleveringen. Ook heidense volksoverleveringen en cultuurresten gewagen van de boom van het leven. We vinden de verhalen met de boom van het leven overal ter wereld, in Babylonië, China, Griekenland, bij de Germanen, in het Boeddhisme, bij de Indianen in Amerika, bij de Azteken, de Assyriërs. Overal vinden we in mythen de aanbidding van bomen, opmerkelijk vaak in combinatie met een slang. Deze buitenbijbelse overleveringen zijn door verbastering een onzuivere echo, maar niettemin een echo, een collectieve herinnering, van de menselijke oergeschiedenis in Eden.
In het hemelse Jeruzalem. De boom van het leven wordt het eerst genoemd in Genesis, het eerste Bijbelboek, en keert als motief terug in Openbaring, het laatste bijbelboek. Daar wordt in het nieuwe, hemelse Jeruzalem de boom des levens gevonden. Aan de apostel Johannes werd een zicht op de boom gegeven:
Opb 22:1 En hij toonde mij een rivier van levenswater, blinkend als kristal, die uitging vanuit de troon van God en van het Lam. Opb 22:2 In het midden van haar straat en aan beide zijden van de rivier was de boom van het leven, die twaalf soorten vruchten draagt en elke maand zijn vrucht geeft; en de bladeren van de boom zijn tot genezing van de naties. (TELOS)
Deze levensboom staat opnieuw in een woonplaats van de mens, in het hemelse Jeruzalem, in het midden van haar straat. Zij staat aan de rivier van levenswater, zelfs aan beide zijden. Merk op dat er geen blokkade is, als na de zondeval in Eden, waar cherubs de toegang blokkeerden. De boom draagt het hele jaar door vrucht en zelfs de bladeren hebben hun nut.
Meer weten
Vragenbespreking - Aflevering 91: Waarom begint en eindigt de Bijbel met de boom des levens? Youtube.com: Groeien in Geloof, 27 mei 2023. Duur: 10 min. 4 sec. W.J. Ouweneel behandelt die vraag.
Bron
Boom van de kennis van goed en kwaad.