Coronavirus: verschil tussen versies

Toegevoegde inhoud Verwijderde inhoud
Regel 93: Regel 93:
SARS Coronavirus-2 is niet uit het niets te voorschijn gekomen: het is voor 80% gelijk aan SARS Coronavirus-1<ref name=":1" />. Op 10 januari 2010 was de genetische code van het virus bekend<ref name=":6">[https://www.youtube.com/watch?v=Z5afTSxJaLU mRNA Vaccinatie - Te snel? (Evidence based)]. Youtube.com: JufDanielle, 6 jan. 2021. Duur: 3 min. 29 sec. De auteur is geneeskundige.</ref>.
SARS Coronavirus-2 is niet uit het niets te voorschijn gekomen: het is voor 80% gelijk aan SARS Coronavirus-1<ref name=":1" />. Op 10 januari 2010 was de genetische code van het virus bekend<ref name=":6">[https://www.youtube.com/watch?v=Z5afTSxJaLU mRNA Vaccinatie - Te snel? (Evidence based)]. Youtube.com: JufDanielle, 6 jan. 2021. Duur: 3 min. 29 sec. De auteur is geneeskundige.</ref>.


'''Blijvertje.''' Waarschijnlijk zal SARS-Cov-2, ondanks vaccinaties, niet verdwijnen uit het mensdom<ref name=":5">[https://www.youtube.com/watch?v=aWrZxCx6L6g “Massa mRNA Vaccinatie Roekeloos en onnodig”, zegt Prof. Dr. Theo Schetters]. Youtube.com: BLCKBX, 6 jan. 2021.</ref>.
'''Mutanten.''' Er zijn in de loop van de tijd allerlei mutaties van het virus ontstaan. Bekende zijn de Britse variant (B.1.1.7) en de Zuid-Amerikaanse variant (B.1.351). Deze mutanten zijn besmettelijker, ze verspreiden zich sneller.


'''Mutanten.''' Er zijn in de loop van de tijd allerlei mutaties van het virus ontstaan. Bekende zijn de Britse variant (B.1.1.7) en de Zuid-Amerikaanse variant (B.1.351). Deze mutanten zijn besmettelijker, ze verspreiden zich sneller. Een virus dat besmettelijker is hoeft echter niet kwaadaardiger te zijn.
'''Werking en ziekwording.''' Het virus heeft, net als andere virussen, levende cellen nodig om zich te vermenigvuldigen. SARS-CoV-2 valt vooral de cellen in de neus, keel en de longen aan. Hier ontstaat vervolgens een ontstekingsreactie, waarbij allerlei cellen proberen het virus uit te schakelen: het natuurlijke afweersysteem van de besmette probeert het virus uit te schakelen. Sommige mensen raken dan ook besmet zonder ziek te worden. Besmetting met het virus leidt niet noodzakelijk tot de ziekte Covid-19.

'''Werking en ziekwording.''' Het virus heeft, net als andere virussen, levende cellen nodig om zich te vermenigvuldigen. SARS-CoV-2 valt vooral de cellen in de neus, keel en de longen aan. Hier ontstaat vervolgens een ontstekingsreactie, waarbij allerlei cellen proberen het virus uit te schakelen: het natuurlijke afweersysteem van de besmette probeert het virus uit te schakelen.

Besmetting met het virus leidt niet noodzakelijk tot de ziekte Covid-19. De meeste besmette mensen zijn immuun en krijgen geen Covid-19<ref name=":5" />.


Bij een besmetting hecht het virus zich aan de luchtwegwand. Het virus heeft aan de buitenkant stekeleiwitten (de rode uitsteeksels op de foto) waarmee het zich aan de buitenkant van een cel hecht en wel aan een ACE2-receptor daar. Eén stekeleiwit past in een receptormolecule van het membraan van een cel, het past als een sleutel in een slot, en zo kan het virus de cel binnenkomen. Eenmaal binnengekomen hoeft het niet de celkern binnen te dringen, maar kan het direct gebruik maken van de eiwitfabrieken (''ribosomen''). Deze fabrieken gebruiken genetische informatie van het virus om viruseiwitten te maken, onder andere de stekeleiwitten. De onderdelen van het te maken viruskopietje verzamelen zich vlak onder het membraan van de cel. Dan ontstaat er een nieuwe virus die door het celmembraan naar buiten komt.
Bij een besmetting hecht het virus zich aan de luchtwegwand. Het virus heeft aan de buitenkant stekeleiwitten (de rode uitsteeksels op de foto) waarmee het zich aan de buitenkant van een cel hecht en wel aan een ACE2-receptor daar. Eén stekeleiwit past in een receptormolecule van het membraan van een cel, het past als een sleutel in een slot, en zo kan het virus de cel binnenkomen. Eenmaal binnengekomen hoeft het niet de celkern binnen te dringen, maar kan het direct gebruik maken van de eiwitfabrieken (''ribosomen''). Deze fabrieken gebruiken genetische informatie van het virus om viruseiwitten te maken, onder andere de stekeleiwitten. De onderdelen van het te maken viruskopietje verzamelen zich vlak onder het membraan van de cel. Dan ontstaat er een nieuwe virus die door het celmembraan naar buiten komt.