Gad (zoon van Jakob)
Gad (= Geluk) was de zevende zoon van Jakob, de eerste die hij bij Zilpa verwekte.
Hij is de stamvader van de Israëlitische stam Gad. Zijn nakomelingen heten Gadieten.
Profetie over hem. Met toespeling op deze naam profeteerde Jakob van hem (Gen. 49: 19): "Gad , benden vallen hem aan, maar hij drukt hun verzenen", d. i. hij maakt zich op en valt de overwinnaars van achteren aan.
Zie ook
Bron
H. Zeller, Bijbelsch Woordenboek voor het Christelijke volk. Eerste deel A - J. ('s Gravenhage: M.J. Visser, 1867) s.v. Gad. Tekst hiervan is onder wijziging verwerkt op 31 aug. 2020.