Midian: verschil tussen versies
Toegevoegde inhoud Verwijderde inhoud
k (Kees Langeveld heeft pagina Midjan (land) hernoemd naar Midian) |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
''' |
'''Midian''' of Midjan is de naam van een zoon van Abraham en Ketura, van zijn nakomelingen (Midianieten) en van het land waar zij woonden. |
||
== Midian, zoon van Abraham en Ketura == |
|||
Midian was een van de zes zonen die Ketura Abraham in zijn ouderdom (ouder dan 140 jaar) baarde . |
|||
{{Sem nageslacht}} |
|||
== Midianieten, Midian (land) == |
|||
Midian of Midjan heet ook het gebied van de stam afkomstig van Midian, de zoon van [[Abraham]] en [[Ketura]]. Het gebied van de nakomelingen van Midian, de Midianieten of Midjanieten, is voornamelijk gelegen in de woestijn ten zuiden van [[Edom, Edomieten|Edom]], ten oosten van de golf van Akaba en ten noord-westen van het Arabische schiereiland. |
|||
Midjan was het land waarheen [[Mozes]] vluchtte voor Farao en er een bijwoner werd (Hand 7:29). Hij trouwde daar met [[Sippora]], de dochter van de Midjanitische priester [[Jethro]]. De stad waar Jethro woonde, heet tegenwoordig Al Bad en is gelegen in het huidige [[Saoedi-Arabië]]. |
Midjan was het land waarheen [[Mozes]] vluchtte voor Farao en er een bijwoner werd (Hand 7:29). Hij trouwde daar met [[Sippora]], de dochter van de Midjanitische priester [[Jethro]]. De stad waar Jethro woonde, heet tegenwoordig Al Bad en is gelegen in het huidige [[Saoedi-Arabië]]. |
||
[[Bestand:Midian.jpg|geen|miniatuur|800x800px]] |
[[Bestand:Midian.jpg|geen|miniatuur|800x800px]] |
||
=== Toekomst === |
|||
In de toekomst zal Israël geestelijk hersteld worden. Een menigte kamelen uit Midian en Efa zal hen bedekken. <blockquote>''Jes 60:1 Sta op, word verlicht, want uw licht komt en de heerlijkheid van de HEERE gaat over u op.'' ''Jes 60:2 Want zie, de duisternis zal de aarde bedekken en donkere [wolken] de volken, maar over u zal de HEERE opgaan en Zijn heerlijkheid zal over u gezien worden. Jes 60:3 En heidenvolken zullen naar uw licht gaan en koningen naar de glans van uw dageraad. Jes 60:4 Sla uw ogen op, [kijk] om [u] heen en zie: zij allen zijn bijeengekomen, zij komen naar u toe. Uw zonen zullen van verre komen en uw dochters zullen op de heup gedragen worden.'' ''Jes 60:5 Dan zult u het zien en stralen, uw hart zal diep ontzag hebben en zich verruimen, want de menigte van de zee zal zich naar u toekeren, het vermogen van de heidenvolken zal naar u toe komen.'' ''Jes 60:6 <u>Een menigte kamelen zal u bedekken, de jonge kamelen van Midian en Efa</u>. Zij allen uit Sjeba zullen komen, goud en wierook zullen zij aandragen, zij zullen de loffelijke daden van de HEERE boodschappen.'' ''Jes 60:7 Alle schapen van Kedar zullen voor u bijeengebracht worden, de rammen van Nebajoth staan u ten dienste; ze zullen als een welgevallig [offer] komen op Mijn altaar en Ik zal aan Mijn luisterrijk huis aanzien geven.'' (HSV)</blockquote> |
In de toekomst zal Israël geestelijk hersteld worden. Een menigte kamelen uit Midian en Efa zal hen bedekken. <blockquote>''Jes 60:1 Sta op, word verlicht, want uw licht komt en de heerlijkheid van de HEERE gaat over u op.'' ''Jes 60:2 Want zie, de duisternis zal de aarde bedekken en donkere [wolken] de volken, maar over u zal de HEERE opgaan en Zijn heerlijkheid zal over u gezien worden. Jes 60:3 En heidenvolken zullen naar uw licht gaan en koningen naar de glans van uw dageraad. Jes 60:4 Sla uw ogen op, [kijk] om [u] heen en zie: zij allen zijn bijeengekomen, zij komen naar u toe. Uw zonen zullen van verre komen en uw dochters zullen op de heup gedragen worden.'' ''Jes 60:5 Dan zult u het zien en stralen, uw hart zal diep ontzag hebben en zich verruimen, want de menigte van de zee zal zich naar u toekeren, het vermogen van de heidenvolken zal naar u toe komen.'' ''Jes 60:6 <u>Een menigte kamelen zal u bedekken, de jonge kamelen van Midian en Efa</u>. Zij allen uit Sjeba zullen komen, goud en wierook zullen zij aandragen, zij zullen de loffelijke daden van de HEERE boodschappen.'' ''Jes 60:7 Alle schapen van Kedar zullen voor u bijeengebracht worden, de rammen van Nebajoth staan u ten dienste; ze zullen als een welgevallig [offer] komen op Mijn altaar en Ik zal aan Mijn luisterrijk huis aanzien geven.'' (HSV)</blockquote> |