Sardonyx

Uit Christipedia

Sardónyx (Gr. sardonux), ook gespeld Sardonix, is een harde edelsteen, een witte tot oranjerode en roodbruine variëteit van de Agaat, een meerkleurige steen.

Sardonyx. Foto: Adrian Pingstone

August Dächsel omschrijft de kleur aldus: "bleke kleur als de nagel van een vinger, waar het vlees doorheen schemert"[1].

Herkomst. Oorspronkelijk was de steen Sardonyx uit Sardinië of uit Sardes, de hoofdstad van Lydië, afkomstig.

Producten. In de oudheid maakte men uit gebrand sardonyx grote vazen, zegels en cameeën.

Op de efod. De schouderstukken (schouderbanden) van de efod van de hogepriester droegen elk een sardonixsteen met daarop zes namen van de stammen van Israël. De twee stenen dienden "ter gedachtenis, voor het aangezicht van Jahweh" (Ex. 28:12)

Ex 28:9  En gij zult twee sardonixstenen nemen, en de namen der zonen van Israël daarop graveren. Ex 28:10  Zes van hun namen op een steen, en de zes overige namen op den anderen steen, naar hun geboorten; Ex 28:11  Naar steensnijderswerk, gelijk men de zegelen graveert, zult gij deze twee stenen graveren, met de namen der zonen van Israël; gij zult ze maken, dat zij omvat zijn in gouden kastjes. Ex 28:12  En gij zult de twee stenen aan de schouderbanden des efods zetten, zijnde stenen ter gedachtenis voor de kinderen Israëls; en Aäron zal hun namen op zijn beide schouders dragen, ter gedachtenis, voor het aangezicht des HEEREN. (SV)

Grondsteen. In het Nieuwe Testament wordt de Sardonyx op één plaats genoemd, in Opb. 21:20, als het vijfde fundament van het Nieuwe Jeruzalem. In het Grieks staat er 'Sardonux'.

Opb 21:19 De fundamenten van de muur van de stad waren met allerlei edelgesteente versierd. Het eerste fundament was jaspis, het tweede saffier, het derde chalcedon, het vierde smaragd, Opb 21:20 het vijfde sardonyx, het zesde sardius, het zevende chrysoliet, het achtste beril, het negende topaas, het tiende chrysopraas, het elfde hyacint, het twaalfde amethist. (TELOS)

Enkele vertalingen, onder meer de Herziene Statenvertaling, vertalen door 'Onyx'.

Sardonyx en Onyx

In het Oude Testament wordt 'Sardonix' door de Statenvertaling gebruikt voor het Hebreeuwse woord 'Shoham'. Verscheidene vertalingen, waaronder de Herziene Statenvertaling, hebben 'onyx'. Sardonyx en Onyx zijn verwant, beiden zijn variëteiten van Agaat.

David had onyxstenen bereid voor het huis van zijn God.

1Kr 29:2 Met heel mijn kracht heb ik voor het huis van mijn God gereedgemaakt: het goud voor de gouden voorwerpen, het zilver voor de zilveren, het koper voor de koperen, het ijzer voor de ijzeren en het hout voor de houten voorwerpen, onyxstenen en andere stenen als opvulling, sierstenen en kleurrijke stenen, allerlei edelstenen en marmeren stenen in overvloed. (HSV)

Vergelijk de Statenvertaling:

1Kr 29:2 Ik heb nu uit al mijn kracht bereid tot het huis mijns Gods, goud tot gouden, en zilver tot zilveren, en koper tot koperen, ijzer tot ijzeren, en hout tot houten [werken]; sardónixstenen en vervullende [stenen], versierstenen en borduursel, en allerlei kostelijke stenen, en marmerstenen in menigte.

De Sardonyxsteen heeft witte en roodbruine lagen. Sard = roodbruin. Onyx = oorspronkelijk in het Grieks 'vingernagel, klauw'. De steen Onyx heet in het Grieks naar de vingernagel om de kleur roze met witte strepen, de kleur van de doorschijnende vingernagel.

Bronnen

Grote Nederlandse Larousse Encyclopedie (1978) s.v. Sardonyx.  

Voetnoot

  1. Aangehaald in Karl August Dächsel; F P L C van Lingen; H van Griethuijsen, Antz. et al, Bijbel, of De geheele Heilige Schrift, bevattende al de kanonieke boeken van het Oude en Nieuwe Testament (volgens de Staten-overzetting) : met in den tekst ingelaschte verklaringen en aanmerkingen van de beroemdste godgeleerden uit alle tijden (Kampen: Bos, 1893-1901), commentaar op Gen. 2:12.