k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1:
'''Sodom'''
Zie Gen. 10: 19; 13: 10; 19: 24, 25; Jes. 1: 9. Amos 4: 11. In het N.T. wordt Sodom genoemd in: Mt 10:15; 11:23-24; Mr 6:11; Lu 10:12; 17:29; Ro 9:29.
'''Naam.''' De
S.J. van Ronkel,'' Woordenboek der eigennamen'' (Groningen: M. Smit, 1835) s.v. Sodom, noemt als betekenis, naar het arabisch, ''treurigheid''. Ronkel was destijds hoofdonderwijzer aan een Joodse school en beëedigd vertaler.
</ref>.''De Griekse naam is ''sodoma'', de Latijnse naam: ''sodoma.''
'''Ligging.''' Sodom was gelegen''' '''aan de zuidoostelijke grens van Kanaän:<blockquote>''Ge 10:19 En de grens van de Kanaänieten reikte van Sidon in de richting van Gerar tot aan Gaza, [en] in de richting van Sodom, Gomorra, Adama en Zeboïm, tot aan Lasa.'' (HSV)</blockquote>Sodom lag in de toen waterrijke, paradijselijke Jordaanvlakte.<blockquote>''Ge 13:10 En Lot sloeg de ogen op en zag dat heel de Jordaanvlakte rijk aan water was; voordat de HEERE Sodom en Gomorra te gronde gericht had, was zij in de richting van Zoar als de hof van de HEERE, als het land Egypte.'' (HSV)</blockquote>
|