Naar inhoud springen

Joas (koning van Juda): verschil tussen versies

15 bytes toegevoegd ,  5 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 22:
De straf voor al deze gruwelen, waarmee de eertijds zo vrome Joas zich bevlekte, bleef niet achterwege. De Syriërs onder Hazaël drongen tot Jeruzalem door, versloegen hem, deden velen van de zijnen sneuvelen. Toen Joas hem een aanzienlijke schat van geheiligde dingen en goud uit zijn eigen huis betaald had, trok Hazaël af van Jeruzalem (2 Kon. 12:17-18). Zo voorkwam Joas de plundering van zijn hoofdstad en wellicht ook de ondergang van zijn rijk.
 
Niet weinig werkte deze grote vernedering van de in vorige jaren geëerbiedigde en beminde vorst, aan wie zich toen de grootste verwachtingen hadden vastgeknoopt, mede om hem de liefde van zijn onderdanen te ontnemen. Zelfs toen hij door twee van zijn hovelingen, Jozachar en Jozabad, gedood was (2 Kon. 12:21), weigerde men hem de bijzetting in de koninklijke grafkelder. Wel werd hij evenals zijn vaders begraven in de stad van David, 2 Kon. 12:21, 2 Kron. 24:25.
 
Zo treurig was het einde van de man, die gedurende 40 jaren, Davids rijk had bestuurd, en wiens latere regering zozeer in strijd was geweest met de hoop, die zijn eerste optreden gewekt had. Behalve in de strijd tegen Israël, welk rijk hij enkele steden ontnam, was hij in de oorlog niet gelukkig geweest. Wel levert de rampzalige vorst bewijs voor de waarheid, dat wie God verlaat, ook Gods zegen prijsgeeft.
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.