Naar inhoud springen

Jozua (hogepriester): verschil tussen versies

140 bytes toegevoegd ,  5 jaar geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 22:
Het woord van God kwam tot hem door de profeet Haggaï, die het volk aanzette tot voortzetting van de tempelbouw.<blockquote>''Hag 1:1 In het tweede jaar van koning Darius, in de zesde maand, op de eerste dag dier maand, kwam het woord des HEREN door de dienst van de profeet Haggai tot Zerubbabel, de zoon van Sealtiel, de landvoogd van Juda, en tot Jozua, de zoon van Josadak, de hogepriester (SV)''</blockquote>In Zach. 3 wordt in een visioen van de profeet Zacharia de ongerechtigheid van Jozua van hem weggenomen (Zach. 3:4)<ref>Volgens P.J. Gouda Quint, ''Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling (''Haarlem: De erven F. Bohn, 1866) kan wat van Jozua in Zach. 3: 3 opgetekend is, hem niet tot oneer gerekend worden, omdat hij daar als vertegenwoordiger van het volk optreedt.</ref>. Hij ontvangt een opdracht en beloften, o.a. de belofte van de komende Spruit (= Messias), Zach. 3:8. 
 
Hij schijnt zeer lang de hogepriesterlijke bediening vervuld te hebben; immers gedurende 51 jaren, van het jaar ca. 538 tot 483 vóór Chr.<ref>Volgens een andere opgave: ca. 515-490 v.Chr. Zie https://en.wikipedia.org/wiki/Joshua_the_High_Priest, geraadpleegd 4 feb. 2019</ref> bekleedde hij haar, en werd door zijn zoon Jojakim opgevolgd.
 
{{Tijdbalk Israël 550-450 v.C.}}
Regel 29:
P.J. Gouda Quint, ''Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling.'' Haarlem: De erven F. Bohn, 1866. Tekst van het lemma 'Josua', punt 4, is op 23 aug. 2014 verwerkt.
 
== VoetnootVoetnoten ==
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.