Naar inhoud springen

Vervolging van christenen: verschil tussen versies

565 bytes toegevoegd ,  5 jaar geleden
k
Regel 128:
 
Constantius I Chlorus, in 293 lid geworden van een vierhoofdig keizerschap en heersend in het West-Romeinse rijk, voelde niets voor een vervolging. Hij zei dat men niet kon vertrouwen op mensen, die ontrouw waren aan hun God. Ook keizer Diocletianus (regeerde 284 — 305), heersend in het Oost-Romeinse rijk, toonde zich eerst welwillend voor het christendom, tot in 303 een edikt van hem en zijn medekeizers de vreselijkste van alle vervolgingen deed losbarsten. Subregent Caesar Calerius, ook lid van het vierhoofdig rijksbestuur, die geheel onder de invloed stond van zijn moeder Romula, priesteres van de godin Cybele, was zijn boze geest.
 
Sebastianus, officier in het Romeinse leger, was een gunsteling van keizer Diocletianus (keizer van 284-305). Toen Sebastianus beleed christen te zijn, werd hij gemarteld. Hij werd aan een boom gebonden als doelwit voor de boogschutters uit het leger. Bij het losmaken bleek hij nog te ademen. Daarop werd hij doodgeknuppeld. Dit gebeurde in het jaar 288. Hij is bekend als 'Sebastianus van Rome', ook 'van Milaan'. <ref>[http://www.heiligen.net/heiligen/01/20/01-20-0288-sebastianus-rome.php Sebastianus van Rome], Heiligen.net, geraadpleegd op 5 mei 2019.</ref>
 
=== 4e eeuw ===
Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.